Giuseppe M. Gaudino: regie en scenario.
Er zijn 2 films gevonden.

Giro di lune tra terra e mare

1998 | Drama

Duitsland​/​​Italië 1998. Drama van Giuseppe M. Gaudino en Giuseppe Gaudino. Met o.a. Aldo Bufi Landi, Tina Femiano, Salvatore Grasso, Antonio Pennarella en Vincenza Modica.

De film vertelt de geschiedenis van Pozzuoli, een plaatsje vlak onder Napels, tussen 538 voor Christus en 1984. De meest antieke beelden gaan over de moord van Nero op zijn moeder Agrippina, de orakels van de Sibylle van Cumae en de omzwervingen van Maria de Dwaze, de heldin die de stad zal redden. In de vroege jaren zeventig van deze eeuw wordt het land rond de baai van Napels beïnvloed door het stijgen en dalen van de grond. De Gioia's, een familie van vissers, worden door de langzame aardverschuivingen gedwongen hun huizen te verlaten. Prachtig, poëtisch portret van een Italiaans plaatsje dat bol staat van eeuwenoude tradities. Regisseur Gaudino bewerkte sommige beelden door ze te bekrassen of de snelheid te manipuleren

Giro di lune tra terre e mare

1997 |

Italië 1997. Giuseppe M. Gaudino. Met o.a. Aldo Bufi Landi, Salvatore Grasso en Tina Femiano.

Door Gaudino als 'documentaire´ gekenschetste film over de geschiedenis van Pozzuoli bij Napels, een plaatsje dat al eeuwenlang wordt geteisterd door 'bradisismo´, tectonische bewegingen van de aarde (en de zeebodem) die moderne gebouwen doet instorten en antieke paleizen blootlegt. Op het Filmfestival van Rotterdam zei de regisseur tegen VPRO´s Stardust: 'In het verleden zijn in Pozzuoli vreselijke dingen gebeurd. Zo hebben ze Pergolesi die daar het grootste deel van zijn oeuvre heeft gecomponeerd in een massagraf begraven. Die ongevoeligheid komt doordat men in die stad op vulkanische bodem emotioneel instabiel is. De mensen laten zich zo meeslepen door hun gevoelens dat ze het verschil tussen goed en kwaad niet meer zien.´ Centraal in het verhaal staan de leden van een vissersfamilie die tussen 1970 en 84 van tijd tot tijd moesten evacueren, maar toch steeds weer naar hun stek terugkeerden. Overigens vindt Gaudino dat de plaats die hij beschrijft 'zo´n beetje van iedereen is, niet alleen van Z-Italië; het gaat in mijn verhaal over verlating en verlies van herinnering of identiteitsverlies´.