Heinz Behrens: cast.
Er zijn 2 films gevonden.

Polizeiruf 110: Die Entdeckung

1980 | Misdaad

Oost Duitsland 1980. Misdaad van Manfred Mosblech. Met o.a. Sigrid Göhler, Jürgen Heinrich, Ezard Haußmann, Heinz Behrens en Fred Dalmare.

Leutnant Vera Arndt (G[KA3]ohler) staat er alleen voor om de oplossing te vinden hoe het mogelijk was dat na bijna twintig jaar het gemummificeerde lichaam van de conservator van een museum over middeleeuwse kunst gevonden kon worden in het afgelegen kasteel, waar het museum gevestigd is. Was het een ongeluk of werd hij vermoord? Hoe wijs je na twintig jaar de dader aan, terwijl aangenomen werd dat het slachtoffer uitgeweken was naar het Westen, een onvaderlandse daad. Vera blijkt te beschikken over sociale en psychologische vaardigheden, die haar behulpzaam zijn om zo`n oude zaak te ontrafelen. Het tendentieuze, gezagsgetrouwe scenario is van C.U. Wiesner, en behalve G[KA3]ohler een weinig aantrekkelijke rolverdeling, maar dat is opzettelijk; de volkspolitie moet schitteren. De sfeer in het kasteel heeft iets weg van een Engelse `spookhuis` film (ver afgelegen van de buitenwereld, de telefoon valt uit, verborgen deuren, dito trappen en dubbele wanden), maar in tegenstelling tot dit gevestigde genre zijn hier de personages redelijk belachelijk met hun hippe gedrag van de jaren 1970. Speelt (wederom) in de winter. Aflevering 66.

Polizeiruf 110: Heidemarie Göbel

1979 | Misdaad

Oost Duitsland 1979. Misdaad van Hans-Joachim Hildebrandt. Met o.a. Jürgen Frohriep, Bettina Mahr, Monika Woytowicz, Dieter Wien en Helga Sasse.

Bij Dr. G[KA3]obel (Wien) is ingebroken; de familiejuwelen zijn gestolen. Leutnant Sabine Berghoff (Mahr), gescheiden, `modieuze` uilenbril, belachelijk zwart kapsel en boven de dertig, en haar `nieuwe` baas Oberleutnant H[KA3]ubner (Frohriep) trekken deels de verkeerde conclusie dat het helemaal niet om een inbraak ging maar om een mislukte poging tot moord. Het slachtoffer had Heidemarie G[KA3]obel (Woytowicz) moeten zijn, de echtgenote en de zus van een bekende filmster. Heidemarie die in het ziekenhuis was beland, verdwijnt `spoorloos`, terwijl de kijker weet dat ze bij een vriendelijke vrachtwagenchauffeur verblijft die haar tegen de regels in een lift gaf, en haar tenslotte in zijn flatje onderdak verschafte. Berghoff en H[KA3]ubner aarzelen niet om Dr. G[KA3]obel te beschuldigen, maar ze zien in dat de bewijzen ontbreken. Ze speuren ijverig op de filmset (aardig om eens te zien) en ondervragen Heidemarie`s zus. Ondertussen wordt op het laboratorium van Dr. G[KA3]obel door een collega een verband gelegd tussen de bruinkoolstof van de verwoestende mijndagbouw en filmopnames op locatie. De vrachtwagenchauffeur die onenigheid kreeg met de opgefleurde Heidemarie, waarop zij de woning verliet, besluit alles eerlijk op te biechten aan H[KA3]ubner; Berghoff luistert zijn bekentenis heel onbescheiden af en trekt een paar juiste conclusies, waarop zij nu weten, waar Heidemarie zich bevindt om erger te voorkomen. De film eindigt in de verlaten en vervallen gebouwen bij de bruinkoolmijn met een soort showdown die aan een western doet denken, maar gaat als een nachtkaars uit met de arrestatie van de dader en we begrijpen dat een inbraak om te chanteren uit de hand gelopen was. Het kalm voortkabbelende scenario van regisseur Hildebrandt ademt de gebruikelijke kleinburgerlijke sfeer uit en laat ons op onkiese wijze zien hoe H[KA3]ubner en Berghoff bevoorrecht zijn tegenover de hardwerkende arbeiders: ze beschikken ieder over een Trabant en hebben overdag de tijd voor inkopen die in `dure` plastik (nur für Export) zakken zitten. Anderzijds moet opgemerkt worden dat Berghoff heel ijverig is en Hübchen 'midden in de nacht' opbelt, als hij in bed ligt te lezen om over de zaak te spreken. Het is voor de verandering akelig koud. Aflevering 59.