András Bálint: cast.
Er zijn 7 films gevonden.

Gloomy Sunday

2000 | Romantiek, Muziek, Oorlogsfilm, Drama

Duitsland​/​​Hongarije 2000. Romantiek van Rolf Schübel. Met o.a. Joachim Król, Stefano Dionisi, Ben Becker, Sebastian Koch en László I. Kish.

Bijzondere liefdesgeschiedenis in het Boedapest van de jaren '30 rond een driehoeksverhouding ingekaderd door de fictieve geschiedenis van het Hongaarse lied 'Szomorú vasárnap' dat als 'Gloomy Sunday' door tientallen artiesten (oa Elvis Costello, Billie Holiday, Serge Gainsbourg en Heather Nova) werd vertolkt en inmiddels door het leven gaat als lijflied van zelfdoders aller landen. Pianist Rizsö Seress (1899), die het lied in 1935 componeerde, stapte in 1968 van zijn flat. Gebaseerd op het boek van Nick Barkow. De prachtbeelden zijn van cameraman Edward Klosinski die oa werkte voor Kieslowski (Dekalog 1 en 2), en van Jan Schütte (Abschied - Brechts letzter Sommer).

Oberst Redl

1985 | Drama, Historische film

Duitsland​/​​Hongarije​/​​Oostenrijk 1985. Drama van István Szabó. Met o.a. Klaus Maria Brandauer, Gudrun Landgrebe, Hans-Christian Blech, Armin Müller-Stahl en Jan Niklas.

Aan de hand van de opkomst en ondergang van Oberst Redl in de Oostenrijkse monarchie ten tijde van keizer Franz Josef behandelt de film het verband tussen het lot van het individu en de politieke gebeurtenissen. Een tweede fantastische hoofdrol van Brandauer. Tweede film in Szabó's trilogie, met MEPHISTO en HANUSSEN. Het scenario werd geschreven door regisseur Szabó en Péter Dobai. Het camerawerk is van Lajos Koltai.

Búék!

1978 | Komedie

Hongarije 1978. Komedie van Rezsö Szörény. Met o.a. István Bujtor, Erika Bodnár, András Bálint, Cecília Esztergályos en Judit Meszléri.

Szörény volgt een groepje pretmakers tijdens hun wilde, dronken nieuwjaarsviering, waarbij hij de ongenoegens en frustraties van een aantal Hongaarse intellectuelen in hun privé-leven en hun werk op de korrel neemt. Licht kritische film, die echter vooral komisch is, met voortreffelijk spel van István Bujtor.

Tüzoltó utca 25

1973 | Drama

Hongarije 1973. Drama van István Szabó. Met o.a. Rita Békés, Lucyna Winnicka, Péter Müller, András Bálint en Mari Szemes.

In Boedapest wordt een stadswijk gesaneerd. Als laatste huis in de Brandweerstraat moet nr. 25 worden afgebroken. De bewoners moeten het pand ontruimen. De nacht voor hun vertrek is voor deze mensen vol dromen en herinneringen. Ondanks het ontbreken van een rechtlijnige verhaalstructuur is deze poëtische film een internationaal succes geworden. De film is niet surrealistisch bedoeld, het is meer een concentratie van de werkelijke wereld in de vorm van een droom.

Még kér a nép

1971 | Historische film, Experimenteel

Hongarije 1971. Historische film van Miklós Jancsó. Met o.a. Andrea Drahota, Lajos Balázsovits, András Bálint, Gyöngyi Bürös en József Madaras.

Het historische gegeven van dit meesterwerk is de eerste georganiseerde boerenopstand in Hongarije aan het eind van de vorige eeuw, met stakingen en een agrarisch proletarische beweging die bloedig werd onderdrukt. De titel verwijst naar de socialistische `psalmen` die tijdens deze gebeurtenissen werden gezongen en ook in de film voorkomen. Kenmerkende stijlmiddelen zijn zeer lange shots, veel totaalopnamen en een onafgebroken beweging van mensen. Bekroond met de prijs voor de beste regie in Cannes (1972) in een choreografisch geheel.

Apa

1966 | Drama, Experimenteel

Hongarije 1966. Drama van István Szabó. Met o.a. Miklós Gábor, Dániel Erdélyi, András Bálint, Zsuzsa Ráthonyi en Klári Tolnay.

Een zoon idealiseert zijn in WO II gestorven vader als een heldhaftige patriot en verzetsleider in terugblikken, waarin werkelijkheid en voorstelling door elkaar heenlopen. Langzamerhand krijgt hij een meer realistisch beeld van zijn vader. Szab[KA1]o (MEPHISTO) kreeg voor de film de hoofdprijs in Moskou. Het overtuigende spel en de goede sfeertekening van de jaren na de WO II zal ook een Nederlands publiek weten te boeien.

Álmodozások kora

1964 |

Hongarije 1964. István Szabó. Met o.a. András Bálint en Béla Asztalos.

Een zoon idealiseert zijn in WO II gestorven vader als een heldhaftige patriot en verzetsleider in terugblikken, waarin werkelijkheid en voorstelling door elkaar heenlopen. Langzamerhand krijgt hij een meer realistisch beeld van zijn vader. Szab[KA1]o (MEPHISTO) kreeg voor de film de hoofdprijs in Moskou. Het overtuigende spel en de goede sfeertekening van de jaren na de WO II zal ook een Nederlands publiek weten te boeien.