Op radio en televisie wordt het begrip live volop gebruikt om het belang en de urgentie van een uitzending te onderstrepen. Maar wat is live eigenlijk?

Half april maakten Paul Witteman en Jeroen Pauw bekend te gaan stoppen met hun gelijknamige live praatprogramma. Een van de redenen was de late uitzendtijd, want Witteman, ook geen achttien meer, wilde vroeger naar bed. Hij trok het niet meer om vijf dagen per week pas na elven met een uitzending te beginnen en pas in het holst van de nacht onder het dekbed te kruipen. Daar was veel begrip voor, want gezondheid gaat boven werk. Minder begrip was er toen begin mei bekend werd dat de uitzendingen al enkele weken voor elven werden opgenomen. Live was vanwege de nachtrust van Witteman al een tijdje niet meer rechtstreeks. Alleen op avonden met speciale evenementen, zoals het Songfestival, werd nog live uitgezonden. Dat men thuis naar een schijfje keek werd niet gecommuniceerd, al waren volgens een woordvoerder van BNN–Vara de gasten en het publiek wel op de hoogte. Ja dûh. Die konden, mochten ze dat willen, na de opname zichzelf live terugzien op televisie.

Opmerkelijk was dat dit helemaal niemand van de kijkers was opgevallen. Mede hierdoor ontstond twee maanden later korte tijd twijfel over het live-karakter van praatshow Knevel & Van den Brink. Dat gebeurde toen begin juni hun uitzending abrupt werd onderbroken door het NOS Journaal in verband met nieuws over een grote brand op Moerdijk. Hierna voelde presentator Tijs van den Brink zich gedwongen te verklaren dat ze wel degelijk live waren, maar dat er altijd twee minuten vertraging is om de ondertitelaars van Teletekst 888 hun werk goed te kunnen laten doen.
Al net zo verwarrend is het stempel live bij de festivalverslaggeving. De waarde daarvan is door herhalingen, compilaties en terugblikken volstrekt onduidelijk. Wie op de late avond thuis naar een zogenaamd live zonovergoten Pinkpop kijkt, lijkt zijn tijd vooruit. Dat roept niet alleen de vraag op waarom zenders zo graag pronken met het vignet live in beeld, maar ook wat de meerwaarde is van live? 

Brands in Boeken

Hoentje
Volgens boekenman Wim Brands is die er niet. Althans niet voor zijn eigen programma vpro Boeken. ‘Er is geen echte meerwaarde. Ik neem alles op alsof het live is, als het leven zelf zeg maar.’ Dat gebeurt op een doorde­weekse dag, al moet Brands af en toe op zondag toch de wekker zeten. Meestal is daar een trieste aanleiding voor. ‘Soms gaat er een schrijver dood die herdacht moet worden, zoals Harry Mulisch. Dan word ik in de gelegenheid gesteld om fris als een hoentje op zondagochtend live uit te zenden.’
Live of niet, het is de erudiete presentator om het even. Dat geldt niet voor het aantal opnames. ‘Om financiële redenen moet ik vaak twee opnames op een dag maken. Dat is voor mij soms zwaar, je moet alert blijven. Wat dat betreft zou ik liever gewoon op de zondagochtend zitten. Maar regel jij het geld?’
Nee natuurlijk, al zijn de kosten wellicht een minder groot obstakel dan Brands en met hem veel anderen veronderstellen. Want volgens Roel Burgman, zakelijk leider media bij de VPRO, maakt het niet zoveel uit of je een programma monteert of live opneemt.

Burgman: ‘Vroeger waren de kosten voor een live-verbinding redelijk hoog, maar tegenwoordig niet meer. Daarnaast heb je bij een live-opname vanzelfsprekend geen montagekosten en nauwelijks uitloop in de studio. Dit heb je vaak bij een opgenomen aflevering weer wel omdat er vaak meer wordt opgenomen. De kosten voor de live-verbinding vallen dan weer weg tegen de kosten voor de montage.’ 

‘Uit de reacties blijkt dat veel kijkers denken dat het live is’

Melchior Huurdeman

Melchior Huurdeman presenteert Vrije geluiden, een ander bekend zondagochtendprogramma van de VPRO. Daarvan worden elke dinsdag twee afleveringen opgenomen. Lang niet iedereen weet dat, zegt Huurdeman. ‘Uit de reacties blijkt dat veel kijkers denken dat het live is. Ergens is dat vreemd, want in de winter nemen we soms een deel pas op als het gaat schemeren. Het zondagmorgenprogramma speelt zich dan af in het donker. Of het regent bij ons terwijl het een zonnige dag is in Amsterdam. Voor de rest heeft het programma wel een live karakter en dat houden we graag zo.’ De presentator betwijfelt of het programma live beter zou worden want monteren heeft zo zijn voordelen. Huurdeman: ‘Musici hebben meer tijd om te ontdooien en in te spelen. Ze kunnen de stukken soms over doen en komen in deze vorm het best tot hun recht. En we kunnen ook grote bands achter elkaar hebben in de uitzending, terwijl dat live niet mogelijk zou zijn in verband met changement. Allemaal voordelen.’ Huurdeman noemt ook nog een persoonlijke meevaller: ‘Foutjes van de presentator kunnen worden weggepoetst.’ 

‘Er is geen echte meerwaarde. Ik neem alles op alsof het live is, als het leven zelf zeg maar.’

wim brands
Live bestaat niet
Hoewel de VPRO-presentatoren zich allesbehalve onder de indruk tonen van het begrip live, laten veel zenders en programma’s geen kans onbenut om hun rechtstreekse karakter te benadrukken. Terwijl live niet bestaat volgens Karin van Es. De mediawetenschapper promoveerde in mei aan de Universiteit Utrecht met The paradox of liveness: From the broadcast media era to the social media era. ‘Media gebruiken het begrip live om waarde te creëren maar live bestaat niet. Er zit altijd een medium en vertraging tussen. Het kan niet anders.’ Voetbalverslagen riepen bij Van Es de vraag op wat live betekent. Want bij belangrijke wedstrijden die op de radio en televisie werden uitgezonden vielen de doelpunten niet tegelijk. Hoewel beide live worden genoemd, scoort men op radio steevast eerder dan op televisie. En al klinkt live vrij modern, het is al zo oud als de radio. Alleen werd het vroeger nooit benoemd.
Van Es: ‘Radio was in het begin altijd live, maar dat werd pas zo genoemd vanaf het moment dat er ook opgenomen kon worden. Toen moest er opeens een term komen voor datgene wat rechtstreeks was. Nu wordt het door media zelf gebruikt om een ongemedieerde status te suggereren. Want die is meer waard: het gebeurt nú dus je kunt invloed ­uitoefenen om iets te veranderen.’
En die suggestie gaat steeds vaker wringen. Zo worden veel evenementen met seconden vertraging uitgezonden om kijkers te kunnen beschermen tegen streakers, ander bloot (nipplegate!) of schokkende beelden. In Amerika leidt dat bij presentatoren regelmatig tot verwarring, weet Van Es. ‘Soms ontsnapt er een “fuck” bij iemand in de studio. Dan hoor je daarna de presentator in lichte paniek roepen of ze nog wel on air zijn en niet weggedraaid.’

Dit voorbehoedsmiddel werkt niet altijd even goed, blijkt uit een voorbeeld in het proefschrift van Van Es over nieuwszender Fox. Die deed ooit voor een miljoenenpubliek verslag van een spannende achtervolging. Best leuk, tot de achtervolgde door on air een einde aan zijn leven te maken een weliswaar verrassend, maar ook zeer onaangenaam slotakkoord verzorgde. Zó was live niet bedoeld en de zender putte zich uit in excuses.  

Vrije geluiden

Foefjes
Andere bedreigingen voor live-televisie vormen nieuw manieren van kijken. Want tegelijkertijd kijken, wat live nog aantrekkelijker maakt en veel voorkomt, gebeurt niet via Netflix of Uitzendinggemist.nl. Daarnaast is dankzij social media iedereen tegenwoordig in staat om real-time content te zenden. Het gevolg daarvan is een enorme inflatie van live-tv, maar niet het einde. Integendeel, slimme zenders gebruiken social media om hun eigen liveness te accentueren. Social-tv heet dat verschijnsel volgens Van Es. ‘Met social tv wordt de liveness van een programma gebruikt om kijkers te laten participeren in het programma. Ze kunnen daar tweets of andere berichten terugzien en ook stemmen. Op die manier worden ze er onderdeel en laten ze dat weten. De buzz creëren met behulp van sociale media, en zo tracht men de koffieautomaatdiscussie over televisie weer terug te brengen. Allemaal ingebouwde foefjes om je direct met anderen te laten kijken want dat telt in de kijkcijfers.’

‘Radio was in het begin altijd live, maar dat werd pas zo genoemd vanaf het moment dat er ook opgenomen kon worden’  

karin van es

Die strategie wordt ook toegepast rondom schrokseries op Netflix zoals Orange is the New Black. ‘Alle afleveringen worden nog wel in één keer weggegeven, maar daarnaast worden naast de serie op vaste momenten afzonderlijke evenementen georganiseerd. Bijvoorbeeld in week drie chatten met een hoofdpersoon, in de hoop dat men het gesprek over OITNB ook na de première gaande weet te houden.’
Wil men écht het gesprek van de dag worden, dan moeten de regisseurs en acteurs van drama een paar stappen terug doen.
Van Es: ‘Van onder meer de serie Will and Grace is een keer een live-aflevering uitgezonden. Eerst aan de Amerikaanse oostkust, en toen het aan de westkust primetime werd, aan die kant. Het leuke was dat die aflevering ook echt twee keer werd gespeeld en dan gaat er natuurlijk wel eens iets mis. Kijkers gingen toen massaal op zoek naar de verschillen. Dat vindt iedereen spannend, want er gebeurde iets.’ Ideetje misschien voor Goede tijden, slechte tijden?