Platform voor onderzoeksjournalistiek Follow the Money legt misstanden bloot door geldstromen kritisch te bekijken. De VPRO Gids ging op een feestelijke dag op bezoek.

In het redactielokaal van Follow the Money (FTM), op een winderig industrieterrein in Amsterdam-Noord, staat een glanzende hotelbel. Telkens als zich een nieuw lid aanmeldt, hoor je ‘tring’. Dat gebeurt deze dinsdag regelmatig, want het platform voor onderzoeksjournalistiek weet zich steeds meer in de kijker te spelen. Een week eerder onthulden ze nieuws over de dubbelrol van bestuurder Loek Winter van de failliete IJsselmeer­ziekenhuizen. Kort daarvoor brachten ze als onderdeel van een internationaal samenwerkingsverband van journalisten de CumEx Files, waaruit blijkt dat banken als ABN-Amro voor miljarden aan fraude pleegden met dividendbelasting. 

Na jaren van vallen en opstaan is het platform voor onderzoeksjournalistiek nu echt op de weg omhoog. Er is een werkend verdienmodel met betalende leden, jonge talenten worden opgeleid en ervaren journalisten sluiten zich bij hen aan. Steeds vaker haalt FTM voorpagina’s en televisiejournaals met onderzoek dat een bepaalde misstand aan het licht brengt. ‘We zijn al acht jaar aan het klooien, maar begrijpen steeds beter hoe het moet,’ zegt Eric Smit. De hoofdredacteur werd samen met Kim van Keken uitgeroepen tot Journalist van het Jaar 2017 dankzij hun verhalen over de schimmige praktijken van VVD-voorzitter Henry Keizer, die daarna moest aftreden. Smit, econoom en voormalig profsquasher, leerde het vak bij tijdschrift Quote, waar hij ook Arne van der Wal ontmoette. Met hem en Mark Koster richtte hij in 2010 de website FTM op. 

De site van Follow the Money

Misstanden

Smit is een lange man met een priemende blik die steeds tevergeefs zoekt naar een comfortabele manier om op zijn stoel te blijven zitten. Over het logo van zijn laptop heeft hij een afbeelding van een briefje van honderd euro geplakt. ‘Toen we begonnen, verklaarde men ons voor gek,’ zegt hij. ‘Maar met goede journalistiek kun je een betalend publiek bereiken, daarvan ben ik altijd overtuigd geweest. En dat terwijl de stukken op onze website vaak geen makkelijke kost zijn. Ik vind dat de verhalen vaak nog toegankelijker zouden moeten zijn, al is de materie waar wij induiken nou eenmaal complex. Daar is het bedrijfsmodel van de hele financiële sector op gebaseerd: dat zij iets begrijpen wat het publiek niet begrijpt. Daar zitten de winstmogelijkheden, en de kansen voor fraude en misstanden. En dat is de ruimte waar wij ons in
bewegen. Dat betekent dat je ook in in­gewikkelde materie moet duiken. Voor de leek leggen we uit en voor de liefhebber gaan we de diepte in.’

Ongeveer halverwege het gesprek wijst de hoofdredacteur naar de bel: weer een lid erbij. Lid worden van FTM kost acht euro per maand of tachtig euro per jaar. ‘We hebben andere verdienmodellen geprobeerd: advertenties, commerciële content, het verkopen van verhalen aan andere
media. Maar uiteindelijk bleek het ledenmodel de enige manier om onafhankelijke journalistiek rendabel te maken. De Correspondent heeft ook laten zien dat het werkt. In februari 2016 zijn we begonnen met het betaalde platform. Het gaat vrij langzaam, maar we groeien gestaag. Vandaag of morgen tikken we de tienduizend leden aan. Mensen worden lid omdat we betekenisvolle journalistiek maken. Dat hoeft niet direct een groot scorende scoop te zijn, leden kunnen ook over de streep getrokken worden door een nicheverhaal.’

Eric Smit op de site van FTM

Geldstromen

De naam Follow the Money is ontleend aan de gevleugelde uitspraak uit de film All the President’s Men, over de legendarische Washington Post-journalisten Woodward en Bernstein, die president Nixon ten val brachten. En dit is precies wat de onderzoeksjournalisten in Amsterdam-Noord dagelijks doen: geldstromen volgen. ‘Dat is ook de filosofie,’ zegt Smit. ‘Als je op deze manier onderzoeksjournalistiek bedrijft, komt het in negentig procent van de gevallen neer op monetair belang. Ook een verhaal over rechtspraak blijkt over geld te gaan, want er moet bezuinigd worden. Bijna altijd kom je met geldstromen in aanraking, en met motieven die daarmee te maken hebben.’

Dit betekent dat de onderzoeksjournalisten handig met cijfers moeten zijn. ‘Je moet niet bang zijn om een jaarrekening, verlies-en-winstrekening of cijfers van de Kamer van Koophandel te onderzoeken. Daar beginnen sporen: bv’tje hier, bv’tje daar, daar een lening. Dat puzzelen is ook leuk. Het behoort tot je gereedschap in dit vak, maar dat wil niet zeggen dat iedereen die hier begint dit al moet kunnen. We proberen mensen wegwijs te maken.’

Zoals de pas afgestudeerde Mira Sys, die bezig is met een verhaal over gifgrond. Het artikel komt tot stand dankzij een tip van een lezer, vertelt de Vlaamse. ‘We krijgen veel telefoontjes, maar lang niet allemaal leiden ze tot een artikel. Ik werk al een tijd aan dit dossier, sinds ik schreef over de dure sanering van de grond onder de failliete Zeeuwse Thermphos-fabriek.’
Ze werkt inmiddels een halfjaar voor FTM en vertelt dat ze heeft geleerd dat het belangrijk is om expertise op te bouwen rondom een bepaald thema. ‘Wat niet betekent dat ik de rest van mijn carrière over grond ga schrijven,’ lacht ze.

'De materie waar wij induiken is complex. Daar is het bedrijfsmodel van de hele financiële sector op gebaseerd: dat zij iets begrijpen wat het publiek niet begrijpt.’

Eric Smit

Puzzelstukjes

Jan-Hein Strop legt net de telefoon neer met de opmerking: ‘Succes met je faillissement.’ ‘Dat was een bron, een advocaat,’ legt hij uit. ‘Ik ben bezig met een verhaal over hoe makkelijk het in Nederland is om conservatoir beslag te leggen op iemands bankrekening, huizen en goederen. Advocaten hebben daar veel kritiek op. Eric Smit heeft er zelf ook mee te maken gehad: acht jaar geleden had hij ruzie met Nina Brink, omdat hij een boek over haar had geschreven. Toen heeft ze beslag laten leggen op zijn huis en bankrekening vanwege de mogelijke schadevergoeding. We zijn een schuldeiservriendelijk landje, ik ben van plan daar nog meer over te schrijven.’

Jurist Strop werkte eerder bij onder andere De Pers, Carp en Het Financieele Dagblad. ‘Dankzij dit verdienmodel ben je bij Follow the Money onafhankelijk. Er zijn geen adverteerders of uitgevers die in je nek hijgen, er is geen enkel ander belang dan het journalistieke. Dat was bij bijvoorbeeld het FD wel anders. Veel abonnees en adverteerders daarvan komen zelf uit de financiële sector.’ Strop roemt ook de sfeer op de redactie. ‘Er wordt hard gewerkt maar ook hard geborreld, er is een mix van jong en oud en een open sfeer. Iedereen kan kritiek op elkaar leveren, er is nauwelijks hiërarchie. De mogelijkheid om lange tijd aan stukken te werken, heb je als freelancer nergens anders.’

Dagprijs

Naast haar heeft engagementredacteur Frank Meijer net een filmpje op Twitter gezet waarin Eric Smit belooft het tienduizendste lid een avondje mee uit te nemen. Daarop wordt al flink gereageerd, dus het is een kwestie van tijd tot dat jubileumlid zich meldt. Ondertussen vertelt Meijer over de veranderingen sinds hij bij FTM betrokken is. ‘Anderhalf jaar geleden kwam ik hier binnen, omdat ik voor mijn opleiding journalistiek een freelanceopdracht moest doen. Toen zaten we nog op een zolder­kamer bij het Vondelpark en hadden we 2500 leden.’ De samenwerking beviel, want de student verzorgt nog steeds de sociale media en werkt ondertussen mee aan journalistiek onderzoek. ‘Mijn medestudenten willen liever video’s maken, maar ik wil onderzoeksjournalist worden.’

Eric Smit doet een oproepje op Twitter

Alle journalisten bij FTM zijn freelancers. Zij verdienen afhankelijk van hun ervaring een honderd tot tweehonderdvijftig euro per dag. Andere media betalen meestal per woord, waardoor de journalist minder verdient naarmate er meer tijd in een stuk zit. De redacteuren die we spreken doen gemiddeld zes tot tien werkdagen over een artikel, maar zitten soms al jaren op de dossiers waar ze aan werken.

Naast de jonge honden sluiten ook steeds meer ervaren journalisten zich bij FTM aan. ‘Daar mikken we nadrukkelijk op,’ zegt hoofdredacteur Smit. ‘Onze mensen kunnen zich volledig op het onderzoek storten en een dossier opbouwen. Je krijgt bij ons niet te horen: je hebt hier nu al drie keer over geschreven, tijd voor iets anders. Dat is old school. Je mag hier diep in een onderwerp duiken en partijen hinderlijk blijven volgen.’

Waakhond

‘We vragen van auteurs dat ze hier minimaal eens per week zijn en regelmatig een redactievergadering bijwonen,’ zegt Smit. ‘Dat is belangrijk voor de sfeer en bovendien is het nuttig om gebruik te maken van elkaars netwerk en expertise. Iedereen moet scherp gehouden worden, ik ook. Ik schrijf zelf ook nog steeds artikelen, dat is het leukste wat er is: dingen opsporen, de puzzelstukjes leggen en het verhaal vertellen. En de lol van het wederhoor halen: ik vind het nog steeds heel leuk om lui op te bellen en pijnlijke vragen te stellen.’

Ook Peter Hendriks geniet ervan als men zenuwachtig wordt als hij aan de lijn hangt. ‘Soms bel ik iemand met een extra lage stem: “Jaaha, met Peter Hendriks van Follow the Money.” Alsof ik een soort rechercheur ben, dat is leuk.’ De oude rot in het vak schrijft over de woningmarkt. ‘Ik weet dat mijn stukken in Den Haag goed gelezen worden,’ zegt hij niet zonder trots. ‘Als ik een nieuw stuk publiceer, wordt dat geprint en in het mapje voor de minister gedaan. Dat heeft haar woordvoerder me verteld. Het is fijn wanneer je weet dat je werk gelezen wordt en dat het klopt. Het maakt de instanties nerveus, want ze willen niet dat er te veel shit naar boven komt, maar dat is onze taak. Ik denk dat het belangrijk is dat er een club is die puur en alleen als waakhond functioneert.’

Drank

‘Nog vijf leden, en we zitten aan de tienduizend!,’ roept uitgever Jan-Willem Sanders ondertussen door de ruimte. Tienduizend leden was het doel voor dit jaar, in 2019 wil men door naar de twintigduizend. ‘We willen onze mensen beter kunnen betalen, vaste banen aanbieden en meer betekenisvolle verhalen maken,’ vertelt Smit. ‘Ik denk dat dertigduizend leden realistisch is. We zijn aan het uitbreiden met audio en video en ook op lokaal niveau slaan we onze vleugels uit. Follow the Money moet in 2019 uitgroeien tot dé plek voor onderzoeksjournalistiek in Nederland,’ zegt hij ferm. ‘Hier heb je als onderzoeksjournalist de meeste mogelijkheden en ondersteuning om je werk goed tot zijn recht te zien komen.’

Ondertussen is de bel alweer een paar keer gegaan. De spanning stijgt. En dan: ‘tring’, daar komt het tienduizendste lid binnen. Op de redactie gaat bescheiden gejuich op. Uit een koelkast waarop een A4’tje met het woord ‘drank’ geplakt is, komen een paar biertjes en een fles cava. Redacteur Sys weet hem met enige moeite te openen. Maar veel gedronken wordt er niet, want hoofdredacteur Smit moet naar Hilversum en Van der Wal en Sanders hebben een afspraak met een mogelijke geldschieter. De rest van de redactie schuift weer achter laptop en telefoon, op naar het volgende verhaal.

De tienduizend leden zijn binnen