als je (zonder doping) harder fietst dan je vriendjes is het misschien tijd om op wielrennen te gaan.

tour de france, de godganse dag, op alle zenders

Wielrennen kijken op televisie is oersaai en daarom lijkt het wel alsof de Tour de France drie maanden in plaats van drie weken duurt. Vooral zonder valpartijen is er eigenlijk geen fluit aan. Maar zelf keihard fietsen is wel leuk. Lekker vaart maken en daarna zo plat mogelijk over je stuur hangen en ultra-aerodynamisch doorrollen. Als je daar niet genoeg van kunt krijgen is een wielerclub iets voor jou. Daar kun je al op als je vijf bent, maar meedoen met wedstrijden is pas mogelijk in het jaar dat je acht gaat worden.

Belangrijk is natuurlijk een goede racefiets. Ga niet met je vader (als die zo gek is) naar de fietswinkel om de duurste te kopen, maar informeer eerst bij de club. Nog belangrijker is een goede helm, want valpartijen zijn in het echt best gevaarlijk. Veel patat met mayo eten is lekker, maar als je vooraan wilt fietsen kun je beter spaghetti of bananen eten. Wielrenners moeten extra vaak en goed hun billen wassen om te voorkomen dat die rood en pijnlijk worden.

Normaal fiets je bij wedstrijden tegen leeftijdgenoten, dus ga je gewoon winnen. Als er ook wielrensters meedoen is het anders. Want meisjes fietsen tussen (voor?) jongens die een jaar jonger zijn. Het vervelende van wielrennen is wel dat je veel moet poetsen. Niet alleen de buitenkant van je fiets, maar ook verschillende losse onderdelen. Ouders hebben meestal geen tijd en zin om daarbij te helpen. Die zeggen waarschijnlijk: ‘jij wilde toch op wielrennen?’ Heb je niks aan. Vroeger kwam het nog weleens voor dat iemand bij de eerste tien over de finish kwam en toch zijn naam niet kon vinden in de einduitslag. Meestal zat het rug- of buiknummer dan te slordig opgespeld en had de jury hem daardoor gemist.

Tegenwoordig krijg je vaak een chipje en registreert de computer je topprestatie feilloos. Wie nu met trainen begint wint over vijftien jaar misschien wel de Tour de France. En als je dan in die gele trui over de finish komt in Parijs moet je terugdenken aan het stukje in de Villakrant (VPRO Gids #26) dat je over de streep trok.