IJsland werd keihard getroffen door de kredietcrisis. De oudste democratie ter wereld is een proeftuin voor nieuwe politieke verhoudingen.

IJslands langste dag

Naar een geiser kijken is zenuwenwerk. De Strokkur spuit grofweg elke tien minuten, maar wanneer precies is nooit zeker. Met camera, telefoon of iPad in de aanslag turen tientallen toeristen in dure winddichte jacks gespannen naar het borrelende gat. Ineens, net als de aandacht verslapt, komt een grote blauwe bel omhoog, die verandert in een sissende waterstraal en tientallen meters de lucht in schiet. Monden vallen open, camera’s klikken. Een seconde later is het weer voorbij en begint het wachten opnieuw.
Wij stappen gedwee de touringcar weer in om de Golden Circle te voltooien. Deze route voert in één dag langs de belangrijkste bezienswaardigheden in de omgeving van IJslands hoofdstad Reykjavik. Naast het spuitende hete water van Geysir, de woeste waterval Gullfoss en de idyllische kerk van Skálholt hoort ook een bezoek aan nationaal park Þingvellir daarbij. Twee tektonische platen drijven hier elk jaar een paar millimeter uit elkaar. Dat maakt het een woeste vlakte vol scheuren, aan de rand van een kristalhelder meer. Þingvellir is sinds 2004 onderdeel van het Unesco werelderfgoed. Op deze centraal gelegen plek kwamen in het jaar 930 voor het eerst de regionale leiders van IJsland bijeen om wetten vast te leggen en recht te spreken. Een indrukwekkende kloof biedt beschutting en een goede akoestiek voor het voordragen van de wet. Net als wij nu verzamelden de IJslanders zich in juni, als de sneeuw gesmolten is en de zon de hele nacht niet onder gaat. Men kampeerde een paar weken in hutjes van turf en tenten. Naast het formele gedeelte werd er handel gedreven, huwelijken gesloten en nieuwtjes uitgewisseld. De trotse IJslanders kunnen zo weer een record aan hun lijst (met daarop ook het vreedzaamste land ter wereld en de noordelijkste hoofdstad) toevoegen: de oudste democratie ter wereld.
Þingvellir is ook de locatie van een recentere mijlpaal in de geschiedenis: de Grote Verkeersopstopping van 2000. Toen organiseerde de regering een festival om duizend jaar christendom te vieren. Toevallig was het die dag 25 graden en zonnig, een unicum in het land van gure wind en grijze wolken. Veel meer mensen dan verwacht besloten de festiviteiten in het park bij te wonen, wat leidde tot een lange file op de smalle toegangswegen. Het blijft een veelbesproken evenement in het dunbevolkte land.

Crash
Toerisme in IJsland is de afgelopen jaren explosief toegenomen. Er komen nu twee keer zoveel toeristen als tien jaar geleden. Ten opzichte van vorig jaar is het aantal toeristen in 2013 al met 45,5 procent gegroeid. ‘We verwachten dit jaar 900.000 toeristen, drie keer zoveel als het aantal inwoners,’ vertelt Dora, die haar werkzaamheden als gids afwisselt met vertalen, op de parkeerplaats. ‘Eerst kwamen ze vooral in de zomer, maar nu ook steeds meer ’s winters, om het noorderlicht te zien.’ Zelfs Dora lijkt er een beetje moe van te worden. ‘In het centrum van Reyjavik hoor je alleen nog maar buitenlandse talen.’
IJsland is dan ook veel goedkoper geworden, sinds de ingrijpendste gebeurtenis uit de recente geschiedenis: de meedogenloze financiële crash. In 2008 werd duidelijk dat IJslandse banken jarenlang op te grote voet hadden geleefd en schulden hadden gemaakt die ze niet meer terug konden betalen. Onder meer de Nederlandse Icesave-tegoeden konden niet meer worden gegarandeerd. De regering probeerde de problemen op te lossen door de banken te nationaliseren. Elke IJslander weet nog waar hij was toen de toenmalige premier Geir Haarde de toespraak op televisie hield waarin hij benadrukte dat dit echt noodzakelijk was. Hij besloot met de verzuchting: ‘God zegene IJsland.’ De nauwelijks religieuze IJslanders begrepen dat als de eerste minister een hogere macht moest aanroepen, het dan wel heel ernstig moest zijn.
Isold Uggadottir maakte over de verwarrende crisistijd de film Revolution Reykjavik. De prijswinnende korte speelfilm gaat over een nette dame die haar baan bij een bank verliest, maar dat niet wil accepteren, waardoor ze steeds dieper in de problemen raakt. We hebben afgesproken in een cafeetje vol retromeubels met uitzicht op de haven. De filmmaakster verschijnt op een knaloranje fiets. Net als veel IJslanders heeft ze felblauwe ogen en donker haar, wat ze toeschrijft aan de genen van de Keltische monniken die de eerste bewoners van het eiland waren.
Ik geef complimenten over de strakke organisatie van mijn bustour. Dat verbaast Isold een beetje. ‘Een bekende uitdrukking van ons is Þeta reddast, wat zoveel betekent als “het zal wel goed komen”. Die houding komt volgens mij van onze avontuurlijke voorvaders. Maar dat laconieke heeft ons voor de crisis ook in de problemen gebracht. We dachten dat we overal mee weg konden komen, maar dat was dus niet zo.’ Ten tijde van de crisis studeerde ze in New York. ‘Toen ik daar net kwam wonen, stond de IJslandse kroon belachelijk hoog. Als mijn vrienden langskwamen, shopten ze zich helemaal suf. Als Amerikanen vroegen hoe dat kon, zeiden we trots: “We hebben gewoon een heel sterke munt.” Dat geloofde ik toen ook, maar we leefden in een zeepbel. Langzaam maar zeker begon de kroon te dalen. In 2010 begon ik aan een masteropleiding voor regisseur. Op dat moment was de kroon nauwelijks meer wat waard. De crisis liep als een rode draad door mijn studie, dus het was duidelijk dat mijn afstudeerfilm daarover moest gaan.’

De waterval Gulfoss

Revolutie
Door het nationaliseren van de banken werden de onverantwoorde schulden van de bankiers ineens de schulden van de IJslandse bevolking. Maar dat accepteerde men niet. De IJslanders gingen de straat op en ontketenden wat de ‘potten- en pannenrevolutie’ ging heten: lawaai makend met keukengerei eisten ze het aftreden van de regering. De nieuwe linkse regering liet de banken failliet gaan, verhoogde de belastingen, maar hield de sociale voorzieningen op peil. De IJslandse kroon werd gedevalueerd.
Hierdoor kon de economie er vrij snel weer bovenop klimmen, maar er was iets belangrijks veranderd: de IJslanders waren wakker geschud. Ze beseften dat ze hun eeuwenoude democratie zelf weer in de hand konden nemen.
Een van de nieuwe parlementsleden die destijds verkozen werd, was de excentrieke Birgitta Jónsdottir. De zelfverklaard ‘poetician’ vergaarde de afgelopen jaren internationale roem door haar betrokkenheid bij de WikiLeaks-affaire. Ze is sindsdien een bekend voorvechter van vrijheid van meningsuiting en informatie. Haar drukke werkzaamheden zijn haar aan te zien: ze heeft een vermoeid gelaat en houdt tijdens ons gesprek haar rijk geborduurde jas aan, klaar om naar de volgende afspraak te gaan. Maar als ze van wal steekt, is haar betoog gepassioneerd. ‘Ik denk dat een crisis altijd goed is: op persoonlijk vlak, maar ook op nationaal vlak. Het geeft je de mogelijkheid om nieuwe keuzes te maken. De financiële problemen leidden ertoe dat de IJslanders gebruik maakten van hun recht een volksreferendum aan te vragen. Dat was voor het eerst in de geschiedenis.’
‘Er was heel veel verontwaardiging in die tijd, onder de hele bevolking,’ zegt Isold. ‘Ik denk dat IJslanders door de crisis kritischer zijn geworden ten opzichte van de macht. Ze zijn hun onschuld kwijtgeraakt. En ze hebben leren protesteren. De bevolking heeft de regering omvergegooid, ze hadden nooit zelf het werk neergelegd. Nu we weten dat we dat kunnen, zullen we die macht niet meer uit handen geven.’
‘Ik was blij verrast om te zien hoe betrokken en hoe goed geïnformeerd de bevolking was,’ zegt Birgitta. ‘Ze wilden mee beslissen, en waren ook bereid de verantwoordelijkheid te nemen voor de gevolgen.’

Zelfverklaard 'poetician' Birgitta Jónsdottir

Facebookgrondwet
Terwijl het land bezig was op te krabbelen uit de crisis, rees uit die nieuwe burgerlijke bewustheid nog een idee: een nieuwe grondwet. Ondanks het ruim duizend jaar oude parlement, de Alþing, werd IJsland pas in 1944 onafhankelijk van Denemarken. De bestaande grondwet was een overblijfsel van de Deense overheersing die sinds de Middeleeuwen het geval was. Dat moest anders, besloot men. Een onafhankelijke commissie van 25 burgers werd aangewezen om de wet te formuleren. De beraadslagingen waren lang, maar vruchtbaar. Om de hele bevolking bij het overleg te betrekken werd het internet ingezet. Ruim tachtig procent van de IJslandse volwassenen heeft een Facebookprofiel en het sociale medium wordt er niet alleen gebruikt voor het delen van baby- en vakantiefoto’s, maar is een volstrekt geaccepteerde manier om politieke discussie te voeren.
‘Ik kan het nadenken over een nieuwe grondwet elk land aanraden,’ zegt Birgitta, die nauw bij het proces betrokken was. ‘Het is heel gezond om te bespreken in wat voor maatschappij je eigenlijk wilt leven en wat de normen en waarden zijn.’ In de nieuwe grondwet staan onder meer belangrijke bepalingen over een altijd actuele kwestie in IJsland: wie het recht op de natuurlijke grondstoffen mag opeisen. Er zijn eeuwige discussies over bijvoorbeeld de opbrengsten van de visserij en de aluminiumsmelterijen versus de unieke natuur. De IJslandse burgers kozen voor meer macht voor de bevolking en minder voor de grote bedrijven.

Vuilniszak
Ook het online democratische platform citizens.is is een direct resultaat van de crisis. Het is opgericht door ondernemers Gunnar Grímsson en Róbert Viðar Bjarnason. We ontmoeten Róbert in het drukbezochte café Paris op het Austurvöllurplein, sinds 1844 ook de locatie van de Alþing. De toeristen op het terras genieten van de voorzichtige zonnestralen die door het wolkendek priemen. Bjarnason is een van de eerste internetondernemers van IJsland. ‘De crisis was echt eng,’ vertelt hij. ‘Mijn grootvader ging met een vuilniszak naar de bank om zijn spaargeld op te halen, maar hij kreeg het niet mee. De pinautomaten waren leeg. We wisten niet hoe lang de voedselvoorraden toereikend zouden zijn. Er was geen vertrouwen meer in de politiek, en dat vertrouwen is nog niet hersteld. Maar burgers moeten wel betrokken zijn bij politiek, want hoewel democratie misschien niet perfect is, is het wel de minst schadelijke vorm van regering. Dus we moeten doen wat we kunnen om het te laten werken.’
Op de site Beter Reykjavik, onderdeel van citizens.is, kunnen burgers ideeën opperen voor de stad. Andere gebruikers kunnen deze bediscussiëren en beoordelen. Elke maand neemt het gemeentebestuur de ideeën met de meeste stemmen als basis voor nieuwe besluiten. Deelnemers krijgen per e-mail te horen wat er met hun idee gebeurd is. ‘We willen meer invloed voor burgers, en niet alleen in verkiezingstijd,’ zegt Róbert. ‘We zijn ervan overtuigd dat de toekomst van democratie online is. De makkelijkste manier om burgers te bereiken is via internet. En dankzij de hoge internetpenetratie van IJsland is dit een goede proeftuin.’
Beter Reykjavik werd omarmd door burgemeester Jón Gnarr, die in 2010 verkozen werd. Deze voormalig psychiatrisch patiënt, punkrocker en cabaretier begon zijn campagne als uit de hand gelopen grap. Zo beloofde hij dat elke zwembadbezoeker gratis handdoeken zou krijgen en dat hij geen coalitie zou vormen met mensen die zijn lievelingsserie The Wire niet hadden gezien. De kiezers, die traditionele politiek meer dan zat waren, zagen wel wat in zijn wilde ideeën. En hoewel hij zich op de gay pride uitbundig als travestiet verkleedde en bij de nationale verkiezingen ging stemmen als Obi-Wan Kenobi uit Star wars, kwijt hij zich zeer serieus van zijn taak.
Via Beter Reykjavik zijn al veel ideeën van burgers in gebruik genomen, vertelt Róbert. ‘Dankzij de burgers is de hoofdstraat in het centrum autovrij gemaakt. Een meisje van negen heeft ervoor gezorgd dat schoolkinderen meer excursies maken. En er zijn maatregelen genomen om te zorgen dat er geen daklozen meer dood kunnen vriezen op straat.’

Bij het kerkje in Skaholt

Vlaggetje
Dat klinkt allemaal geweldig, maar de IJslandse revolutie voltrekt zich niet daadwerkelijk zo rimpelloos als het Þingvellir-meer. Tweederde van de bevolking stemde bij een referendum voor de nieuwe grondwet. Maar de oppositie in het parlement wist het proces net zo lang te vertragen tot er weer nieuwe verkiezingen waren en de wet niet van kracht kon worden.
Bij die nieuwe verkiezingen, dit voorjaar, bleek dat toch niet iedereen tevreden was met de nieuw waaiende wind. De linkse partij van premier Jóhanna Sigurðardóttir – in 2009 de eerste openlijk homoseksuele regeringsleider ter wereld – werd gedecimeerd en de partijen die ten tijde van de crisis aan de macht waren, kwamen terug in het zadel.
17 juni is een grote dag: nationale muziektrots Sigur Rós brengt een nieuw album uit, en IJsland viert onafhankelijkheidsdag. Terwijl de meeste mensen hun roes uitslapen van de nacht ervoor, waarbij de hemel geen moment donker werd, zijn een paar honderd geïnteresseerden komen opdagen bij de officiële ceremonie voor de Alþing. Die bestaat uit het leggen van een krans bij het standbeeld van vader des vaderlands Jón Sigurdsson, traditionele liederen gezongen door frisse jonge meiden in klederdracht en een speech van de premier. Voor het eerst is er politie op straat te zien. De gloednieuwe premier Sigmundur Davíð Gunnlaugsson, met zijn 38 jaar het jongste verkozen staatshoofd ter wereld, steekt plechtig een lang verhaal af.
Een prachtige speech, vindt Anna, een gedrongen vrouw met kortgeknipt grijs haar en een IJslands vlaggetje in haar hand. ‘Het ging over de vele tegenslagen die IJsland in de geschiedenis heeft weten te overwinnen, en dat we, als we samenwerken, ook deze moeilijke periode te boven komen.’ Anna heeft met overtuiging op zijn Progressieve Partij gestemd. ‘De vorige regering was waardeloos. Ze waren heel negatief en overal tegen. Het grootste probleem waar we nu mee kampen, is jeugdwerkloosheid. Ik denk dat de nieuwe regering het land er bovenop gaan helpen. Sigmundur Davíð geeft de bevolking tenminste hoop.’
Maar Freydís denkt daar heel anders over. Tijdens de speech kijkt zij op haar mobieltje en stift haar lippen. ‘Ik vind het niet zo’n goed verhaal, het zat vol clichés. Deze politicus bevalt me niet. Maar dat kan ik hier misschien beter niet te hard zeggen,’ zegt ze terwijl ze wat nerveus om zich heen kijkt. Maar iedereen concentreert zich op het gedicht dat een oud-songfestivaldeelneemster vol passie aan het voordragen is.

Kofferbakmarkt in Reykjavik

Beloftes
‘Kiezers kijken naar de korte termijn,’ zegt filmmaakster Isold. ‘De linkse partijen zijn versnipperd geraakt. De vorige premier heeft het heel goed gedaan, maar toch heeft haar partij verloren. Misschien waren ze alleen bezig met oplossingen vinden en hebben ze niet genoeg laten weten hoe goed ze bezig waren. Bovendien is oppositie voeren altijd makkelijker dan de macht uitoefenen.’ Isold denkt dat de nieuwe regering de termijn van vier jaar niet gaat overleven. ‘Ze hebben in de campagne beloftes gedaan die ze niet waar kunnen maken, zoals schulden kwijtschelden en belastingen verlagen. Je ziet nu al dat ze op sommige vlakken aan het terugkrabbelen zijn.’
Róbert van citizens.is vindt het resultaat van de verkiezingen ‘prima’. ‘Sommige mensen zeggen dat men voor de situatie van vóór de crisis heeft gestemd. Maar het democratische proces is goed verlopen en daar gaat het mij om. Bovendien zitten er nieuwe mensen op het pluche. De vorige regering heeft ook mensen teleurgesteld. Kiezers vinden het jammer dat de nieuwe grondwet er niet door is gekomen. Maar dat proces gaat door. Ik denk dat het nog wel goed kan komen, want de progressieve partij vindt ook dat de grondwet herzien moet worden. Er had ook meer voor de gedupeerde huizenbezitters en hypotheekhouders gedaan moeten worden. Als de progressieven hier niets aan gaan doen, worden de mensen echt boos.’

Zicht op Reykjavik vanuit concert- en conferentiegebouw Harpa, na de crisis gebouwd

Microkosmos
‘IJsland is een soort microkosmos van een maatschappij die streeft naar verandering,’ meent Birgitta. ‘Als de nieuwe regering zo doorgaat, kan het wel eens lelijk worden. Dan komen er weer rellen op straat.’ Birgitta was dit jaar kandidaat voor de IJslandse piratenpartij, die drie zetels in het parlement wist te bemachtigen. ‘IJsland is de eerste staat die het aandurft om piraten in het parlement te kiezen. Ondanks de teleurstellende uitslag is een grote verandering gaande. Dankzij het internet hebben mensen veel meer toegang tot informatie, kennis en elkaar. Dat leidt er ook toe dat men meer toegang wil hebben tot besluitvorming. Er is nog een groot gat tussen de natie en de mensen die ons moeten vertegenwoordigen. Dat pikken burgers niet meer. Dit alles geldt echt niet alleen voor IJsland, maar men ziet ons als een soort democratielaboratorium, omdat de dingen hier sneller gaan. Maar wat je nu ziet gebeuren in de straten van Brazilie en Turkije, en de revoluties in Egypte en Libië, dat hangt hier allemaal mee samen.’
Symbool van de hernieuwde trots is het indrukwekkende concert- en conferentiegebouw Harpa, een architectonisch wonder dat sinds 2011 staat te stralen aan de haven. Het is in de plaats gekomen van een overambitieus hotel- en woonproject dat vanwege de crisis afgeblazen moest worden. Nu is het een bedrijvige ontmoetingsplaats. In de hal drinken moeders met kinderwagens koffie.
‘De sfeer is veranderd,’ merkt Isold. ‘Praten over geld en aandelen is uit. Men vindt het nu belangrijker dat iedereen het goed heeft en de natuur beschermd wordt. We willen niet meer ons hele hebben en houden verkopen, zoals voor de crisis. We geloven de hype niet meer.’
‘Ten tijde van de crisis schaamde ik me een beetje om IJslander te zijn,’ zegt Róbert. Hij is net terug van een conferentie op de Balkan, waar hij sprak met mede-kandidaatleden van de eu. Ook daar wordt zijn online platform gebruikt om burgers ook actiever te betrekken bij lokale politiek. ‘IJslander zijn is nu weer cool.’
 

De vlakte van Thingvellir

extra: de sterkste man & het penismuseum

exclusieve beelden uit IJsland