Nepnieuws, informatiebubbles en antwoordsuggesties die je hoofd doen schudden: voor Google, Facebook en traditionele nieuwsorganisaties ligt er een schone taak om ze te bestrijden, betoogt Geert-Jan Bogaerts.

De strijd met het algoritme is de afgelopen maanden een stuk urgenter geworden. Nepnieuws, zo blijkt uit onderzoek van Business Insider, wordt op Facebook vaker gedeeld dan nieuws uit serieuze bronnen. En wie op Google antwoorden zoekt op de vraag naar de ware aard van de islam of de echte geschiedenis van de Holocaust, krijgt antwoordsuggesties die doen vermoeden dat de zoekmachine is overgenomen door witte racisten.

Het internet is een instrument voor destabilisering geworden, in plaats van een stuk gereedschap waarmee we democratie zouden kunnen bevorderen. Russische hackers hebben de verkiezingen in de VS beïnvloed, en er is alle reden om aan te nemen dat ze hetzelfde gaan proberen bij de komende electorale slag in Duitsland, Frankrijk en wellicht Nederland. Volgens het Witte Huis zit Poetin er zelf achter. Bedoeling van dat alles is het zaaien van verwarring en onrust.

mediagiganten

Deze gang van zaken bewijst hoe fout het kan gaan als techbedrijven zich ontwikkelen tot mediagiganten, zelfs al hebben ze niet die intentie. Google vertrouwt tot op heden op zijn algoritmes, die zonder meer de beste resultaten opleveren bij 99 procent van de zoekopdrachten. Wil ik iets weten over de farao’s, welke films vanavond draaien in Utrecht, of wat ook alweer het recept is voor die fantastische bombe au chocolat: Google is my friend.

Maar Google houdt er te weinig rekening mee dat er ook heel wat minder onschuldige zoekopdrachten zijn; en dat mensen betekenis hechten aan de volgorde waarin zoekresultaten worden gepresenteerd. En dat biedt ruimte aan obscure, meestal extreemrechtse, groeperingen die online inhoud produceren die puur gericht is op het beïnvloeden van de algoritmes. Zij slagen daar klaarblijkelijk wonderwel in.

Algoritmes zijn in onze democratieën weapons of math destruction geworden, zegt data-wetenschapper Cathy O’Neill.

filtering

Hetzelfde geldt voor Facebook. Afgelopen zomer heeft dit sociale netwerk zijn redactie opgeheven die nieuwsitems filterde voor publicatie op de tijdlijn van zijn leden. Facebook meende dat deze filtering volstrekt automatisch, zonder menselijke tussenkomst, kon plaatsvinden. En we weten nu hoe fout die inschatting is geweest. Inmiddels is er weer een vacature voor een soort hoofdredacteur, en er zijn meer aanwijzingen dat Facebook op zijn schreden terugkeert. Er is nu een samenwerking aangegaan met websites die nepnieuws controleren, zoals Politifacts en Snopes.

Bij dit alles moeten traditionele nieuwsorganisaties ook hun rol opnieuw oppakken. En ik denk dat dit een proces is dat de agenda’s van de hoofdredacties nog wel een aantal jaren gaat bezighouden. Ik weet dat het in ieder geval binnen de VPRO een belangrijk thema is. Wij moeten nadenken hoe we ons publiek kunnen blijven bereiken en bedienen, en wat voor rol wij kunnen spelen in het doorbreken van filterbubbles en het ontmantelen van nepnieuws.

Dat doen we uiteraard in onze programma’s, en dat zullen we blijven doen. Maar als we ons niet continu het hoofd breken over hoe dat beter kan, doen we ons werk niet goed.

Je hoort nog van ons.

Geert-Jan Bogaerts

Geert-Jan Bogaerts is afdelingshoofd Digitaal van de VPRO. Voor Berichten uit de nieuwe wereld bericht hij tweewekelijks over innovaties binnen de omroep en technologische trends en ontwikkelingen die hij signaleert daarbuiten. De bombe au chocolat was overigens 'goddelijk', meldt hij. 'Helaas kan ik het recept niet meer terugvinden.'

meer van het medialab