Er is een direct verband tussen de hoeveelheid drugs die in Amerika gekocht worden en het aantal Mexicanen dat illegaal de grens probeert over te steken. Mensen vluchten voor de moordzuchtige kartels. Maar de ‘Narcos’ worden ook geadoreerd.

'Het beest' is een grote goederentrein die door heel Mexico rijdt en eindigt bij de grens van de Verenigde Staten. Veel migranten brengen een deel van hun reis op deze trein door, dan hoeven ze niet het hele eind te lopen. Bij de route die het beest aflegt, staan verschillende vrijwilligers die de migranten helpen met eten en drinken. Ze moeten alleen wel oppassen voor de federale politie. Die laat niet zomaar toe dat iemand op het rug van het beest klimt. Maar het kan dus wel. Op naar het noorden, waar de drugskartels heer en meester zijn. 

De drugshandelaren, ook wel narco's genoemd, worden bewonderd in Mexico. Op marktjes kun je shirts van El Chapo kopen, films en muziek gaan over de narcoscene en je kunt zelfs in een kapelletje bidden tot Jésus Malverde, een overleden drugsbaron. Maar die bewondering brengt ook angst met zich mee. Het zorgt voor veel onrust en geweld in het land. Terwijl mensen ook om deze reden naar het veilige Amerika willen, zijn er ook migranten die wiet of cocaïne over de grens smokkelen. Zo wordt je overtocht geregeld en betaald en heb je gelijk een extra zakcentje, vertelt een van hen. Een lokale drugdealer in Mexico-stad blijft daar liever ver van. Veel te gevaarlijk.

Migranten die het halen, keren soms ook terug. Als uitgezette gevangene, zoals de man die Stef twee jaar eerder van een tatoeage voorzag in de serie Amor met een snor. Of als iemand die 'het gemaakt heeft' en door hard werken relatief rijk is geworden, ten koste van de contacten met het thuisfront. Waar natuurlijk ook niet alles hetzelfde blijft. Het doet nogal wat met een dorp als een groot deel van de inwoners in het buitenland werkt. En sommigen komen nooit terug.