Verwarm de oven voor op een hoge stand, 220 graden.
Kook de venkelblokjes in een pan met ruim kokend, gezouten water.
Snij de bloemkool in dikke plakken van 1,5 cm dikte. Leg de bloemkool op een bakplaat, belegd met bakpapier of een bakmat. Bestrooi ze voorzichtig, zodat ze niet breken, met de olijfolie, platte peterselie, citroensap, fijne rasp, knoflook, chilivlokken, korianderzaadjes (grof gemalen uit de vijzel) en zeezout. Wrijf met je vingers de marinade er aan alle kanten in.
Spreid de bloemkool plakken uit en rooster ze in zo’n 20 tot 25 minuten mooi goudbruin en gaar. Keer de plakken halverwege met een pannenkoekmes of platte spatel.
Giet intussen de venkel af en laat ze goed uitdampen. Pureer de venkel in een hoge beker met een staafmixer. Roer er crème fraîche door, kijk uit dat het niet te nat wordt. Breng de puree verder op smaak met zout, peper en een klontje boter.
Nu de eikhaas. Verhit olie in twee grote koekenpannen op middelhoog vuur of bak de paddenstoelen na elkaar in één pan in de helft van de olie.
Bestrooi de paddenstoelen met peper en zout.
Bak ze ongeveer 3 minuten per kant. Zet het vuur niet al te hoog.
Warm de borden voor (onder de hete kraan, bijv.).
Schep een fikse lepel venkelpuree op het bord en schik er zo’n twee bloemkoolsteaks op.
Leg de eikhaas erbij en druppel nog wat citroensap & rasp over de borden voor u ze serveert!