Wim Brands

A.L. Snijders

Peter Muller aka A.L.Snijders, schrijver van Zeer Korte Verhalen wordt drie uur Lang geïnterviewd door Wim Brands. Hij kreeg in november 2010 de Constantijn Huygensprijs voor zijn gehele oeuvre. De ‘permanente fascinatie’ waarmee hij alledaagse onderwerpen beschrijft en die van zijn alledaagsheid ontdoet maakt dat de schrijver de prijs verdient, aldus de jury. Brands vraagt hem naar zijn Hoe, Waarom, Wanneer en Meer.

Wim Brands

Wat wordt dit Marathoninterview?

Dit wordt een ontmoeting met de man voor wie 2010 gezien kan worden als, om met Snijders ‘onbezoldigd bibliograaf’ Marius Zeven te spreken dit jaar was de definitieve doorbraak van A.L.S..
Immers: op 5 november kreeg Snijders voor zijn gehele oeuvre één van de belangrijkste Nederlandse staatsprijzen voor literatuur, de Constantijn Huygens-prijs toebedeeld.
Later in november verscheen Snijders’ vierde ZKV-bundel: "Een handige dromer."
ZKV, staat voor een Zeer Kort Verhaal, hèt genre waar Snijders zich het meest bij thuis voelt. Het genre waarmee hij het afgelopen jaar heeft afgerekend met het cliché dat het korte verhaal niet populair is.

Ga maar na Snijders is ermee doorgedrongen tot zo’n beetje alle media. Zo schrijft hij wekelijks een column in de VPRO-gids.

Is er een nieuwe Bijbelvertaling, Snijders wordt door NRC handelsblad gevraagd om zijn visie. Alhoewel hij door het leven gaat als verklaard atheïst. dagblad TROUW confronteert hem met graagte met de Tien Geboden, wat Snijders de uitspraak ontlokte: als ik iets ben, dan ben ik ironisch.

A.L. Snijders, - 73 jaar is hij nu - , heet eigenlijk Peter Müller, hij is oud-leraar maar noemt zich tot op de dag van vandaag een schoolmeester. Maar dan wel van het Theo Thijssen-type, die niets moet hebben van de directieven uit Zoetermeer, maar die een klas in komt en vertelt hoe het leven in elkaar zit.

Een ambitieuze man zou je misschien denken, maar vanochtend in de Volkskrant zegt hij”Ik ben volstrekt ambitieloos, mijn hele leven al. Nooit of te nimmer heb ik iets gepland of denk ik aan morgen. Door niks te doen is alles gebeurd.’