Langzaam komen er gitaristen, bassisten en zangeressen bij. Iedereen danst synchroon. Waar aan het begin het zaallicht nog aan staat, is het op het einde een grote lichtshow. De evolutie van het concert is geweldig om te zien.
De kleding, het licht, de manier waarop iedereen geregisseerd maar toch spontaan weet te dansen. David Byrne, de frontman van Talking Heads, is een genie. Het hele concert is avant-garde. Het conceptueel nadenken over wat er in het theater gebeurt, hoe het visueel eruit ziet, vind ik heel inspirerend. Vanaf het begin van mijn carrière heb ik dat willen doen, maar ik was nog jong. Je leert ook gaandeweg. Nu heb ik dat punt bereikt. Ik werk samen met een choreograaf en goede fotografen. Ik integreer conceptueel denken in de dingen die ik maak. Aan de ene kant is het avant-garde, maar tegelijkertijd is het wel heel toegankelijk. Ik hou erg van pop, wat toegankelijk is voor een groot publiek en niet moeilijk om naar te luisteren, maar ik zoek binnen pop manieren om onderscheidend en uniek te zijn. Muziek is een manier van een wereld creëren, en fotografie, mode en allerlei vormen van kunst horen daarbij.'