Maurits de Bruijn is schrijver. In zijn non-fictie debuut, ‘Ook mijn Holocaust’, duikt hij in het verleden en onderzoekt het trauma dat zijn Joodse moeder aan de Tweede Wereldoorlog heeft overgehouden. Maar wat is zijn eigen identiteit? Welke kunstenaars inspireerden hem om zijn meest persoonlijke werk tot nu toe te schrijven? Oftewel, op welke schouders staat Maurits de Bruijn?

#1 Fetch the bolt cutters

Fiona Apple

'Fiona Apple is een zangeres en sinds haar allereerste album ben ik al fan. Vijf albums verder en ik luister nog steeds naar haar. Haar onverschrokkenheid is inspirerend. Het komt op twee dingen aan waarom zij belangrijk voor mij is. Als eerste de thematiek van haar nummers. Zo open en persoonlijk, en ze laat het allemaal toe in haar werk. Dit heeft mij gedreven om hetzelfde te doen.

Niet letterlijk natuurlijk, maar zij heeft ervoor gezorgd dat ik inzag dat het gewoon kan. Dat persoonlijke. Je hoeft je er niet voor te schamen. Je werk van verschillende dimensies voorzien door de lijn tussen kunst en jezelf korter te maken. 

Het andere punt is dat haar eerste album veel conservatiever was. Veel meer jazz en pop. Naarmate haar carrière is ze dit steeds meer aan het loslaten. Inmiddels heeft ze haar eigen genre gecreëerd. Een eigen onderscheidend geluid. Ze laat los wat ze weet. Ik vind dat als schrijver heel belangrijk. Bij mijn debuut en mijn tweede roman had ik een soort basisvoorwaarden. Dit boek moet mooi worden, zei ik tegen mijzelf. Alles wat ik schrijf moet mooi worden. Dat is leuk en aardig, maar dat perfectionisme heeft ook wel iets gekost. Bij Ook mijn Holocaust heb ik dat proberen los te laten.'

#2 A living man declared dead and other chapters

Taryn Simon

'Tijdens het schrijven van het boek kwam ik de tentoonstelling en het gelijknamige boek A living man declared dead and other chapters tegen. Hierin heeft Taryn Simon verschillende stambomen van families in kaart gebracht. Haar oeuvre kenmerkt zich dan ook doordat het onderzoeksgericht is. Ze is begonnen met het fotograferen van twee broers in India die beide doodverklaard zijn door de overheid zodat hun land onteigend kon worden. Dit terwijl de broers nog leefde. Ze heeft een stamboom gemaakt van hun en andere families wiens levens gekleurd zijn door onderdrukking, vervolging, overlijden en vermissing. Zo gaat één van de hoofdstukken over een Palestijnse familie die onder de Israëlische bezetting leeft. 

Het omslag van 'Ook mijn Holocaust' is gebaseerd op dit project. Wanneer mensen niet op de foto kunnen staan vanwege hun afwezigheid, dan laat Simon vlakken leeg in de stamboom. Verlies is heel moeilijk om zichtbaar te maken, maar de vier lege vlakken op de omslag representeren de twee ouders en de twee zusjes van mijn moeder. Zij werden naar Sobibór gedeporteerd en daar vermoord.

In een interview heeft Taryn Simon het volgende gezegd: "We are ghosts of the past and the future." 

Ik vind het een mooi besef dat wij een spook van onze voorouders zijn, maar dat we ook weer spoken zullen worden van onze nazaten. In onze hedendaagse wereld voelen wij ons in de eerste plaats een individu, losgeslagen van de stamboom, los van eerdere generaties. Dit besef zorgde ervoor dat ik het boek moest schrijven. Deze quote is een manier om gedachten te geven aan iets wat ik moeilijk uit te leggen vind. Ik heb voor het schrijven van mijn boek gezocht in de wetenschap, in mijn eigen leven en ook in de woorden van anderen. En zij is daar een van.'

#3 Dogtooth

Yorgos Lanthimos

'Yorgos Lanthimos is een Griekse regisseur onder andere van Lobster en The FavoriteDogtooth is een van zijn eerdere werken waarin hij een familie portretteert. De kinderen in de film, die al een volwassen leeftijd hebben bereikt, worden onwetend gehouden over de buitenwereld. Ze mogen het huis niet verlaten en hun ouders vertellen absurdistische verhalen over de wereld buiten het met hekken omringde terrein. Zo zouden katten moordlustige dieren zijn en zijn vliegtuigen iets waar je bang voor moet zijn. 

Het laat heel sterk zien hoe wij producten zijn van onze ouders. Hoeveel macht ouders over ons hebben. Er is een moment in de film waarop de kinderen nieuwe woorden leren, maar niet de juiste. In plaats van de naam voor een bloem te leren, gaven ze het de naam van een dier. Je ouders zijn een raam waardoor je de wereld leert kennen. De bron van kennis. Wanneer dit fout wordt doorgegeven heeft het grote invloed. Alles wat wordt doorgegeven is van grote invloed.

Alle drie mijn boeken gaan over familie. Ze zoomen in op de taal je meekrijgt van je ouders, het gereedschap voor je normen en waarden. De humor die ik bijvoorbeeld van mijn moeder heb. Ik zie thematische verwantschap met deze film. En wat ik ook mooi vind, is dat het emotionele zwaartepunt van de film ambigue is. Je mag als kijker zelf bepalen wat voor film het is; droevig, grappig of slim. Als schrijver probeer ik alles tegelijk te laten zien. Elke emotie van een tegenkleur voorzien. Daardoor lijkt het boek het meest op het echte leven. Al het verdriet dat we meemaken, het trauma van mijn moeder wat doorwerkt op mijn gezin, is niet erg luchtig. Toch probeer ik wel humor door te laten schemeren, het ongemak of het wonderlijke wat ik erbij voelde als kind. Ik probeer het volledige emotionele spectrum erbij te betrekken.'