Deze week is Hans Kesting gastcurator van Mondo. In zijn huis heeft hij een werk van de Belgische kunstenaar Miguel Delie hangen. Delie is jarenlang stylist geweest voor onder andere Tommy Hilfiger en Karl Lagerfeld, maar heeft die tijd ingeruild voor een fulltimebaan als kunstenaar. Maar welke kunstenaars inspireerden hem om sculpturen te maken van speelgoed? Welke kunstwerken motiveerden hem? Oftewel, op welke schouders staat Miguel Delie?

#1 MR.

‘MR. is een Japanse kunstenaar die enorm geïnspireerd is door manga. Hij schildert de figuurtjes en de leefwereld van de manga samen op doek. Ik vind de mangacultuur al prachtig, maar ook de manier waarop hij werkt met kleuren. Het zijn vaak hele harde en scherpe kleuren. Zijn doeken zijn gigantisch groot, maar hij weet alles tot in perfectie in te kleuren. Het is spectaculair om te zien. Het is een visueel plaatje met invloeden van neopop cultuur. Japanse manga meisjes, die hij tot iets heel volwassen en hedendaags heeft weten te schilderen. Zo portretteert hij zijn persoonlijke fantasie en creëert daarmee een droomwereld. Ik pas dat ook toe in mijn werk; een wereld waarin je kan verdwalen. Ik ben bezig met plastic, popcultuur en merchandise. Die simpele dingen vind ik fantastisch. Je kan ons werk zeker niet vergelijken. Wanneer je iets kan vergelijken is het een kopie, en het mag niet een kopie zijn. Maar hij is zeker een groot voorbeeld voor mij.

Toen ik vroeger op de kunstschool zat lag er een focus op conceptuele kunst. Dit was heel anders dan de kunstwerken die ik in mijn hoofd had. De moed zakte mij hierdoor vaak in de schoenen. Nu ik ben afgestudeerd vind ik de perfectie waarmee zijn kunst is afgewerkt bewonderingswaardig. Japanse kunst kan heel snel kitsch worden, maar bij hem is het een meesterwerk. Hij heeft niet het meest diepgaande verhaal, en dat is ook niet waarom ik hem bewonder, maar hij is visueel het beste in wat hij doet. Ik hoef zijn verhaal niet te horen. Ik heb genoeg aan het beeld.’

#2 Jeff Koons

‘Ik denk dat Jeff Koons meer tegenstanders heeft dan voorstanders. Hij krijgt bakken kritiek over zich heen omdat zijn werk te kitsch en te banaal zou zijn, en daar hebben mensen moeite mee. Ik heb nooit begrepen waarom iedereen er zich zoveel van aantrekt. Er wordt vaak iets gezegd als “o, maar dat kan ik ook.”. Alleen kan je dat niet, anders had je het wel bedacht. Hij is degene die bedenkt om een ballonhond te maken of een sculptuur te maken van Play-Doh. Ik vind het daarom spectaculair wat hij doet. Hij heeft zo’n oog voor details. Hij maakt uit iets banaals, iets wat wij allemaal tegenkomen in het dagelijks leven, een visueel sterk kunstwerk. Ik kan uren naar zijn werk kijken.

Ondanks alle negativiteit denk ik dat hij de grootste, levende kunstenaar ooit is. Hij volgt zijn eigen weg en de liefde voor banaliteit inspireert mij heel erg. Toen ik aan mijn eigen werk begon vond ik het te simpel. Was ik niet te visueel bezig? Moest ik geen maatschappelijk kritische onderdelen erin verwerken? Ik zag zijn werk voorbijkomen en mijn twijfel werd weggenomen. Door zijn werk ben ik achter mijn eigen werk gaan staan. Durfde ik om de stap te zetten om fulltime bezig te gaan met kunst. En ik ben blij dat ik heb doorgezet. Zijn werk is heel belangrijk voor datgene wat ik doe en wat ik wil als kunstenaar. Ik kijk naar hem op. Ik word gemotiveerd door zijn werk en streef om beter te worden. Hij werkt perfect, dus word ik getriggerd om het even perfect te doen. Hij maakt mij een betere kunstenaar.’

#3 Katherine Bernhardt

‘Katherine Bernhardt komt uit Amerika en haar studio vestigt zich in New York. Ze doet iets heel anders dan Koons of MR. De overeenkomst is wel dat ze ook op enorme doeken schildert. Katherine haalt haar meeste inspiratie uit de popcultuur. De Disneyfiguren Garfield en Pink Panther komen vaak voor in haar werk. Ze tekent ze met een perfecte combinatie van spray can en acrylverf kinderlijk op het grote doek. Dit kan worden gezien als banaal, maar andere kunstenaars die met dezelfde materialen werken doen het haar niet na. Zij is echt uniek. Ze gebruikt enorm veel kleur en het is visueel perfect in balans. Ze combineert twee verfsoorten zonder dat de een de overhand neemt. De spray can is geen graffiti en de acrylverf is geen schilderij. Met ruwe vormen tekent ze hedendaagse popcultuur zoals Nike schoenen die worden gedragen door Pink Panther. Het is pop, maar daarin heeft ze haar eigen fantastische stijl ontwikkeld. Als je iets unieks maakt, geloof ik, kom je er de een of andere dag wel.

Net zoals bij de vorige besproken kunstenaars, kijk ik ook vol bewondering naar haar werk. Hierdoor krijg ik zin om naar mijn studio te sprinten en direct aan de slag te gaan. Haar werk is een grote motivatie voor mij. Wanneer ik ernaar kijk zeg ik twintig keer shit of fuck, omdat ik het zo bijzonder vind. Het zijn soms zulke domme dingen; een afbeelding van een sigaret of een schoen, maar zij brengt er balans in. Er is over elk verfspatje of elke lijn, waarvan je zou kunnen denken dat deze verkeerd geplaatst is, nagedacht. Hoe meer kleur, hoe beter. In mijn werk focus ik mij ook op de details. Er zit een duidelijke structuur in, een duidelijke opbouw en een constante focus.’