In de vierde aflevering van het tweede seizoen reist O'Hanlon Sir Henry Alexander Wickham verder achterna (deel 2). Hij is een haast vergeten en enigszins dubieuze held uit het negentiende-eeuwse Groot-Brittanniƫ.

Henry Alexander Wickham, die met een schat aan rubberzaden uit Brazilië terugkeerde, wachtte in Engeland een koude douche. Als working class boy werd hij vriendelijk bedankt voor zijn inspanningen en vervolgens aan de kant gezet. Redmond O'Hanlon is er stellig van overtuigd dat het Britse Empire nooit zo machtig zou zijn geworden zonder het klassensysteem.

In het Victoriaanse Engeland bleef een arbeider een arbeider, ongeacht zijn capaciteiten of ambitie, tenzij hij net als Henry Wickham op een boot stapte en naar een Britse kolonie verkaste. Want daar stelde je als Brit ineens iets voor, ongeacht je sociale klasse. Zo ontvluchtten duizenden arbeidersjongens hun lot in het miezerige Engeland en beproefden hun geluk voorbij de evenaar. En meer dan de helft van hen liet daarbij het leven. Honderdvijftig jaar later maakt O'Hanlon zich nog steeds kwaad over deze ongelijkheid. En daarom wordt het voor hem de hoogste tijd om zijn grootste held Richard Francis Burton voor te stellen. Want deze ontdekkingsreiziger heeft zich altijd met hand en tand verzet tegen de bekrompenheid en preutsheid van het Victoriaanse Engeland.

Als briljante polyglot vertaalde Burton erotische werken als de Kamasutra en de Arabische Nachten in het Engels en daarmee alleen al legde hij een bom onder de Engelse kuisheid. Redmond herleest met rode oren Burtons werk en duikt met hernieuwde energie in het leven van Ruffian Dick zoals hij werd genoemd - de Bruut Burton.

Ga ook naar deel 1