Stuk zonder Soraya Pol zou ondenkbaar zijn. De researcher, die eerder werkte voor onder andere 'De hokjesman', ging dieper dan ooit tevoren.

Jurjen Blick, de regisseur, stond erop dat ik je zou interviewen. ‘Soraya is mijn voorhoede en eenmansleger,’ schreef hij.
Soraya Pol: ‘Dat klinkt als Jur, ja, haha. En het klopt. Ik ben als zijn spion het veld ingegaan en bij Heliomare geïnfiltreerd. Die locatie was door onze eindredacteur uitgezocht; daar gingen we het doen. Daar ging ik het dus doen. Ik heb eerst twee maanden ondergedoken gezeten bij het personeel, zodat ik de kliniek eerst kon leren kennen aan de medische kant. Wat betekenen de therapieën? Wat gebeurt waar, wie doet wat? Ik zorgde ervoor dat ik heel Heliomare al kende voordat ik de patiënten sprak. Daarna pas ging ik over op het vinden van mooie personages.’

Dan is de vraag natuurlijk: hoe doe je dat eigenlijk?
‘Tegen die tijd had ik zo’n goede band met het personeel, ik had er heel veel vertrouwen opgebouwd. Ze wisten ook dat ik niets zou doen dat medisch onverantwoord zou zijn en sowieso alles in overleg. Uiteindelijk kreeg ik zoveel vertrouwen, dat ze wekelijks met mij de nieuwe patiënten doornamen, om te bekijken wie interessant zou kunnen zijn. Zij maakten vervolgens ook het eerste contact: vind je het goed als deze mevrouw van de VPRO vrijblijvend met je komt praten? Met de nadruk op vrijblijvend. Vaak werd daar positief op gereageerd, soms ook niet.  Daar was dan geen behoefte aan.’

‘Bij wie wel wilde, ging ik op gesprek, om hen te leren kennen, maar ook om te vertellen wie ik was, waar we mee bezig waren en wat het zou betekenen om mee te doen. Dat heb ik tot overdrevens toe uitgelegd: dat we alles wilden weten en overal bij wilden zijn, maar altijd in samenwerking met hen. Als we vervolgens besloten hadden dat iemand interessant was voor de serie, ging ik nog een stapje verder. Ik heb dagen met deze mensen gespendeerd, ging met ze mee naar alle therapieën, zat erbij bij familiebezoeken en praatte met ze over alles.’

Klopt het dat je voor deze klus dieper bent gegaan, dan ooit tevoren?
‘Dat is absoluut waar. Door de vorm die we hanteren, die voice-over die eigenlijk vertelt wat de mensen denken en voelen, die zelfs in de toekomst kan kijken – om dat te kunnen doen, moet je weten wat mensen voelen en denken. Dan voer je gesprekken met partners, waarvan je zegt: dit zou je elkaar misschien nooit vertellen, maar hoe zit het nou echt?’

'Je moet vriendschappen aangaan, elkaar vertrouwen en waarderen. Dat creƫer je alleen door te geven wat je vraagt.'

- Soraya Pol

‘Ik heb mij daar bij best wel eens afgevraagd of het nog verantwoord was. Ik ben niet medisch onderlegd, maar stelde vragen die psychologen normaal gesproken stellen – vragen die mensen dwongen om te reflecteren en na te denken over hun bestaan, nog ver voordat de psychologen die vragen zouden stellen. Natuurlijk was er constant medische ondersteuning en zijn we later ook meegegaan naar hun therapiesessies. Daar hebben we zorg voor gedragen. Nee, zo diep als dit ben ik nog nooit gegaan, is ook nog nooit nodig geweest. Dat maakt deze serie ook zo mooi en bijzonder, het gevoel dat je zo dichtbij komt.’

Hoe win je dat vertrouwen?
‘Ik vertel heel veel over mijzelf aan hen. Dat ben ik haast verplicht aan ze, je kunt niet een gesloten boek zijn. Je moet vriendschappen aangaan, elkaar vertrouwen en waarderen. Dat creëer je alleen door te geven wat je vraagt. Dat vond ik nog wel confronterend ook, want alle gesprekken werden opgenomen. Er mocht geen detail verloren gaan. Een assistent moest alles uittikken en  Jur las al die verslagen vervolgens ook. Daardoor is onze samenwerking onder andere zo mooi geworden. Hij wist alles van mij en ik veel van hem, we zijn heel open tegen elkaar geweest.’

(tekst loopt door onder foto)

Gregor Meerman (camera), Soraya Pol (research), Jurjen Blick (regie) en Jillis Schriel (geluid)

Lukt het je dan ook om aan het einde van de dag weer af te sluiten voor al die emoties, of neem je het mee naar huis?
‘Natuurlijk. De productie zei ook altijd: houd het professioneel, maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Dat kan gewoon niet. Als je de hele dag een op een doorbrengt, je mensen ziet huilen en pijn ziet hebben, dan ga je daar over nadenken. Ik heb mijzelf daar op een gegeven moment ook echt in moeten corrigeren. Dan zat ik met vrienden te klagen over alledaagse dingen en zei ik: waar zeuren we eigenlijk over? Maar nee, we hebben ook gewoon nog het recht om te zeuren – en dan hoef je niet altijd te zeggen: wees blij dat je geen dwarslaesie hebt.’

‘Een moment dat ik heel confronterend vond, kwam toen we met Paul gingen filmen. Ik had al veel gesprekken met gehad, waarin hij vertelde dat hij de ochtend het ergste vond. Dan was hij zich des te meer bewust van hoe afhankelijk hij was geworden. Dat waren niet per se emotionele gesprekken; dat klinkt gek of hard, maar je maakt ook op zo’n moment ook grappen met elkaar. Uiteindelijk voel je dan meer bewondering dan verdriet. Tot we dus gingen filmen. Het was donker, we waren vroeg op en gingen met de verpleegkundigen mee om Paul wakker te maken. Ze doet de deur open, ik sta tegen de muur en zie hem liggen. ‘Goedemorgen, Paul.’ Dat greep mij toen echt; dat hij daar ligt te wachten totdat iemand anders zijn dag begint. Ook als hij ’s nachts wakker wordt, kan hij niks, geen boek lezen of zelfs iets drinken. Hij moet wachten tot hij wakker wordt gemaakt, aangekleed wordt, eten krijgt. Ik vond dat zeer claustrofobisch en zo emotioneel. Het gaf mij nog meer respect voor de mensen daar, voor hun kracht.’

Je zit uiteindelijk zelf ook in de serie: we zien de personages met je bellen.
‘Op een gegeven moment kwamen details uit mijn research naar voren die we niet terugzagen in de serie, maar er wel in wilde hebben. De diepgaande gesprekken die ik had gehad met Paul, die voerde hij natuurlijk niet met een willekeurig iemand op de gang. Niet eens met zijn vrouw, Suzanne: juist met je partner gaat het vaak juist over het alledaagse, om overleven. Toen kwamen we op dit idee. Ik had de gesprekken al gevoerd en wist dus ook welke vragen ik moest stellen. Dat ging heel organisch.’

'Met de mensen uit Stuk blijf ik een bijzondere band houden.'

- Soraya Pol

‘Zwaar was het natuurlijk ook, want het gaat over dingen waar mensen het eigenlijk niet over hebben. Het moeilijkste gesprek was met Suzanne. Die huilde nooit, bewust. Ze kon niet instorten, vond ze, en daar hield ze zich aan vast. Maar ik ga dan toch graven, wil horen wat zij echt voelt – dan breekt ze en voel ik mij erg schuldig. Ik moest ook huilen. Ja, godverdomme, dit was toch het randje. We hebben het er gelukkig nog over gehad, dat ze zei: nee, alles is goed. Ik wist waar ik aan begon. Maar het doet toch wat met je.’

Blijf je contact houden met de mensen uit de serie?
‘Weet ik niet, als ik eerlijk ben. Dat hoop ik wel. Het stomme is: ik ben nu weer volop met een ander project bezig en dan leer ik daar ook weer nieuwe mensen kennen, waar ik die band mee op moet bouwen. Het blijft mijn werk. Maar met de mensen uit Stuk blijf ik een bijzondere band houden, dus ik ga mijn best doen. Zoals Paul zegt: Life happens and that is what it is. Hij heeft ook al contact met mij opgenomen, dat hij ons mist. Jullie zijn als familie voor mij geworden, schreef hij, en zo voelt het ook. Als familie. En bij familie kun je het ook lijden om elkaar een paar maanden niet te zien. Je houdt toch wel van elkaar.’