De biodiversiteit in Nederland moet worden hersteld. Maar zijn boeren bereid hun land aan te passen? Natuurbeschermer Jaap Dirkmaat nam de proef op de som.

Daan Kuys

Zo kunnen boeren hun land biodiverser maken

De biodiversiteit in Nederland moet worden hersteld. Maar zijn boeren bereid hun land aan te passen? Natuurbeschermer Jaap Dirkmaat nam de proef op de som.

Ilija Bozovic - 24 september

‘Het gaat slecht met de biodiversiteit in de wereld, en ook in Nederland. Planten- en dierensoorten verdwijnen, en dat is eigenlijk een probleem voor iedereen. Want als er één ding de oplossing voor alles is, dan is het wel een rijke natuur. Pandemieën, droogtes, hittegolven, een stijgende zeespiegel, overstromingen, landbouwplagen: allen kunnen worden tegengegaan door meer ruimte te geven aan een biodiverse natuur.

Maar hoe doe je dat in Nederland, een land dat bijna letterlijk van kavels en monoculturen aan elkaar hangt?

Jaap Dirkmaat is natuurbeschermer, autodidact en directeur van de VNC, de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap, dat een Deltaplan voor het landschap ontwikkelde. Dirkmaat pleit voor een simpele ingreep in Nederland om de verdwijnende soorten te laten terugkeren in het landschap: de vlechtheg, horizontaal gevlochten takken waar van alles omheen groeit. 

Die heg (Tūn in het oud-Germaans) wordt al zo’n 20.000 jaar door mensen gemaakt over de hele wereld. Heggen zijn volgens Dirkmaat een harmoniemodel waarbij mens en natuur van oudsher samenwerken: jij zorgt goed voor de heg en in ruil daarvoor zorgt de heg dat jouw vee binnen blijft. Een stuk natuurlijker dan het uitrollen van prikkeldraad. Dirkmaat neemt ons mee door de Ooijpolder bij Nijmegen, als voorbeeld van hoe landschap nieuw leven ingeblazen kan worden.’

Tekst loopt door onder video.

wat is er zo biodivers aan een heg?

‘Rondom prikkeldraad groeien pakweg maar drie soorten planten. Een volmaakte heg kan zo’n drieduizend soorten bevatten. [Dirkmaat knielt bij een stuk van de heg]. Hier groeit heggendoornzaad, en hier een moeder of vader van de geranium, maar dan de wilde versie. Hier heb je de grootbloemige muur, prachtig witplantje. Hier heb je de scherpe boterbloem. Dan zitten er nog grassen tussen. Dus alleen al op dit stukje voor mij kom ik zo aan de tien soorten, want ik heb hier ook nog meidoorn ertussen zitten.

De rijkdom per vierkante meter is dus vele malen groter dan in een gemiddeld weiland met één soort gras of alleen maar mais. Als je die biodiversiteit kan verweven met een vorm van landbouw die de bodem weer gezond maakt, dan zijn we een heel eind op dreef.’

maar wat heeft de boer daaraan?

‘In de heg zitten allerlei beesten die op natuurlijke wijze plagen bestrijden. Daar heb je nu gewasbeschermingsmiddelen voor nodig. In de luwte van deze haag heb je minder vorst, minder droog weer en minder windvang. Dat zorgt voor filtering: CO2 en stikstof worden uit de lucht gehaald. En daarnaast: het is natuurlijk schandalig mooi. Als je het dan ook nog recreatief ontsluit met wandelpaden langs die heggen, dan heb je een geweldig land.’

een heg in een weiland? Gaat dat ons echt helpen?

‘De meeste mensen denken bij meer natuur aan het aanplanten van bos. Maar ongeschonden natuur in Nederland bestaat niet meer. Als je met zeventien miljoen mensen in een rivierengebied woont, en je hebt hoge welvaartseisen, dan is er voor woeste natuur geen plek. Dat heb je verspeeld ergens halverwege die route. Een bos duurt bovendien veel langer om aan te leggen dan een heg.

Je kunt ook bomen aanplanten in de vorm van houtwallen en heggen. Daar kun je er duizenden kilometers van aanleggen. Als je het als netwerk aanlegt, dan krijg je die soorten terug. Heggen kunnen kunstmatig biotopen creëren die enorm succesvol zijn. En ze zijn enorm goed in te passen in onze huidige landbouw.’

zien boeren het zitten?

‘Als ze er goed voor betaald worden, doen ze over het algemeen mee: negen van de elf die we hebben gevraagd. Ik zie de boer als een aannemer. Vroeger zagen we de boer als iemand die ook moest opschuiven in de richting van het groen. Maar daar hebben we hem van weggetrokken tijdens de ruilverkaveling. Alle landbouwvoorlichters zeiden hem: ‘Je moet produceren voor de wereldmarkt!’

Dan moeten we nu niet komen aanzetten met dat het beekje eigenlijk weer moet kronkelen en dat we graag kikkertjes willen. Sorry, maar dat moest hij allemaal toch wegdoen van jullie? Gaan wij onze tuinen allemaal blootstellen voor egels en hommels en bijen? Nee, daar liggen stoeptegels. Daarom kiezen wij de zakelijke benadering: vergoeding voor de grond, vergoeding voor de aanleg en vergoeding voor het onderhoud. En daar mag best een beetje winst in zitten.‘

kan dit in heel Nederland?

‘Ja. We hebben nu vijfhonderd hectare [duizend voetbalvelden, red.]. Als je dit in heel Nederland wil doen, heb je zeshonderd miljoen euro per jaar nodig om aan de boer te geven. Dan krijg je het ook nog streekeigen. Mensen kunnen zelf in conclave in hun eigen dorp. In gesprek met de biologieleraar en de geschiedenisleraar: hoe was het hier vroeger? Gaan we voor libellen en vlinders of padden en kikkers? Mensen maken andere keuzes. Daar moet je je als overheid bij neerleggen. Het moet verschillend worden.’