De echte wereld is iets heel anders dan de indruk die je zintuigen je voorschotelen, zegt cognitief wetenschapper Donald Hoffman. Of is er helemaal geen echte realiteit?

'Ik heb dan wel een radicaal standpunt, maar ik heb de wiskunde om het te ondersteunen'

Regisseur Kees Brouwer over Donald Hoffman

'Ja, Donald Hoffman. Wat een ongelofeljk leuke man was dat. Hij nam alle tijd voor ons. Hij vond het sowieso te gek om drie dagen met ons op te trekken. Alles was mogelijk; bij z'n ouders langs, z'n kinderen, alleen niet bij hem thuis, want dat wilde zijn vrouw niet. En hij had best een ingewikkeld verhaal om te vertellen.' (lees verder door op 'open' te klikken)

'Ik vermoedde dat de kijker het niet meteen zou begrijpen, dus ik heb hem wel tig keer gevraagd om andere woorden te zoeken om het uit te leggen. Hij deed dat, en dat lukte uiteindelijk ook heel goed. Daarna was hij heel dankbaar dat ik hem zo had geholpen zijn eigen verhaal helderder te verwoorden. Dat was erg leuk.'

'Wat niet zo zichtbaar is in de uitzending is dat hij al z'n leven lang een moeizame verhouding heeft met zijn ouders en hun religieuze overtuiging - zijn vader was dominee. Hij staat met zijn ene been in de wetenschap, en z'n andere in die religie, en dat is moeilijk te verenigen. Hij heeft een route gezocht tussen religie en wetenschap in, en dat vind ik zo mooi eraan.'

'Dat was hem zonder die religieuze opvoeding nooit gelukt. Zijn gedachtegang wordt voortdurend aangescherpt door hem te testen bij zijn vader. Hij probeert een soort rechtvaardiging te vinden, en hij blijft er moeite mee hebben dat, ook al kan hij het goed uitleggen, dat zijn vader dan bij het afscheid nog zegt: jouw talent is een geschenk van God. Dat vond ik heel fascinerend. Omdat hij daar zo kwetsbaar in was, en dat ook durfde te laten zien.'

'Wat ook nog bijzonder aan hem is: hij heeft chronische pijn aan zijn kaak, door een mislukte operatie. Behoorlijk heftige pijn, en dat komt nooit meer goed. Maar hij laat zich daar niet door weerhouden.'

leven en werk

Donald Hoffman (1955) groeide op in het zuiden van de Amerikaanse staat Californië. Als zoon van een ‘fairly religious’ ouderpaar - zijn vader was pastoor - ging hij elke week naar de kerk. Maar hij zag al snel in dat het scheppingsverhaal conflicteerde met hoe de natuur werkt. Daaruit ontstond de drang om de wereld zelf te onderzoeken.

Als tiener was Hoffman een computernerd. Zijn moeder, een kei in programmeren, voorzag hem van computers waar hij aan kon sleutelen en waarmee hij kon coderen. Zijn fascinatie voor computers verscherpte zijn interesse in de relatie tussen mens, machine en bewustzijn.

Hij studeerde aan de University of California en deed onderzoek bij David Marr aan het Massaschusettes Institute of Technology naar kunstmatige intelligentie en Computational Psychology. Sinds 1990 is hij hoogleraar in Cognitive Science aan de University of California. Hoffman is getrouwd en heeft twee kinderen. In zijn vrije tijd fotografeert hij graag. Welke realiteit ziet hij als hij door de cameralens kijkt?

the matrix

Hoffman doet onderzoek naar de vraag hoe wij naar de wereld om ons heen kijken. Hoe nemen we waar? Kunnen we die waarneming manipuleren? Gedrag sturen? En, zijn ultieme vraag: waarom heeft de evolutie ons gemaakt tot wezens die symbolen (auto, tomaat, huis) gebruiken? Met andere woorden: wat is realiteit, en hoe beïnvloedt de manier waarop ons brein in elkaar zit hoe we die realiteit waarnemen?

'Is de realiteit alles wat er is?' Hoffman toont in zijn ‘ theorie van bewustzijn’ aan, dat wat wij zien maar een realiteit is. Er zijn er namelijk veel meer. Denk aan de digitale schaduwrealiteit in de blockbuster The Matrix. Alleen dan nog radicaler. ‘Ik ben bezig met een nieuwe kijk op de wereld. Ik heb een nieuw perspectief gevonden en het is spannend.’

De meeste collega’s nemen hem in eerste instantie niet serieus, maar Hoffman gebruikt wiskundige modellen zoals de evolutionary game theory om voorspellingen te doen. ‘Ik heb een radicaal standpunt, maar ik heb de wiskunde om het te ondersteunen.’ Daarna zien ook zijn collega’s de realiteit van zijn theorie in.  

Card