Dr. Kurt Gray, onderzoeker aan Harvard, vond het opvallend dat mensen die goede daden doen, ook vaak heel sterk lijken te zijn. Moeder Theresa en Gandhi bijvoorbeeld, die een enorme (wils)kracht hadden om anderen te helpen. Gray vroeg zich af of deze kracht een oorzaak of juist een gevolg van het doen van goede daden. Hij onderzocht of mensen die iemand helpen daarna meer wilskracht hebben.
Proefpersonen moesten een gewicht van 2,3 kilogram optillen met hun arm gestrekt, de eerste keer om te kijken hoe lang ze dit volhielden. Dat was gemiddeld 76 seconden. Daarna kregen de deelnemers een dollar voor de moeite. De helft van de deelnemers mocht ervoor kiezen om deze dollar aan UNICEF te doneren, wat ze allemaal deden. De andere helft kreeg deze keuze niet en hield de dollar zelf.
Toen begon de tweede ronde: deelnemers uit beide groepen moesten weer hetzelfde gewicht zo lang mogelijk vasthouden. Nu hielden de mensen die hun dollar hadden gedoneerd, het gemiddeld zeven seconden langer vol dan de controlegroep. Ze waren dus sterker geworden door hun goede daad!
Gray verklaart dit fenomeen als volgt. De Gandhi’s en Moeders Theresa onder ons (hoewel op de goedertierenheid van die laatste nogal wat af te dingen is) vertonen opvallend moreel gedrag. Mensen denken dat dit stereotype held enorm daadkrachtig is, maar ook dat hij/zij minder gevoelens heeft, zoals angst, pijn of andere ongemakken. Helden kunnen dus veel mensen redden en gebruiken daarbij weinig emoji’s, eeuhm emoties dus.
Mensen gaan zich gek genoeg vaak gedragen naar stereotypen als ze daar aan denken. Zo gaan mensen langzamer lopen als ze aan bejaarden denken, en hebben ze het kouder als ze zich eenzaam voelen. Dit geldt ook voor het stereotype held: als mensen zich een held voelen denken ze dat ze heel capabel zijn en ervaren minder ongemak. Deze combinatie zorgde er volgens dr. Gray voor dat ook de ‘helden’ die een dollar doneerden meer (wils)kracht kregen en minder snel last kregen van hun arm. Daardoor konden ze het gewicht langer omhoog houden.
De tip: als je moet vechten in een oorlogsmissie, als je een worstelwedstrijd moet winnen of mee wilt doen aan expeditie Robinson, doe eerst iets goeds voor een ander om je kracht te verhogen.
Niks voor jou? Er is een escape. Dit mechanisme werkt ook in het geval van slechteriken. Van ongure types als Hitler en Voldemort denkt men net zo goed dat zij veel capaciteit hebben en weinig gevoel. Als mensen zich een schurk voelen maakt dit ze dus ook sterker.
Gebaseerd op: Gray, K. (2010). Moral transformation: Good and evil turn the weak into the mighty. Social Psychological and Personality Science, 1(3), 253-258.