De Chinese opera behoort tot een van de oudste kunstvormen ter wereld. De eerste opera school stamt al uit de Tang Dynastie, opgericht door keizer Xuanzong (712-755). De Chinese opera ontwikkelde zich van een traditionele traditie met optredens aan het hof tot verspreiding onder het gewone volk.
Er zijn binnen de Chinese Opera ontzettend veel regionale soorten, allemaal met hun eigen dialecten, maskers, kostuums en muziek. Er bestaan wel meer dan 368 soorten en stijlen waarvan de Beijing Opera de meest bekende is.
Kostuums en make-up spelen een belangrijke rol. Verschillende patronen en karakters op de gezichten van de spelers beschrijven het specifieke lot en eigenschappen van het desbetreffende personage. Zo kan het publiek aan de maskers en kostuums al afleiden waar het verhaal over gaat. Zo betekent rode schmink loyaliteit en moed, een zwart gezicht onverschrokkenheid en een gouden masker mysterie.
Tijdens Mao’s Culturele Revolutie werden vele uitingen van tradities en kunst verboden. Zo ook de opera. In eerste instantie stond Mao nog positief tegenover de opera en liet er zelfs eentje door een bekende schrijver maken. Helaas was Mao absoluut niet blij met het eindresultaat, ontsloeg schrijver Wu Han op staande voet en verbood alle operavormen. Het begin van de culturele revolutie was een feit. Pas tien jaar later herleefde de Chinese Opera weer tot haar oude glorie.