Ongehoord
Tristan da Cunha 1: de reis
Een koude rotsklomp in de Atlantische oceaan waar het altijd stormt, waar men het mooi weer vind als het een dag niet regent. Waar een wandeling nooit langer dan een uurtje kan duren omdat het grootste deel onbegaanbaar is. Waar 296 mensen leven en waar zelden iemand op bezoek komt. Dat zou Utopia moeten zijn? Toen Marnix Koolhaas over Tristan da Cunha hoorde moest hij uitvinden hoe dat zat. De eerste bewoners waren Engelse soldaten die in 1817 moesten verhinderen dat de Fransen Tristan als bruggenhoofd zouden gebruiken om Napoleon op het 2000 km. noordelijk gelegen St. Helena te bevrijden. Toen het garnizoen een jaar later werd teruggetrokken, bleven drie van hen op eigen verzoek achter. Ze stichtten een gemeenschap, die gebaseerd was op gelijkheid. Die gelijkheid heeft op Tristan altijd standgehouden. Ook nadat er zich schipbreukelingen en voormalige slavinnen uit St. Helena bij de gemeenschap aansloten. Een van die schipbreukelingen was Pieter Groen, een Katwijkse matroos die in 1836 op de kust van Tristan schipbreuk leed. Groen sloot zich bij de gemeenschap aan en ontwikkelde zich na de dood van de 'stichter' van de volksgemeenschap, tot de voornaamste 'bewaker' van het gelijkheidsideaal. Hoe oprecht Groen in zijn ideaal was blijkt wel uit het feit dat het nog steeds bestaat. In deze eerste van twee afleveringen doet Marnix Koolhaas verslag van zijn reis naar dit bijzondere eiland.
Het tweede deel (26 november 1996) gaat over zijn verblijf op Tristan da Cunha.