Ongehoord
Alle 1500 in één schuur
Radiomaakster Kiki Amsberg ging voor Ongehoord naar Argentinië, waar ze de Nederlandse kolonie Tres Arroyos opzocht. Het blijkt dat de tweede en soms zelfs derde generatie Hollanders alleen als boer aan de kost kunnen komen. Ander werk is er niet.
'Als je iedereen meetelt, kom je tot zo'n vijfhonderd Nederlanders of kinderen van Nederlanders,' vertelt Ida van Mastrigt trots. Het is haar gemeenschap waar zij in Tres Arroyos als honorair consul over waakt. Verleid door aantrekkelijke beloften maakten de ouders, grootouders of nu al zelfs overgrootouders van de Nederlanders indertijd de lange oversteek naar Argentinië. Voor een dak boven het hoofd en land zou gezorgd worden, want boeren moesten er komen op de uitgestrekte prairies. Eenmaal in de hoofdstad aangekomen, kwam een rijke grootgrondbezitter de landverhuizers keuren in het luizige emigrantenhotel. Ze konden op de haciënda komen werken. De kilometerslange velden waren verdeeld over een paar rijke bourgeois, een estancia van 20.000 hectare was niet ongewoon. De oorspronkelijke bewoners, de Indianen, waren opgeruimd. Ausgerottet. Zoveel land was er, dat ze uit alle hoeken van Europa geronseld werden als arbeidskrachten: Spanjaarden, Polen, Russen, Fransen, Duisters, Denen en ook Nederlanders. Die laatsten, voor het merendeel afkomstig uit Friesland, Groningen of Zeeland, waren allemaal gereformeerd. De eerste golf Nederlanders streek er neer in 1889.