Noorderlicht
Discriminatie bij sollicitaties Hoe vaak komt het niet voor: na een sollicitatie afgewezen worden vanwege je CV terwijl ze je eigenlijk niet willen hebben omdat je vrouw, Turk of gehandicapt bent. Sociaal-psycholoog Sezgin Cihangir onderzocht het effect van deze subtiele discriminatie en ontdekte dat de effecten ervan veel ingrijpender zijn dan als de sollicitant openlijk te horen krijgt dat ze niet wordt aangenomen omdat ze vrouw is. In een experiment kregen vrouwelijke proefpersonen bij een sollicitatie een aantal seksistische vragen voorgeschoteld als “hoe denk je je baan met kinderen te combineren” of “heb je wel eens je zin proberen door te drijven door gebruik te maken van je uiterlijk”. Vervolgens kreeg de helft van de sollicitanten te horen dat ze afgewezen waren omdat ze vrouw zijn. De andere groep werd verteld dat ze om andere redenen niet waren aangenomen. Gevraagd naar de reden van hun afwijzing, was de subtiel gediscrimineerde groep veel onzekerder dan de openlijk gediscrimineerde. Ze wisten niet zeker waarom ze afgewezen waren en waren vooral kwaad op zichzelf (“ik heb het verpest”). Vervolgens moesten alle proefpersonen een intelligentietest doen. De eerste, openlijk gediscrimineerde groep deed die test beter dan de tweede groep, die subtiel gediscrimineerd was. Als deze situatie zich vaker voordoet, wordt de achterstand van de subtiel gediscrimineerden dus steeds groter. In volgende sollicitaties zullen ze weer slecht scoren op de test en zullen ze, en dan misschien terecht, weer afgewezen worden. En zo kan iemand ondanks z’n capaciteiten, nooit een baan op zijn of haar niveau krijgen. ----- Wetenschapsnieuws - Minuscule motor zonder rem - Volg de opschepper ----- Water uit Gips Geoloog Peter van der Gaag van het Rotterdamse bedrijf Holland Innovation Team wil water winnen in de woestijn. Gips is in overvloed aanwezig op veel plaatsen waar ooit grote binnenzeeën lagen. In Nederland ligt het bijvoorbeeld bovenop zoutkoepels, als een laag van 100-200 meter dik. Maar ook in landen als Ethiopië, Libië, Mauretanië, Saoedi Arabië en Iran ligt het overal voor het oprapen. Het gewicht van gips, dat officieel calcium-sulfaat-dihydraat heet, bestaat voor 20 procent uit water; het volume zelfs voor bijna de helft. Onder de woestijn zitten dus triljoenen liters water verborgen. Je hoeft het er alleen maar uit zien te krijgen. En daarvoor heeft Van der Gaag een methode bedacht. Het probleem is dat het water in gips niet in de poriën van het gesteente zit, maar een chemische binding is aangegaan met calciumsulfaat. Je kunt het er dus niet uit persen of zuigen, maar je moet de steen verhitten Daardoor lost de binding tussen water en steen op. Bij 60 graden Celsius laten de watermoleculen los, maar bij 100 of 150 graden gaat het veel sneller. Het water verdampt dan uit steen; je hoeft het dan alleen nog maar op te vangen en af te koelen zodat het condenseert. Nadat je het water uit het gips gehaald hebt, hou je anhydriet over, het spul dat je in poedervorm koopt om het, na toevoeging van water, op de muur of op je gebroken arm te smeren. Het verwarmingsproces kost natuurlijk nogal wat energie, maar volgens Van der Gaag kun je dat in warme landen heel goed doen met zonne-energie of met de warmte die vrijkom bij het affakkelen van gas bij olie-installaties (warme landen hebben immers vaak ook de beschikking hebben over flinke olievoorraden). Op die manier zou je op industriële schaal water kunnen produceren, maar ook kleine systemen in de achtertuin zijn denkbaar. Een probleem is dat je een enorme kuil overhoudt als je het water aan het gips hebt onttrokken, want dan verliest het gesteente bijna de helft van z’n volume. Maar ook daarvoor heeft Van der Gaag een oplossing: die kuilen worden meren waar je het water in bewaart. En als het eens een keer goed regent, bindt het anhydriet zich aan het regenwater en verandert het weer in gips. En dan kun je opnieuw beginnen. ----- Antibiotica in speeksel Onderzoek van de Radboud Universiteit heeft uitgewezen dat het verstandiger is dan je denkt om aan een wondje te likken. In de slijmvliezen van de mond zitten eiwitten die bacteriën en schimmels onschadelijk maken. Die eiwitten zouden in de toekomst gebruikt kunnen worden als nieuwe generatie antibiotica. De Nijmeegse promovendus Guoaxian Wei ontdekte waarom speekseleiwitten werken als antibiotica. De buis die bij gewervelde dieren de mond met het poepgat verbindt, het maagdarmkanaal, is geheel bedekt met slijm. Sommige eiwitten in die slijmlaag, mucines, hebben een bacteriedodende werking. Bij de mens zijn tot nu toe vijftien verschillende mucines ontdekt die samen een breed spectrum van bacteriën en schimmels te lijf gaan. Alleen lichaamseigen bacteriën zijn er immuun tegen. Mucines komen niet alleen voor in het maagdarmkanaal, maar ook dieren met een slijmlaag aan de buitenkant, zoals kikkers, zijn ervan voorzien. Mucines zijn hebben de vorm van een opgekruld draadje dat bestaat uit ongeveer vijftig aminozuren. Guoaxian Wei heeft uitgezocht welke aminozuren het mucine zijn bacteriedodende werking geven. Dat blijken er twaalf te zijn. In een reageerbuis bestrijden ze ‘Streptococcus mutans’, de bacterie die cariës veroorzaakt, en de schimmel Candida. Gewoonlijk worden schimmels bestreden door de autochtone bacteriën in het lichaam, maar als daar te weinig van zijn, bijvoorbeeld door gebruik van antibiotica, kan de patiënt vatbaar worden voor schimmels. Dat kan het geval zijn bij aidspatiënten of boeren die hun varkens preventief antibiotica geven. Er bestaan niet veel goede anti-schimmelmedicijnen en die zijn bovendien giftig. Mucinen daarentegen zijn lichaamseiegen en dus niet of pas bij zeer hoge dosering giftig. Tot nu toe is de werking van de antibiotica uit speeksel alleen vastgesteld in een reageerbuis. Het wachten is op experimenten met proefdieren en proefmensen. Maar ooit komen er mondwatertjes op de markt tegen cariës of schimmels, met daarin de werkzame aminozuren uit de mucinen. ----- De Binnenlandreportage Het einde van de Polaroid-foto is nabij. Vorige week kwamen de laatste direct-klaar-cassettes van de lopende band in Enschede, waar 's werelds allerlaatste Polaroidfabriek staat. Op 1 juli sluit ook deze fabriek zijn deuren. Verslaggever Tjitske Mussche greep haar kans en liet zich rondleiden door werknemers die na 30 jaar ‘hun’ fabriek moeten verlaten.