Noorderlicht Radio
Telescoop op de maan
De Nijmeegse sterrenkundige Heino Falcke wil een radiotelescoop op de maan zetten om radiogolven met ultralage frequenties te kunnen waarnemen. Die golflengten kun je op aarde niet goed opvangen, omdat ze worden teruggekaatst door de ionosfeer. Je zou kunnen zeggen dat het raam waardoor wij vanaf de aarde naar buiten kijken beslagen is. Om radiogolven met een zeer lage frequentie uit het heelal zonder storing op te vangen, heb je dus eigenlijk een radiotelescoop buiten de aarde nodig.
Op aarde staan wel een paar radiotelescopen voor ultralange golflengten. In Drenthe staat bijvoorbeeld de LOFAR ( LO w Frequency ARray). Dat is de grootste radiotelescoop ter wereld, die waarnemingen doet in de lage frequenties (10 tot 250 MHz). LOFAR is geen grote schotelantenne, maar bestaat uit ruim 25.000 kleine sprietantennes verspreid over Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland en een stuk van Duitsland. Ze zijn verbonden met een centrale computer die de meetgegevens verwerkt . Dat grote aantal antennes is nodig om de storingen uit het signaal te filteren. Als je er een op de maan bouwt, waar bij gebrek aan atmosfeer geen storingen zijn, kan de telescoop veel kleiner zijn. De antennes kunnen door robots geplaatst worden. Volgens Falcke kan er een jaar of tien een werkend prototype op de maan staan. Over vijftien of twintig jaar zou de radiotelescoop klaar moeten zijn. ----- Evolutie van de tuinslak Bioloog Menno Schilthuizen van Naturalis onderzoekt de kleuren van de huisjes van de gewone tuinslak. Iedereen in Nederland kan meedoen aan zijn Megalab-project en in zijn eigen achtertuin de evolutie bekijken. De huisjes hebben verschillende kleurpatronen, die in verschillende leefgebieden camouflage bieden. De kleur van het huisje bepaalt ook hoe gevoelig een slak is voor temperatuur: hoe lichter het huisje, hoe beter de slak bestand is tegen hitte. Onder invloed van klimaatverandering en veranderingen in de lijsterstand zouden de kleurpatronen veranderd kunnen zijn. De tuinslak wordt al sinds de jaren ’40 van de vorige eeuw intensief bestudeerd. In die tijd zijn er meer dan 8.000 gegevens over de tuinslak verzameld. Deelnemers kunnen de kleuren van de slakkenhuisjes uit hun eigen tuin invoeren op de website van het Europese onderzoek. Daar worden ze vergeleken met al die waarnemingen. Ze krijgen meteen te horen welke waarnemingen er in hun regio zijn geweest en of er sindsdien wel of geen evolutie heeft plaatsgevonden. Zo is het mogelijk te meten wat de invloed van het veranderende milieu is geweest op de natuur en op de evolutie van de tuinslak. Hoe meer mensen meedoen aan het onderzoek, des te meer gegevens er verzameld worden en des te betrouwbaarder de resultaten zijn. ----- Vissen op de Zuidpool Het dierenleven in de zee rond Antarctica is tot nu toe alleen onderzocht op open zee. De Wageningse bioloog Hauke Flores ontwikkelde een apparaat waarmee hij ook onder het ijs kon vissen. Over dat onderzoek heeft hij een weblog bijgehouden. Het onderzoek heeftveel nieuwe informatie opgeleverd over de biodiversiteit van de oceaan.