Radio à la Carte
Eva Maria Staal: Een uur Ischa
Eva Maria Staal is schrijfster en voormalig wapenhandelaar. Ze kan zich uit haar kindertijd niet herinneren dat de radio ooit uit stond. En nu nog steeds niet eigenlijk. Zowel thuis als on the road, ze luistert altijd. Ook schreef ze laatst haar eerste hoorspel.
Een uur Ischa - door Eva Maria Staal
Vroeger handelde ik in wapens. Voor onderhoudswerk kwam ik regelmatig in de half Pakistaanse, half Indiase berg-streek Kashmir. De Pakistanen vinden dat Kashmir in zijn geheel bij Pakistan hoort, terwijl de Indiers juist beweren dat Kashmir geheel en al van India is. Sinds 1947 deelt een bestandsgrens Kashmir door midden en die grens wordt al 67 jaar door beide landen bevochten. Er vallen doden, het is er oorlog.
In de zomer van 1990 kreeg ik twee maanden de tijd om Pakistaans legermaterieel te reviseren, wat inhield dat ik òf voortdurend doodsbang rond rende op zoek naar dekking, òf dagenlang landerig lag te wachten op de een of andere Pakistaanse goedkeuring voor een kist mitrailleuronderdelen.
Oorlog pookt je wezen op. Langzaamaan veranderde al mijn goedgelovigheid in scepsis. Maar juist die scepsis wakkerde mijn overlevingsdrift aan. Toen ik na twee maanden uit Kashmir vertrok waande ik mij onsterfelijk en zag ik op tegen de rest van mijn bestaan, zonder oorlog.
Maar goed. Over dat verblijf daar. Tijdens het wachten beluisterde ik cassettebandjes waarop interviews stonden. Interviews van Ischa Meijer, mijn eigenste zonnetje in huis. Een prettig gesprek met dichter Jean-Paul Franssens, live vanuit studio “Eik en Linde”, te Amsterdam, begint als volgt:
I: “Nou, zegt u het maar.”
F: “Zegt u het maar?”
I: “Ja, u wou toch zo graag?”
F: “Nou zeg, ik ben gevráágd!”
I: “Ja, nadat u drie keer in de stad, op de brug, zei van: “Ik heb wat te vertellen, kan ik in je programma.”
F: “Nou ja zeg…!”
I: “Vertel nou maar, is het vanwege dat boek van u, of die musical?”
F: “Het is een opera en...”
I: “Heeee, kijk, daar komt Tom Egbers binnen! Tom Egbers! Zag je hem? Misschien kan het nu allemaal toch goedkomen met mijn moeder, nu ze weet wie er allemaal voor mij naar Eik en Linde komen!”
Franssens vreet stof terwijl Meijer hem met zijn narrenstaf venijnig tussen de ribben prikt. Reclame maken voor je musical? Oké. Maar niet schaamteloos.
Waarom luisterde ik met zoveel genoegen naar Ischa’s genadeloze aanpak, in Kashmir? Lange tijd wist ik het niet. Nu wel. Om in oorlogsgebied te overleven moest ik wat genadeloosheid bij een ander aftappen. Zodra ik Ischa’s houding immiteerde leek ik zelf flinker en dat was hard nodig.
Nog een stukje Ischa van 19 april 1988. Te gast is Gerard Cox, over zijn autobiografie: “Jongen, rook jij wel genoeg?”
Cor Galis leest een column voor: “Nog nooit heb ik die kleine dikzak van een Ischa Meijer zo hard zien rennen als op de dag dat de de autobiografie van Gerard Cox Uit kwam. Dagenlang zeurde hij aan mijn kop van: “Kom ik er wel in voor Cor, wat denk je?” En dan antwoordde ik steevast met de wedervraag: “Je hebt hem toch wel goed beledigd, in het verleden?” En dan had ik ons azijnpissertje goed te pakken.
“Nee, Cor”, zei hij dan beteuterd.
“Dan kom jij er niet in voor. Want Gerard Cox noemt alleen zijn vijanden. Zo ís Gerard nu eenmaal.”
Ischa Meijer ìs oorlog: voor schone schijn is daar geen plaats. Daar waart de duivel rond. En die wrijft blijmoedig het broodnodige zout in wonden.