Radio à la Carte
Vincent Bijlo: Jules de Corte
Jules de Corte, zanger en pianist - Door Vincent Bijlo
Zo af en toe preek ik in een kerk. Zonder God, maar met moraal. Die moraal kan ik op het cabaretpodium nooit echt kwijt, maar ik ventileer hem graag, dat kan vanaf de kansel.
Tijdens die preken doen we ook aan samenzang. De laatste keer zongen we, met orgelbegeleiding, “Ik zou weleens willen weten” van Jules de Corte.
Vroeger had ik niet veel op met dat lied, voor mij was het een echo uit een stichtelijk verleden. Ik maakte andere muziek, modernere muziek, ook al was ik ook blind en speelde ik ook piano, net als Jules De Corte. Oubollig, dat vond ik het. Nee, dan ik, ik beukte de hamertjes bijkans door de snaren van de piano heen en ik zong zo vals als een kraai, maar wat donderde het, het ging om het gevoel.
Tijdens de samenzang hoorde ik De Cortes lied voor het eerst met wijzere oren. Ik ging op zoek op Woord.nl naar de mens achter het lied. Ik vond een leuke, beetje dwarsige, koppige, eigenwijze, vrolijke man. Er staat een interview op de site. En een portret.
Het portret is uit 1967, het is van Tony van Verre, een legendarische radio-interview van wie heel erg veel op Woord.nl te vinden is. Interviews met Wim Sonnevelt, Simon Carmiggelt, Annie M. G. Schmidt... Mocht ik eens bedlegerig worden, ik weet al wat me dan te doen staat, al die interviews luisteren.
We horen Jules, ik zeg Jules, dat mag ik, als medeblinde, uitgebreid vertellen over de moderne tijden waarin hij leeft. "Het wordt allemaal zo veel," zegt hij, "het aanbod aan amusement en verpozing is overweldigend."
Het is 1967, er zijn twee televisiezenders en drie radiozenders. Twee, eigenlijk, want aan Hilversum 3 heeft De Corte een ongelofelijke hekel. Hij is van de klassieke muziek, althans, niet alles. Bach is geweldig, maar Haydn, nee, als hij naar Haydn luistert heeft hij het gevoel alsof het altijd maandagmiddag is. Er is te veel amusement, dus. De Corte: "Al zouden vanavond alle twaalf de apostelen tegelijk op tv komen, ik zou er niet naar kijken!"
Hij is niet de enige in het programma die wars is van al dat moderne gedoe. Tekstschrijver Alexander Pola hanteert voor het begrip "modern" de definitie: Modern is datgene wat snel voorbijgaat.
Toch kan ik door al dit moderne gedoe de oude stemmen weer laten klinken, Jules moest eens weten.
Jules maakte eens precies hetzelfde mee als ik, vertelt hij in het portret. Tijdens een live radio-uitzending speelde hij een liedje en opeens wist hij zijn tekst niet meer. Hij verstijfde, speelde nog een eindje door zonder tekst en stopte toen gewoon maar. Het was, vond hij, op dat moment, het ergste dat hem ooit was overkomen. Thuisgekomen kwam hij er gelukkig achter dat alles gewoon doorging, tot zijn troost bedreigde men elkaar nog steeds met atoomwapens en er woedden gelukkig nog oorlogen.
Natuurlijk wordt aan Jules de vraag gesteld: "Bij jou zijn, omdat je blind bent, andere zintuigen zeker beter ontwikkeld?" Jules antwoordt geduldig, net zoals ik dat altijd geduldig doe: “De zienden weten niet beter, die sneue mensen, ze kunnen niets, maar dan ook niets zonder licht.”