Santo Domingo, de hoofdstad van de Dominicaanse Republiek is de plek waar Columbus ooit voet aan wal zette. Indië dacht hij. Maar hij was op een Caraibisch eiland bewoond door de Taino.
Zo begon de Europese overheersing van de Cariben en daarna van heel Amerika. En ook de gruwelen van het kolonialisme, de genocide op de inheemsen en de slavernij.
Waar Nina in veel andere Caribische landen zag hoe de standbeelden van Columbus tegenwoordig worden toegetakeld en zelfs verwijderd, verbaast zij zich er hier over dat Columbus nog steeds een toeristische trekpleister is.
De koloniale strijd verdeelde het eiland in het Franstalige Haïti en de Spaanstalige Dominicaanse Republiek. Eén eiland, twee totaal verschillende landen en culturen.
Nina onderzoekt aan de grens waarom die verschillen tussen de Spaanstalige Dominicanen en Franstalige Haïtianen momenteel tot zoveel spanningen leiden.
Ook verdiept Nina zich in de merengue, de muziekstijl van het land en vraagt zich af hoe Afrikaans de merengue is.
Op bezoek bij noodgedwongen maar uiterst onwelkom naar de Dominicaanse Republiek uitgeweken Haïtiaanse jongeren ziet Nina hun doorzettingsvermogen iets te bereiken in het leven, bijvoorbeeld met behulp van honkbal.