Stel, je bent ziek en je moet naar een arts, maar je spreekt de taal niet. Dan is het handig om een tolk in te schakelen, die je helpt om je klachten uit te leggen en de juiste medische hulp te vinden. Alleen, vind maar eens een tolk. Sinds het kabinet Rutte I het mes zette in de vergoeding voor zorgtolken, zijn ze zo goed als verdwenen uit de Nederlandse spreekkamers.

Dat leidt tot onwenselijke en soms ook gevaarlijke situaties, signaleren zorgverleners in Argos. Om hun patiënten te verstaan en de juiste zorg te bieden, moeten ze in praktijk improviseren. Bijvoorbeeld door jonge kinderen voor tolk te laten spelen. Ingewikkelde dossiers, intieme en emotionele gesprekken die je normaal alleen voert met je arts, allemaal door je kind vertaald. Wat doet dat met deze kinderen? En hoe kon de financiering van de tolken  worden wegbezuinigd? In Argos: spraakverwarring in de spreekkamer.

Zaterdag 13 februari, 14 uur, NPO Radio 1

Abonneer je op Argos-podcast

De wekelijkse radio-uitzending van Argos is ook te beluisteren als podcast via ►Spotify ►ApplePodcasts ►Stitcher ►RSS-feed. Meer weten? Klik hier.

achtergrondverhalen

Verloskundigen willen de tolk terug in de spreekkamer

Verloskundigen maken zich grote zorgen over de hulp aan zwangere vrouwen die de Nederlandse taal niet spreken. ‘Ik heb het gevoel dat ik zorg onder de maat lever’

politieke reacties

Reactie van minister van Ark, Medische Zorg en Sport


1. Experts stellen in onze uitzending dat “als je naar de literatuur, de artikelen en de onderzoeken kijkt, iedereen het erover eens is dat het inzetten van kinderen als tolk een slechte zaak is.” Uit casuïstiek in onze uitzending blijkt dat kinderen daardoor last krijgen van parentificatie. Wat vindt de minister van de huidige situatie waarin vaak jonge kinderen moeten tolken voor hun ouders in de zorg? En is de minister bereid deze kinderen te helpen, zo ja hoe?

Antwoord 1
Het is onwenselijk om minderjarigen in te zetten als tolk. De bestaande ‘kwaliteitsnorm tolkgebruik bij anderstaligen in de zorg’ is daar heel duidelijk over: “Het inzetten van minderjarigen als tolk bij de zorg aan een ouder, is vanwege voor de hand liggende redenen, te allen tijde af te raden, behalve in evidente noodgevallen of bij duidelijk eenvoudige hulpvragen.” Ik heb geen zicht op hoe vaak het voorkomt dat desondanks een minderjarige als informele tolk wordt ingezet bij zorgverlening.

Beroepsgroepen moeten daarom normen en richtlijnen opstellen en actualiseren en deze vervolgens ook onder de aandacht brengen van zorgverleners. Het is van belang dat zorgverleners kennis hebben van bestaande normen. Beroeps- en brancheverenigingen hebben daarbij een belangrijke rol.  

2. In 2012 werd de tolkenfinanciering door VWS onder leiding van Edith Schippers afgeschaft. Maar uit meerdere rapporten blijkt dat er meer behoefte is aan de inzet van tolken dan nu wordt gedaan en dat het in sommige situaties randvoorwaardelijk is voor goede zorg. Het ontbreken van tolken in de zorg heeft volgens deze onderzoeken te maken met de ontbrekende financiering. En ook blijkt uit onze uitzending dat veel eerstelijns zorg dit niet zelf kan bekostigen. Erkent de minister het probleem van de taalbarrière voor de kwaliteit van zorg? Is de minister voornemens om de afschaffing van de tolkenfinanciering terug te draaien. Zo niet, waarom niet? En wat wil de minister dan wel doen om dit probleem op te lossen?

Antwoord 2
Uiteraard is het voor goede zorgverlening van belang dat zorgverlener en patiënt goed met elkaar kunnen communiceren in een voor beiden begrijpelijke taal. Zoals het Zorginstituut in het door u genoemde standpunt over de geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (ggz) aangeeft, is daarvoor in sommige gevallen de inzet van een (professionele) tolk noodzakelijk.
Uit datzelfde standpunt van het Zorginstituut en de reactie van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) daarop, blijkt dat financiering van tolken al mogelijk is binnen de huidige bekostigingssystematiek voor de zorg. Sterker nog: daar waar de NZa (maximum)tarieven vaststelt, zijn tolkenkosten daarin verdisconteerd. Binnen die tarieven is het dus mogelijk als zorgverlener een tolk in te schakelen als dat nodig is voor het leveren van goede zorg. Als bovengemiddeld vaak de inzet van een professionele tolk nodig is, moeten zorgaanbieders daarover aanvullende afspraken maken met zorgverzekeraars. Een aparte subsidieregeling is dus niet logisch en niet nodig.

Er moeten wel goede afspraken gemaakt worden tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars over het inzetten en financieren van professionele tolken. Hierbij kan een geactualiseerde (en doorontwikkelde) versie van de bestaande kwaliteitsnorm tolkgebruik bij anderstaligen in de zorg helpend zijn. Daarnaast zou het goed zijn als de (bestaande of nieuwe versie van de) kwaliteitsnorm breder onder de aandacht wordt gebracht van zorgaanbieders en zorgverleners. Hiervoor zijn branche- en beroepsverenigingen primair verantwoordelijk.

3. Uit onze eigen vragenlijst onder 130 verloskundigen uit heel Nederland geeft 94% aan dat zij meer van professionele tolken gebruik zou maken als deze kosteloos vergoed zouden worden. 97% geeft aan dat het de kwaliteit van hun werk zou verbeteren en 80% geeft aan dat de afschaffingen van de tolkenfinanciering een negatieve invloed heeft gehad op hun werk. Wat is de reactie van de minister hierop? Is zij bereidwillig om met de verloskundigen te kijken naar een oplossing voor dit probleem, dat zoals zij zelf aangeven hun oorsprong heeft bij de afschaffingen van de tolkenfinanciering door haar eigen ministerie?

Antwoord 3
Inzake de geboortezorg heeft de minister aangegeven dat zij met partijen in de geboortezorg in gesprek gaat over het recent gepubliceerde RIVM-rapport over de geboortezorg. In dat rapport wordt ook het belang van de inzet van (professionele) tolken genoemd. De minister zal dit meenemen in haar gesprekken met deze partijen. 

VWS benadrukt nogmaals dat het huidige systeem ruimte biedt om (maatwerk)afspraken te maken over de inzet en financiering van professionele tolken. Zie ook het antwoord op vraag 2. Hierover kunnen zorgaanbieders en zorgverzekeraars met elkaar in gesprek gaan. Enerzijds gaat het dan om de vraag op welke manier tolken doelmatig kunnen worden ingezet. De (doorontwikkelde/geactualiseerde) kwaliteitsnorm kan daarbij handvatten bieden. Daarnaast kunnen afspraken worden gemaakt over de manier waarop zorgverzekeraars bovengemiddelde tolkenkosten vergoeden.