Tijdens mijn trip door Canada heb ik een reisdagboek bijgehouden, voor jullie en voor mezelf. Deze week waren we in Vancouver, 'the most liveable city in the world'. Maar of dat ook zo is? Dat zochten we uit.

6 juni 2019

We arriveren in wat volgens velen de mooiste stad van Canada is: Vancouver. Zelf geef ik de voorkeur aan Montréal, met z’n oude, Europese straatjes vol restaurants en bars en z’n uitbundige zomerfestivals. Maar Vancouver is, inderdaad, een zonovergoten, glimmende, homovriendelijke westkuststad waar je sushi kunt eten en speciaalbier kunt drinken. Onze eigen tijdelijke buurt, Mount Pleasant, is behoorlijk bohémien, met boekwinkels, cocktail- en koffiebars en tweedehandskledingzaakjes. Hier zou ik kunnen wonen, alleen zou ik er niet kunnen wonen, want een woning kost al snel een miljoen dollar of meer.

Het huis naast onze Airbnb (wij zijn deel van het probleem) staat te koop voor zo’n 2,5 miljoen. Voor Nederlandse begrippen is het een groot huis, voor Canadezen is het, zegt onze fixer Margot, een arbeiderswoning. De makelaar, Michelle Hu, vertelt Margot, is iemand die hele huizenblokken opkoopt om er grotere, duurdere appartementen neer te zetten. Enkelingen die daar niet aan meedoen hebben een probleem, want in zo’n buurt neemt jouw vreemde huis ineens sterk af in waarde.

Aan elke jongere die we tegenkomen vragen we hoe zij het hier kunnen betalen. Ze doen dat vooral door het delen van woonruimte, iedereen heeft huisgenoten. En ze wonen natuurlijk niet in de vrijstaande huizen.

7 juni 2019  

Twintiger Nikki is maar in een omgebouwd busje gaan wonen, dat klinkt als een prima oplossing, al moet ze douchen bij de sportschool. Een lange termijnplan lijkt het me ook niet – met een partner en/of kind wordt het er erg krap (al heeft ze wel een hond, dus wellicht kan een extra mens dan ook wel). Dit paradijs is alleen weggelegd voor wie het kan betalen.

Zoals Marc, een welgestelde Nederlandse migrant, met wie we vandaag op stap gaan. Wat hij het meest vreest is klimaatverandering, terwijl zijn rijkdom drijft op de bitcoin, de elektronische munt waarvan het mijnen meer energie verbruikt dan alle zonnepanelen ter wereld kunnen genereren. Maar als de zeespiegel stijgt en het elders ondraaglijk heet wordt, zit hij veilig in zijn villa bovenaan de heuvel. Ik ga mee voor een dagje, varen op zijn jacht, maar van mij hoeft dit allemaal niet, ik heb een aversie van rijkdom precies om deze reden: een leven als dit is vrijwel onmogelijk zonder over de ruggen van anderen te gaan.

Op zijn boot vertelt Marc dat hij als migrant zeer welkom was in Canada, dat hij een dealtje met de overheid kon sluiten om minder belasting te betalen. Wat hij dan wel vervelend vond: dat die deal bij de wisseling van de macht weer werd opgezegd. ‘Je moet toch kunnen vertrouwen op de overheid?

8 juni 2019

Canada heeft zoveel ruimte, mensen hier zijn gewend aan vrijstaande huizen, met meerdere badkamers, dat was de norm, aldus fixer Margot. Nu wonen velen hier als ratten: in de kelders van de villa’s van anderen.

We brengen de dag door met Yvette, die haar huurwoning verloor doordat projectontwikkelaars grotere plannen hadden met de grond waar die op stond. De kelder waar zij nu in woont – en waar ze buitengewoon dankbaar voor is – zit onder het enorme huis van een Chinese familie. Die Chinese familie wil logischerwijs niet dat we hen en hun huis filmen. We lopen stilletjes naar de achterzijde, naar haar deurtje, terwijl we één van de jonge Chinese kinderen vanachter een grote glaswand in het Engels horen vragen wat wij aan het doen zijn. Als de ouders al een uitleg geven, is die voor ons niet verstaanbaar.

Vind je het naar voor hén of vind je het vooral vervelend voor jezelf dat jij het moet zien?

In de namiddag hebben we afgesproken met een groepje Jordan Peterson-fans. In Toronto spraken we ook al een drietal jongens, maar we willen een grotere steekproef. De Peterson-fans hebben hun vaste bijeenkomst in café Lost & Found, in de slechtste buurt van Vancouver: Hastings, middenin het centrum. Hastings staat bekend als de armste straat van Canada (al is dat discutabel, afhankelijk van hoeveel van de straat je meetelt). Een verpleegster die we eerder spraken, Linda, noemde de straten Main en Hastings ‘Pain' and 'Wastings’. Een telling door vrijwilligers in juni 2019 kwam uit op 2223 daklozen in het centrum van Vancouver, twintig procent meer dan in 2016 (ondanks pogingen om meer sociale woningen beschikbaar te maken).

Op Hastings street verkopen junks hun gestolen en bijeengeraapte goederen (T-shirts, dvd’s, een losse aardappel). Tegenover het Lost & Found-café is zelfs een marktje met een Facebookpagina. Een eindje verderop, in Oppenheimer Park, hebben daklozen hun tentenkamp opgeslagen. De meeste Peterson-fans vinden allemaal maar niks, maar één van hen is uitgesproken ruimdenkend; hij vertelt dat hij een vriend die klaagde over alle daklozen vroeg: 'Vind je het naar voor hén of vind je het vooral vervelend voor jezelf dat jij het moet zien?'.

Terwijl ik hem spreek, zegt zij tegen Sasha dat ze door Peterson haar rechtenstudie heeft afgebroken

Van de drie vrouwen bij de Peterson-meet-up zijn er twee Aziatisch en wil er maar één voor de camera iets zeggen: Amy, een Koreaans marketingmeisje-met-accessoirehondje. De andere Aziatische jonge vrouw gaat wel mee als we haar vriend interviewen. Terwijl ik hem spreek, zegt zij tegen Sasha dat ze door Peterson haar rechtenstudie heeft afgebroken, aangezien Peterson in een van zijn vele YouTube-filmpjes heeft gezegd dat vrouwen als ze rond de dertig zijn toch hun advocatencarrière beëindigen om een gezinnetje te stichten en omdat mannen graag een jongere vrouw en vrouwen graag een slimmere, succesvollere man willen.

9 juni 2019

Vlakbij de filmstudio’s van Vancouver, ontmoet ik een zwerver, Tyler, met de ogen van een filmster. Hij laadt zijn telefoon op bij een elektriciteitspaal en terwijl hij doet alsof hij wat op zijn gitaar met twee snaren pingelt, vertelt hij het verhaal van Harry Whiskeyjack, zijn verlamde inheemse vriend met wie hij vier avontuurlijke jaren heeft gehad, totdat Harry’s broer hem vermoorde. Hij hoopt dat hij iemand ooit dit verhaal kan verkopen, zegt hij, het is een verhaal dat verteld moet worden.

Een hypotheek, een pensioen – het zijn compleet abstracte begrippen, concepten uit een sprookjeswereld

In een Frans restaurant in onze buurt laat ik aan Sasha en Hans weten dat ik weinig heb met het onderwerp ‘huizen’ omdat mijn generatie (of in elk geval het gedeelte daarvan dat geen bakken met geld verdient en wel in een stad wil wonen) al niet meer verwacht een huis te kunnen kopen. Ik ken vooral mensen die huren en ik zie daar bij mezelf ook niet zo snel verandering in komen.

Het hoeft ook niet zo nodig van mij: kopen. 'Wij gaan niet meer uit van sociale zekerheden', zeg ik. 'We zijn te zeer opgegroeid, te zeer gewend geraakt, aan een kapitalistische wereld, een afgebroken verzorgingsstaat – we studeerden af tijdens de kredietcrisis, we groeiden op met flexcontracten, met de deeleconomie, we bouwden de deeleconomie, wij hoeven niet veel te bezitten. Bezit is zo twintigste-eeuws. Een hypotheek, een pensioen – het zijn compleet abstracte begrippen, concepten uit een sprookjeswereld.'

‘Housing should not be a luxury’ heeft iemand op een vuilcontainer geschreven

Ik zeg het, en ik hoor dat het klinkt als opgeven, als zeggen: laat de rijke Russen, Chinezen, Amerikanen en Hollanders de wereld maar opkopen, wij gaan wel in een tentje wonen.

Want het blijft een mooi idee, een prachtig ideaal, dat een huisje in een goede buurt beschikbaar moet zijn voor een jong gezin, voor een stel, dat je je stad betaalbaar probeert te houden voor iedereen, dat je dat als grondrecht ziet. En het is meer dan een ideaal, het is noodzakelijk om een stad leefbaar te houden, interessant, hip.

Housing should not be a luxury’ heeft iemand op een vuilcontainer geschreven.

10 juni 2019

De lokale liberalen – Trudeaus partij – hebben het hier compleet verprutst. Nu wordt het onderzoek afgewacht, maar het heeft er alle schijn van dat de lokale overheid medeplichtig is aan het witwassen van Chinees en Mexicaans drugsgeld, al lijkt er eerder sprake van laksheid dan actieve corruptie.

Geld is welkom hier in Canada en vragen waar het vandaan komt, levert je al snel beschuldigingen van racisme op. Dat ondervond onderzoeker Andy Yan in elk geval, zelf van Chinese afkomst. Hij zocht uit wie er investeerde in Vancouvers huizenmarkt en zag dat tweederde van de huizen in chique buurten werden gekocht door mensen met een Chinese naam. Dat er sprake was van schimmige investeringen, bleek doordat het meest genoemde beroep van deze kopers ‘huisvrouw’ was.

Nu zette de (roomblanke) burgemeester een racismeverwijt in om – opnieuw – de rijken rijk en de armen arm te houden

Toen ondernemer en burgemeester Robertson in 2015 probeerde Yans bevindingen weg te wuiven door te zeggen dat hij zich zorgen maakte over ‘de racistische ondertoon’, sprak Yan zich uit. Racisme, dat was het feit dat zijn eigen overgrootvader Canada alleen in mocht na het betalen van een extra belasting die Chinezen uit de arbeidersklasse zoveel mogelijk buiten moest houden (deze belasting werd in 1923 afgeschaft).

En nu zette de (roomblanke) burgemeester een racismeverwijt in om – opnieuw – de rijken rijk en de armen arm te houden. ‘It’s a kind of moral signalling to camouflage immoral actions,’ zei Yan tegen tijdschrift MacLean’s. ‘It’s opportunism, and it’s a cover for the tremendous injustices that are emerging in the City of Vancouver and across the region. It’s a weird Vancouver thing. It’s very annoying. It’s kale in the smoothies or something.’

11 juni 2019

Hans en Pepijn zijn bang voor hun spullen, dat de junkies van de Downtown Eastside ze komen stelen, de auto bestormen of het huis insluipen. De junkies van de Downtown Eastside, ondertussen, zijn vooral met zichzelf bezig. Alle vrouwen van de crew – Sasha, Margot en ik – hebben al tussen hen in gelopen, langs de troep spuitende of troep verkopende mensen.

De mensen hier lachen naar en met elkaar, ze prijzen hun waar aan, ze laten je rustig passeren, ze vallen jou niet lastig zolang je hen niet lastigvalt. Op een paar van de straathoeken is nog iemand met een gitaar te vinden, en midden tussen alle ellende is een gemeenschappelijk tuintje achter een houten hek. Bij vlagen lijkt het hier op een gemoedelijke vrijmarkt – het is ook een vrijmarkt, maar een vrijmarkt voor wie niets meer van waarde heeft, voor wie leeft bij de dag.

De heroïne, de fentanyl, de alcohol, de schizofrenie, de oudjes in hun rolstoelen, de voorovergeklapte lijven, de ledematen vol blauwe plekken, de gezichten vol vlekken en wonden

De daklozen worden hier ingekapseld, zegt Margot, de politie heeft graag dat deze chaos geconcentreerd blijft. 'De politie komt hier niet meer', zeggen de gemeentewerkers. Toen ze hier wel kwamen, werden ze in het gezicht gespuwd. Maar de ambulances rijden af en aan, van overdosis naar overdosis. De heroïne, de fentanyl, de alcohol, de schizofrenie, de oudjes in hun rolstoelen, de voorovergeklapte lijven, de ledematen vol blauwe plekken, de gezichten vol vlekken en wonden. Ook dit is Canada.

Dan sla je de hoek om en daar zitten de mensen in hippe cafeetjes, in dure restaurants, daar werken de zakenlieden, daar is het bankgebouw waar, in de kelder, Occupy werd opgericht.

De inwoners van Vancouver zijn het allemaal al lang gewend. Zij lopen door Hastings met iPhones in hun handen, kinderwagens voor zich uitduwend. Alleen tijdens de Olympische Spelen heeft de gemeente dit gebied even helemaal schoongeveegd, zodat de internationale pers er geen camera’s op zou zetten, op wat zich in het centrum van een van meest leefbare steden ter wereld afspeelt. Kan dit bestaan doordat iedereen wegkijkt of is meer tolerantie juist wat deze mensen nodig hebben? Wat hebben ze nodig? 

De campers, busjes en caravans waarin de daklozen wonen die iets beter af zijn, staan voornamelijk tussen doe-het-zelfzaak Home Depot en een Chevroletdealer.