Esther Gerritsen over complimenten.

Toen ik zelf nog geen hond had, zag ik ze overal: mooie, lieve, aandoenlijke honden. Allemaal stuk voor stuk geweldige exemplaren. Naar de baasjes keek ik eigenlijk niet. Voor de baasjes heb ik nu pas oog, nu ik dan eindelijk ook een hond heb, een puppy, die het liefst na de wandeling plast, lekker thuis in huis, net als ik.
Hoe bevlogen mensen ook over hun huisdier praten, ik zie nu ook vaak genoeg zo’n bevlogen hondenbezitter, vroeg in de ochtend, met een levenloze blik in de ogen, achter de hond aan schuifelen.
De hondentrainer zegt dat ik mijn hondje moet complimenteren.
Ik zeg vaak ‘Goed zo.’ Ik zeg zo vaak ‘Goed zo’ dat mijn hond nu naar me opkijkt als ik ‘Goed zo’ zeg. Ze denkt vermoedelijk dat ze zo heet.
Maar als ik weinig heb geslapen vanwege die nieuwe kleine in huis is mijn enthousiasme soms moeilijk op te roepen. Terwijl mijn hond een ‘Goed zo’ verdient voor iedere meter dat ze loopt en voor iedere meter dat ze niet aan haar riem trekt.
Als je vroeg wakker bent in mijn buurt, het raam openzet en aandachtig luistert, hoor je het ‘Goed zo, goed zo’-lied klinken, murmelend door de straten: ‘Goed zo meisje, goed zo, goed zo, goed zo.’ Soms vrolijk, soms dof, een lied in verschillende muziekstijlen uitgevoerd.
De buren boven mij hebben een dochtertje van nog geen drie maanden oud, en uit hun huis klinken geregeld dezelfde geluiden: ‘Goed zo meisje, goed zo.’ Elke stap in de ontwikkeling van onze kleine wezens wordt gecomplimenteerd, maar op een dag houden de complimenten op, wat een tragiek.

Ik zou best een grote verzorger willen hebben, die ‘Goed zo, goed zo’ murmelt als ik heb gekookt, de wasmachine heb gerepareerd, de hond heb uitgelaten. Ik zal mezelf van mijn eigen complimenteerlied moeten voorzien.
Omdat de hond soms ineens snel het huis uit moet, kan ik het me niet meer permitteren om mijn huissleutels kwijt te zijn, of de hondenriem. Dus train ik mezelf om alles meteen op de vaste plaats terug te leggen.
Toen ik laatst erg snel alles op zijn juiste plek terugvond ging het vanzelf.
‘Goed zo Esther,’ zei ik blij.
Willen we een beetje blijven ontwikkelen met z’n allen, dan hebben we complimenten nodig, het goede gedrag moet ons voordeel opleveren. Dat kan elke hondentrainer en kinderpsycholoog je vertellen. Laten we de arme volwassenen niet vergeten, complimenteer hen ook gerust.
Een nieuwe complimenteerbeweging zou geen overbodige luxe zijn: #goedzo.

Meer van Esther Gerritsen