In 1963 kon Feyenoord als eerste Nederlandse club de Europacupfinale bereiken.
Dan moest wel het grote Benfica worden verslagen. De supporters waren na de 0-0 in De Kuip hoopvol en trokken massaal naar Lissabon. Met de boot.

Andere tijden sport: De geboorte van het Legioen
Zondag, NPO 1, 22.05-23.10 uur

Europa bestond nog niet in 1963. Tenminste niet om als reiziger te ontdekken of als voetbalclub in zegetocht over heen te trekken. Als een Rotterdammer zich al een vakantie kon veroorloven, dan was het naar het strand in Hoek van Holland of naar de camping in Rockanje. En wat stelde het Nederlands voetbal nou helemaal voor? Oranje werd voor het Europees kampioenschap 1964 uitgeschakeld door Luxemburg. ‘Ik ging naar de bioscoop om in het Polygoon-journaal beelden van Real Madrid en Benfica te zien,’ zegt toenmalig Feyenoord-doelman Eddy Pieters Graafland.
De voltallige selectie van landskampioen Feyenoord bewondert op 2 mei 1962 in het Olympisch Stadion Benfica met Eusebio dat het Real Madrid van Di Stefano met 5-3 verslaat in een van de mooiste Europacupfinales ooit. Een jaar later staat Feyenoord in de halve finale zelf tegenover die voetbalreus uit Portugal. Als eerste Nederlandse club. En voor het eerst trekken de supporters ook in groten getale mee naar het buitenland.

Wim Hollander, garagechef bij dagblad Het Vrije Volk en Feyenoordsupporter, merkt dat Groot-Rotterdam en eigenlijk heel Nederland langzaam maar zeker in de ban raakt van Feyenoord. Hij ziet met eigen ogen hoe 30.000 fans de club volgen naar een beslissingswedstrijd tegen Vasas Boedapest in Antwerpen. Nog eens duizenden reizen naar Parijs voor het duel met de Franse kampioen Stade Reims. Het Legioen wordt geboren.
‘Wim Hollander was een pr-man avant la lettre,’ zegt zoon Hans Hollander. Hij staat op het dak van het monumentale pand aan de Slaak in Rotterdam. Hier zetelde ooit de grootste krant van Nederland. De familie Hollander woonde ‘op de krant’ in een huisje aan de achterkant van het gebouw. ‘Mijn vader organiseerde wielerrondes en radioverslagen als Feyenoord uit speelde. Dan kwamen er duizenden mensen naar het Afrikaanderplein.’

Drie halve garen

Als Benfica uit de koker rolt voor de halve finale, komt Wim Hollander op het idee om met de boot naar de return in Lissabon te gaan. Briljant in zijn eenvoud. Reis, overnachting en eten in één klap geregeld. Alleen nog een schip. Havenredacteur Cees Roozemond – de latere burgemeester van Alkmaar – regelt via zijn contacten migrantenschip de Waterman. De directie twijfelt, maar laat de mannen begaan en vraagt redactiechef Jan Bouma om mee te helpen. ‘De drie halve garen werden we genoemd,’ zegt de nu 92-jarige Bouma. Alles is in nog geen maand geregeld. Voedsel, drank, bemanning, dokters. Er gingen zelfs een dominee en een pastoor mee. Naar buiten toe hielden we de schijn op, maar we zaten best in de rats of we de boot vol konden krijgen.’

Twee dagen voor de thuiswedstrijd pakt Het Vrije Volk groot uit met de bootreis. Bouma: ‘Op golfjes met witte kuifjes raken mensen snel uitgekeken, maar dankzij de socialistische familie konden we via de Vara aan goede artiesten komen. Cor Steyn, Johnny Kraaykamp, Max van Praag, ze twijfelden geen moment.’ En als het dan in De Kuip 0-0 blijft, stromen de aanmeldingen binnen. Roozemond regelt nog een boot, de Groote Beer. ‘En we hadden er nog wel twee kunnen vullen,’ zegt Bouma. ‘Even was er sprake van een Egyptisch schip, maar met een Egyptische bemanning en alleen Egyptisch eten leek ons dat niet verstandig.’

'Er gingen zelfs een dominee en een pastoor mee. Naar buiten toe hielden we de schijn op, maar we zaten best in de rats of we de boot vol konden krijgen.’

redactiechef jan bouma

Beroemde duif

Niet alleen de droom van de finale op Wembley lokt. De tijdgeest is er ook naar. Nederland herrijst. Welvaart gloort dankzij collectieve loonrondes van negen en vijftien procent. De hunkering naar avontuur verpulvert het juk van de jaren vijftig. Op die golf van optimisme vertrekken 1500 supporters en andere avonturiers op zaterdag 4 mei vanaf de Lloydkade. Rotterdam is in extase. Alles wat varen kan, bevindt zich op de Maas. Duizenden in de haven en langs de Nieuwe Waterweg wuiven de uitverkorenen uit. Feyenoord-speler Reinier ‘Beertje’ Kreijermaat rijdt naar Hoek van Holland. ‘Die mensen maken voor jou die reis naar Lissabon, dan is dat het minste wat je kunt doen.’

Eenmaal buitengaats wordt de bar bestormd. Op de heenweg is de totale voorraad bier al op. Er moet in Lissabon gebunkerd worden. Ook zijn er dames van lichte zeden aan boord gesmokkeld. Bouma: ‘Die vrouwen hebben we in een aparte kajuit ondergebracht, maar later zijn er wel condooms in de sloepen gevonden. Tja, het zijn volwassen mensen. Je kunt niet alles in de gaten houden.’

De herinnering aan de oorlog was nog vers. Dus ook aan boord hield men op 4 mei twee minuten stil. De enige twee minuten van de reis dat er geen ‘Hand in hand kameraden’ is gezongen. De krant wilde graag een foto van de dodenherdenking op zee in de maandageditie. Ook daar had Wim Hollander een oplossing voor. ‘Hier op het dak hadden we een duivenhok,’ zegt Hans Hollander. Ik hielp mijn vader ook altijd met wedstrijden.’ Om die foto in de krant te krijgen, had Wim een paar duiven mee aan boord genomen. Fotograaf Hans Akkersdijk knipte vervolgens de negatieven bij zodat ze in een kokertje pasten. ‘Dat kokertje werd aan het pootje vastgemaakt. Ter hoogte van Le Havre werden ze losgelaten. Dat is ongeveer tien uur vliegen voor zo’n beestje. Ik zat op het dak te wachten om ze op vangen.’

Ook de twaalfjarige Hans Hollander kwam in de krant. Met de beroemde duif. ‘Mijn moeder had nog snel een scheiding in mijn haar gekamd. Met de negatieven liep ik snel naar de doka van de krant en zo stond de foto van de Waterman met de vlag halfstok in Het Vrije Volk.’

Overmand door emoties

Jan Bouma ging elke ochtend met een wereldontvanger op het achterdek zitten voor het laatste nieuws. ‘Dat verwerkte ik dan met de gebeurtenissen aan boord in het dagelijkse Scheepsjournaal.’ Je bent een krant of niet. Tussen de harde werkelijkheid vertedert de onschuld van het leven op de Groote Beer. Tegenover rassenrellen in Birmingham staat een vrouw die haar kunstgebit heeft uitgespuugd over de reling. Een bericht over een omgeslagen veerboot op de Nijl wordt gevolgd door de geboorte van drie poesjes: Ben, Fica en Beertje.

Sommige verhalen waren voorgedrukt. Zo waarschuwt een reisleidster dat er ’s avonds veel politie op de been is. ‘Niet iets om van te schrikken, zo gaat dat nu eenmaal hier.’ Het is sowieso opvallend dat de socialistische familie geen kritische noot plaatste bij een reis naar het dictatoriale regime dat Portugal tot 1974 onder Salazar zou zijn. Bouma: ‘Ons hart klopte natuurlijk wel voor de tegenstanders, maar voor deze reis hebben we sport en politiek gescheiden gehouden.’

Na tweeënhalve dag varen de schepen de Taag op. ‘We hoorden ze voorbij de rots al aankomen,’ zegt Kreijermaat. Cor Steyn had zijn orgel op het dek geplaatst. De spelers waren door het bestuur naar de kade gedirigeerd. ‘Daar hadden we eerst helemaal geen zin in,’ zegt Pieters Graafland, ‘want we mochten verder niks. Maar het was overweldigend wat we daar meemaakten.’ De doelman kon schuilen achter zijn camera, die hij altijd meenam, en zag dat veel spelers werden overmand door emoties als het ‘Hand in hand’ over de Taag klinkt. ‘Ik krijg het er nog slecht van,’ zegt Kreijermaat. Terug in Lissabon is er zelfs 53 jaar later maar weinig voor nodig om die gevoelige snaar te raken. De wedstrijd ging verloren (3-1), maar zij waren erbij toen het Legioen werd geboren.

Dankbare woorden

Supporters die bijna drie dagen zonder wanklank met een schip onderweg zijn om hun ploeg te zien spelen. En dan onthaald worden door hun tot tranen geroerde idolen. Die tijd is verloren gegaan en overgenomen door beelden van vernielde fonteinen en ongeïnteresseerde blikken van onder koptelefoons.
Wim Hollander kreeg voor zijn idee van De Arbeiderspers een bedrag van 150 gulden en dankbare woorden waarin men uitkeek naar de volgende ‘brainwave’. Die kwam er. Want als voetbal zoveel mensen kon bezighouden, dan moest een weekblad mogelijk zijn. Twee jaar later rolde de eerste Voetbal International van de persen, hoofdredacteur: Cees Roozemond.  

Zij waren erbij

Louis was anderhalf toen zijn vader eindelijk wist dat hij een zoon had. ‘Hij voer op de wilde vaart en was alweer vertrokken met een andere boot toen het bericht de haven bereikte.’
Louis groeide op in Rotterdam-Noord om de hoek bij Coen Moulijn. De Kuip zag hij voor het eerst op zijn tiende. Hij zit er nog steeds elke thuiswedstrijd. Toen de schepen van Rotterdam vertrokken naar Lissabon wilde hij per se mee. ‘Ik verkocht mijn racebaan, spijbelde van school en stapte alleen aan boord.’ Niemand die ervan opkeek. ‘Op de Groote Beer was het één grote familie.’ En op het plein in Lissabon maakte hij Portugese vrienden. ‘Ze namen me mee naar huis om wat te eten en te drinken. Toestanden met me enzo, joh, dat had je toen toch helemaal niet.’

Henk: ‘Ik had het inschrijfformulier al in mijn binnenzak op de tribune bij de thuiswedstrijd tegen Benfica. Ik zei tegen mijn maat: als ze niet verliezen, gooi ik hem meteen op de post.
Het bleef 0-0. Drie weken later bracht mijn vader mij op de brommer naar de Lloydkade. Daar en langs de Nieuwe Waterweg stonden duizenden mensen. Ik voelde me uitverkoren. Aan boord maakte ik contact met een Amsterdammer, een Hagenees en een andere Rotterdammer. We hebben vooral zitten kaarten in de salon. Naast ons speelde Cor Steyn op zijn orgel. Als hij even pauze had, deed hij met ons mee. De aankomst in Lissabon was onvergetelijk. De Feyenoordspelers stonden op de kade. Cor Steyn had zijn orgel op het dek laten plaatsen. “Hand in hand kameraden” golfde over de Taag. Dat was het moment suprême. Als ik daar aan terugdenk, krijg ik weer een dikke strot.’

Ida: ‘Ik was twintig en woonde nog bij mijn ouders op een boerderijtje in Nieuwenhoorn. Wij lazen thuis Het Vrije Volk en toen ik die advertentie zag, wilde ik meteen mee. We gingen nooit op vakantie. Ik had een baan op de bloemenveiling in Vierpolders. De reis kostte 285 gulden. In de Golf van Biskaje werd ik zeeziek, zoals de helft van de boot. Alle wasbakken zaten vol kots. Ik zat wit weggetrokken op het dek. Toen kwam er een jongeman naar me toe. “Wil je een boterhammetje of wat te drinken.” Dat was Teun, een echte Feyenoordsupporter. Ik vond het een hele leuke jongen. We zijn de hele reis met elkaar opgetrokken. En een jaar later zijn we getrouwd. In 1970 is Marco geboren. Dankzij Feyenoord, ja. We zijn er daarna vaak op uit getrokken. Alsof Teun wist dat hij maar kort te leven had. Hij is in 1984 overleden.’

Aad: ‘Mijn man was stuurman bij de Rotterdamsche Lloyd. Hij had net zijn tweede rang gehaald. Iedereen wilde mee naar Lissabon, maar omdat hij niet zeurde, werd hij uitgekozen.
De sfeer aan boord was heel goed. Als Feyenoordsupporters elkaar tegenkwamen dan riepen ze: “Hand in hand, kameraad!” En dan liepen ze weer door.
Ondanks de nederlaag was ook de terugreis een vrolijke boel. Daar zorgde mijnheer Cor Steyn wel voor. Eenmaal in Rotterdam moest dat orgel weer van boord. Cor Steyn maakte zich daar heel druk om. De kapitein vertrouwde het niet en lichtte het deksel op. Zat het orgel vol met flessen jajem. Goedkoop gekocht aan boord om het land in te smokkelen.’