Hugo Blom

De vergaderzalen in het VPRO-gebouw hebben namen die verwijzen naar roemruchte programma’s uit het (recente) verleden. Geen idee wie de ­genius hierachter is geweest, maar ik vind het nog steeds enorm leuk om in vergaderzaal Zaai te zitten. Daar is Postbode Siemen (‘Ja, daaaarom’) nooit ver weg en in Lopende zaken zorg je wel dat je bij de les blijft. We kunnen soms ook buurvergaderen bij de NTR. Dan zit je opeens in Het klokhuis, waar overleg opeens heel constructief kan zijn, maar ­altijd met een lichte toets. Als echt alles bezet is, belanden we wel eens in De lama’s van BNN-Vara. Ik hoef denk ik niet voor te doen hoe die vergaderingen gaan.

De vergaderzaalnaam met het meeste historische gewicht bij de VPRO is Het gebouw. Roemruchte radio uit vervlogen jaren, met marathoninterviews die bijna een werkdag duurden, wedstrijdreizen rond de wereld met nul gulden op zak, een keer zelfs urenlange uit­gezonden stilte. Iemand vroeg me de weg naar deze vergaderruimte en ongevraagd begon ik een verhandeling over Het gebouw als gebouw – het was immers ook een van de VPRO-villa’s – en over het programma. Ik werd voorzichtig onderbroken door een jongere collega die vroeg of ik daar nu weemoedig van werd. In alle eerlijkheid kon ik daar ‘nee’ op antwoorden.

De volgende dag las ik in de krant dat het Blokkerconcern op de rand van de afgrond staat. Dit ondanks de vermetele zet van enkele jaren geleden om het sudderplaatje in de schappen terug te brengen.
Ik word niet weemoedig van oude gebouwen en sudderplaatjes. Wel van iemand die denkt dat een sudderplaatje de oplossing is.