De achtdelige VPRO-serie 'Onzichtbaar Nederland is de bij vlagen betoverende opvolger van 'Nederland van boven' die veranderend Nederland tot leven brengt. Met meer lagen en meer diepte volgens eindredacteur Geert Rozinga.

Onzichtbaar Nederland, dat klinkt als een radioprogramma.
‘Ha ha. Als je de beelden niet ziet is dat ook zo.’

Maar het is televisie.
‘Ja, en dat is ook de uitdaging van de serie. Want hoe maak je nou iets onzichtbaars zichtbaar?’

Dat kan alleen Hans Klok.
‘Tenzij je gaat speuren naar oude foto’s, data en tekeningen die iets zeggen over die tijd en je die over het “nu” legt. Dat hebben we gedaan en daarnaast zijn we ze gaan animeren. Dan zie je in één keer wat de verandering is. Soms denk je echt: hoe hebben ze dat ooit zo kunnen doen. Maar het grappige is, dat gaat men over 25 jaar ook denken over wat wij nu aan het doen zijn.’

Het centrale thema is verandering?
‘De fysieke verandering in beeld brengen. Stad en platteland, spoorwegen die komen en gaan. 1200 kilometer spoor is weer verdwenen. Dat laten zien en je afvragen: waarom is dat zo? Hoe werd toen gedacht? Ons land verandert voortdurend en dat is een onuitputtelijke bron van mooie verhalen. Het is ook interessant om te kijken waarom plannen wel of niet doorgaan. En er zijn er nogal wat geweest. In Utrecht wilde men bijvoorbeeld een driebaans snelweg aanleggen door de binnenstad, dwars over het Domplein. Amsterdam had plannen voor een snelweg over het Museumplein en dacht er serieus over na om de grachten te dempen. En het had weinig gescheeld of het hele IJsselmeer en de Waddenzee waren dichtgegooid. Was toch te ondiep voor de scheepvaart.’

Geert Rozinga (rechts) tijdens opnames van Onzichtbaar Nederland

Is Onzichtbaar Nederland het vervolg op Nederland van boven?
‘In Nederland van boven gingen we op een nieuwe manier verhalen vertellen. Bijna als een natuurdocumentaire waarbij het beeld domineert. Maar nu gaan we een stapje verder. En dieper. We laten met animaties zien hoe bijvoorbeeld de Stationsstraat in Utrecht is veranderd. Dat beeld is zo krachtig. Eigenlijk is de foto van die straat de serie.’

In de aflevering ‘Energie’ zit een onbekend rampje uit 1965.
‘Er was een proefboring in een weiland bij ’t Haantje, een dorpje in Drenthe. Daar is iets misgegaan, waardoor de ondergrond is gaan borrelen en die hele boortoren in de modder is verdwenen. Maanden is het daar blijven borrelen. Destijds is dat door de nam allemaal in de doofpot gestopt. We hadden beelden van het NTS Journaal, een krantenknipsel, een getuigenverslag en redelijk gedetailleerde data over hoe die toren de grond in is gegaan. Uiteindelijk hebben we een nieuw dataset gecreëerd om dat verhaal vertellen. Daarmee zijn we de grond in gezakt om de gasvelden van Nederland te laten zien. We kijken onder de grond en de omvang van die gasvelden is gigantisch. Met het thema energie laten we zien dat de honger naar energie die ons nu voor problemen stelt van alle tijden is. Dat maakt het interessant. Eerst ging het om hout en turf en nu moeten fossiele brandstoffen plaatsmaken voor zonne-energie of windmolens. Maar hoe en waar?’

Niet in mijn achtertuin.
‘Zo denken meer Nederlanders. Er is een plan om een gebied ter grootte van de Doggersbank helemaal vol te plempen met windmolens. Maar zelfs dat is niet voldoende. Zonne-energie lijkt het beste alternatief. Maar waar laat je al die panelen? En wat betekent dat voor het landschap?’

Windmolenpark Noordzee.

U heeft deze serie bedacht. Wist u waar u aan begon?
‘Deels. Het idee begon met, wat je nu vaak ziet, een foto nemen op dezelfde plek als toen. Daar wilde ik bewegend beeld aan toevoegen. Dat geeft een prachtige dynamiek en daar zit wat magisch is. In een paar seconden de betovering van een wereld die in korte tijd is veranderd. De animaties waren overigens wel veel moeilijker dan we dachten. In Hollywood werken ze daar met een team van twintig man aan. Hier twee en een stagiair.’

Heeft u nog verhalen ontdekt die niet in beeld zijn te brengen?
‘Ik heb wel gemerkt dat heel veel archieven en historisch materiaal zijn weggegooid. Bijvoorbeeld import- en exportcijfers van de Rotterdamse haven. Of data over het verplaatsten van arbeidsplaatsen naar lagelonenlanden. Veel organisaties vinden het te duur of te veel gedoe om oude archieven te bewaren.’

Misschien was u wel de eerste die ernaar vroeg.
‘Klopt. Heel veel archieven en historische kringen, daar zijn er veel van, waren blij met ons bezoek. Maar dat veel er niet, of niet meer, was, heeft ons wel in de weg gezeten. Van de ondergrond van de Mijnstreek bijvoorbeeld is geen complete kaart. Dat was ons grootste industriegebied en al die mijnen liggen er nog. Weliswaar afgesloten en onder water, maar toch. Daar zijn mijnen van acht verdiepingen, honderden meters diep. Een enorm ondergronds stelsel. We zijn een jaar bezig geweest om daar een animatie van zestig seconden over te maken. Daarvoor hebben we 6000 [!]  kaarten verzameld en ingescand of deels overgetekend. Uiteindelijk hebben we een paar kaarten over elkaar heen gelegd om een beeld te geven van het ondergrondse gebied. Ik wilde dat complex per se in beeld brengen.’

Is dat gelukt?
‘Dat mogen de kijkers zeggen.