Het VPRO-buitenlandprogramma Metropolis krijgt een maandelijks vervolg. De onlinereportages van lokale videomakers worden verspreid en aangevuld op diverse sociale media. Eindredacteur Eddie Wölcken over de comeback.

Metropolis kent u nog wel. In dit buitenlandprogramma van de vpro, vanaf 2008 uitgezonden op npo 3, boden tientallen lokale correspondenten van over de hele wereld een inkijk in hun leven, hun omgeving en samenleving. Het was verslaggeving van binnenuit, door de ogen van lokale jonge filmmakers of videobloggers, en daarom heel anders dan via de buitenlandcorrespondenten van kranten en televisie. Elke uitzending had een ander thema, waarbij te zien was hoe in verschillende landen over het bewuste onderwerp werd gedacht of hoe met een bepaald probleem werd omgegaan. Die vernieuwende aanpak van Metropolis viel in de prijzen, maar toch verdween het programma in 2015 van het scherm. Het hele archief van meer dan 150 afleveringen is te zien op vpro.nl, onder het motto ‘Hier zie je de wereld zoals je ’m nergens anders ziet’. De reportages kunnen op verschillende manier worden bekeken; op aflevering, op thema en op correspondent. Afleveringen van Metropolis zijn ook op YouTube – inmiddels meer dan honderdduizend abonnees – en Facebook te zien.

Hier mag het niet bij blijven.
Het goede nieuws is dat Metropolis, nadat de afgelopen jaren de mogelijkheden voor een doorstart zijn onderzocht en fondsen aangeboord, vanaf 4 april een vervolg heeft gekregen. Niet op televisie, maar online en met een nieuw format. Maandelijks wordt een uit twee films bestaande nieuwe aflevering gelanceerd. Er zijn voorlopig acht afleveringen gepland. De vpro heeft hiervoor de European Publishers Longterm Reporting Grant van het European Journalism Centre gekregen. Het ejc kent deze beurzen toe aan media die gedurende een lange periode en op een innovatieve manier verhalen maken over duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties.

vpro-hoofdredacteur Media Stan van Engelen: ‘De subsidie geeft ons de kans om het tv-format te veranderen in een online-only format, nieuwe verhaallijnen te introduceren en de strategie van storytelling en distributie te vernieuwen. We kunnen nu door met een belangrijke vorm van journalistiek, waarin een oorspronkelijk, persoonlijk en niet-westers perspectief onze wereld letterlijk “van de andere kant” laat zien.’

'Het gaat om het effect dat we weten te sorteren, met video, tekst, geluid en verdieping. Wat brengen de filmpjes teweeg?'


Handelsmerk
Een week voordat de eerste nieuwe aflevering online gaat, verschaft Metropolis-eindredacteur Eddie Wölcken nader toelichting. ‘De afgelopen tijd is het bestaande netwerk van videojournalisten weer tot leven gewekt. In sommige ontwikkelingslanden hadden we al correspondenten, maar we hebben ook nieuwe gevonden in verschillende landen. Makkelijk is dat niet, wat te maken heeft met armoede, gebrekkige communicatie en het feit dat een zeker niveau vereist is. Zo’n lokale reporter moet het verhaal ook echt vanuit zichzelf invoelbaar kunnen vertellen; het gaat daarbij veel meer om human interest dan om harde journalistiek.

We laten ons inspireren door de duurzaamheidsthema’s van de vn, maar nemen die niet een-op-een over, want het moet vanuit onze aanpak: kijken door de ogen van de lokale bevolking, dat is het handelsmerk van Metropolis. We zijn dus heel kritisch op hoe een verhaal wordt verteld. De eerste aflevering heet: “Metropolis draait de rollen om”. Dat gaat om gendervraagstukken: wat zijn nou typische mannen- en vrouwenberoepen, hoe staat het met de emancipatie van zowel mannen als vrouwen in de rest van de wereld? In Congo maakt onze nieuwe correspondent Paul Shemisi een reportage over Yves, een alleenstaande vader wiens vrouw er na de bevalling van hun kind vandoor is gegaan. Dat is ongewoon, zeker voor Congo. Wat het nog interessanter maakt is hoe Yves zijn geld verdient. Hij verkoopt make-up op de markt, een typische vrouwenbaan. Als man is dat not done. En daarom verkleedt hij zich iedere dag als vrouw, om toch geld te kunnen verdienen. Paul laat in zijn filmpje een dag uit het leven van Yves zien, hoe hij zijn kind naar de oppas brengt, zich verkleedt en naar de markt gaat. Via via, en dat zit niet in het filmpje, kregen we te horen dat Yves zelfs navolging heeft gekregen van andere mannen. Kijk, als wij vanuit Nederland naar Kinshasa waren gegaan om een film over Yves te maken zou dat nooit zijn gelukt. Je moet echt lokale reporters hebben, dan kom je echt dichtbij.

Het tweede filmpje van de eerste aflevering komt uit Nepal en gaat over een meisje dat aan motorsport doet. Een stoere meid op een motor, ook dat strookt weer niet met de voorstellingen die je van dat land hebt. Ze heeft nog een voorbeeldfunctie ook, want inmiddels zijn daar al meer vrouwen aan het motorcrossen. Ofwel, ook in Nepal is de maatschappij aan het veranderen als het om rolpatronen gaat. Zo ga je als westerling anders kijken naar zo’n samenleving, niet met de blik van de westerse correspondent maar door de ogen van een lokale verslaggever.’

Wanneer zijn de fondsverleners tevreden?

‘We worden beoordeeld op de impact van de afleveringen, maar niet in de zin van cijfers en aantallen volgers. Het gaat om het effect dat we weten te sorteren, met video, tekst, geluid en verdieping. Wat brengen de filmpjes teweeg, zetten ze aan tot denken? Anders gezegd, via de Metropolis-vertaalslag proberen we de duurzaamheidsdoelen van het fonds bij de afnemers in Nederland over te brengen. Daarom gaat nu ook een, let op, impact-en-outreach-redacteur aan de slag. Hoe zou je die in goed Nederlands moeten noemen, een effectbejager? Deze redacteur gaat het verhaal op de site effectief en verdiepend distribueren over de diverse sociale mediakanalen. Er zijn tegenwoordig zoveel mogelijkheden om iets online weg te zetten – Twitter, Facebook, Instagram, noem maar op – en daarmee het bereik te versterken en vergroten. Als het verhaal af is wordt het gelanceerd, waarna het nog een maand op een organische manier kan groeien. Ik vind het fascinerend om vanuit het oorspronkelijke tv-format op deze manier het verhaal goed te kunnen vertellen. Het gaat niet om een-op-een doorzetten, maar om wat je online doet te verbreden met behulp van het publiek. Het is echt een nieuwe manier van vertellen, en ik hoop dat het gaat werken.’

Het archief van Metropolis staat sinds 2015 online en heeft een sterk groeiende schare volgers op YouTube (108.000 abonnees) en Facebook.

De nieuwe video’s kunnen voor het wereldwijde publiek naar meerdere talen (Engels, Spaans, Frans, en Duits) worden vertaald, ondertiteld en verspreid, met dank aan een eerdere financiële steun van de Europese Commissie.