Het thema van Poetry International 2016 is 'Newspeak'. In diverse programma’s wordt verkend wat poëzie kan betekenen in een tijd waarin taal meer dan ooit geframed wordt. Ook wordt gekeken naar de invloed van migratie op taal en poëzie.

De foto ging vorig jaar viraal. Een verdronken peuter op een strand. Gezicht naar de grond, armpjes roerloos langs zijn in een rood truitje gestoken lijf. Het was een indringend beeld dat veel emotie en discussie losmaakte, maar wat was uiteindelijk het verhaal van die foto? Het begint ermee dat zo’n foto concreet weinig zegt. Ernaar kijkend, kunnen we niet exact bepalen waar of wanneer dat wat we zien zich afspeelde. We kunnen ook niet aan de foto aflezen of deze feit dan wel fictie is. Wat ons getoond wordt, geeft in feite geen andere informatie dan wat we waarnemen: dat het een jongetje is met een rood truitje, dat hij bewegingloos op een strand ligt. En zelfs de emotie die het beeld oproept, is afhankelijk van de context. Die context wordt niet door het beeld gegeven, maar door taal. 

De context veranderde snel. Kort na publicatie van de foto doken verhalen op over de Syrische vader van deze Aylan. De man zou geen geld hebben willen uitgeven aan reddingsvesten. De man zou naar het Westen hebben willen vluchten om tandheelkundige zorg te krijgen. Daarop kwamen tegenverhalen: de man zou zijn tanden hebben verloren bij een vreselijke marteling. En zo riep die ene foto heel veel verschillende verhalen op.

We weten dat een beeld veelzeggend is. Volgens het cliché zegt een beeld meer dan duizend woorden, maar vaak is een beeld vooral een schot hagel. Want hoe exact is wat het vertelt? In plaats van duidelijkheid te verschaffen, roepen de meeste beelden voornamelijk heel veel vragen op. Voor de beantwoording van die vragen is taal nodig. De schone taak die taal heeft om het eigenlijke verhaal van bijvoorbeeld deze foto te vertellen, bleek juist door de dwingende kracht van de beelden een heel ingewikkelde. Eén woord verandert het verband tussen beeld en achtergrond totaal. De emotie die een kijker voelt wanneer hij naar een foto kijkt, verandert onmiddellijk wanneer er een ander bijschrift onder staat. Waarnaar kijkt hij: een dode vluchteling, een geluks- of asielzoeker, een Arabier of een toekomstige bijstandsgerechtigde? Met het benoemen krijgt het beeld een andere impact.

Te voorzichtig

Soms is taal genoeg en hebben we de beelden niet eens nodig. Iemand die voor een tolerante houding jegens vluchtelingen pleit, wordt bijvoorbeeld neergezet als een theedrinker, iemand die aanpapt in plaats van aanpakt. Dit verschijnsel, dat overigens tot het vocabulaire van alle politieke gezindten is gaan behoren, wordt framing genoemd. Dat is gewoon Engels voor ‘inkaderen’ en voor ‘vals spelen’, en dat is precies wat framing doet. Het legt aan de ketting wat vrij zou moeten zijn. Het doodt symbolisch de boodschapper. Aan de andere kant is met name in de Verenigde Staten de discussie op gang gekomen of we met z’n allen niet te voorzichtig geworden zijn. Tal van woorden worden vermeden uit angst een ander onheus te bejegenen. Dat klinkt misschien nobel maar het beperkt de taal en verengt daarmee het zo noodzakelijke debat. Op Amerikaanse universiteiten is de lijst met taboewoorden bizar lang geworden. ‘America is the land of opportunity’ staat daar ook op. Studenten namen aan die gevleugelde woorden aanstoot. 

Alexei Kroetsjonych, een obscuur gebleven Russische dichter, bedacht ruim een eeuw geleden een eigen taal. Een voorheen onschuldig woord als roos was in zijn optiek door de bourgeoisie beduimeld en daardoor voor hem onbruikbaar. Hij verzon daarom een nieuw woord. Kroetsjonych kende de intimiderende kracht van censuur alsook die van provocatie. Een vrije taal was voor hem een voorbode van een vrije mens.

Nieuwe betekenissen

Dichters laden en herladen beelden (en woorden) met betekenis. Ze gaan ambivalentie niet uit de weg, maar maken die nou net voelbaar. Voor dichters zijn de flexibiliteit en grilligheid van taal uiteindelijk de belangrijkste troeven. Ze wenden hun techniek aan om taal juist zoveel mogelijk tegelijk te laten zeggen, desnoods tegenstrijdig te zijn. In de loop van de geschiedenis is poëzie vaak een laboratorium gebleken, waar nieuwe woorden en zinsconstructies worden gekweekt als antwoord op woorden en beelden die hun zeggingskracht door herhaaldelijk gebruik zijn kwijtgeraakt. Poëzie en taal zijn voortdurend in beweging in een niet aflatende reactie op de realiteit en onze constant veranderende verhouding daartoe. De Afro-Amerikaanse schrijver Ta-Nehisi Coates schreef in zijn veelgeprezen Tussen de wereld en mij:

We leven in een 'doelgerichte' tijd. Ons mediavocabulaire is vergeven van de snelle oordelen, pasklare ideeën en alomvattende theorieën.

Ta-Nehisi Coates

Op dergelijk snelle, afgepaste en opslokkende mediataal levert veel hedendaagse poëzie commentaar. Het wetenschappelijk en politiek discours mag dan in de greep van vermeende gevoeligheden zijn, poëzie is vrij. Poëzie kan zowel de vinger op de zere plek leggen als beduimelde woorden schoonvegen en van een nieuwe betekenis voorzien. Waar de oude taal niet langer volstaat, kunnen dichters een nieuwe maken. Misschien hoeven ze daartoe alleen hun oor goed te luisteren te leggen, want wereldwijd ontstaan door globalisering en migratie ook allerhande nieuwe talen doordat verschillende talen zich mengen. Hierdoor krijgen oude woorden soms nieuwe betekenissen. Een dichter die het als zijn taak ziet om naar al die talen te luisteren, is Maarten van der Graaff. In zijn poëzie komen beelden en woorden in een nieuw verband bij elkaar.

Ik schrijf met vier video’s op de achtergrond. Ik schrijf op wat ik hoor.

Maarten van der Graaff

Behalve de woorden, worden ook de beelden die ons dagelijks in ongehoorde aantallen bereiken door dichters een nieuw leven ingeblazen. Denk aan het verdronken jongetje Aylan. Die iconische foto zei veel, maar dichter Peter Verhelst wist met zijn op die foto gebaseerde gedicht ‘Er was eens het water’ een heel spectrum aan tegenstrijdige gedachten en gevoelens dat achter die foto verscholen gaat, bloot te leggen. In een sprookachtige taal die de wereld zoals die ons wordt getoond, weerspiegelt én weerspreekt. Door haar niet klein maar groot te maken, niet eenduidig maar veelzeggend te laten zijn.

NEWSPEAK – Festivalopening
Rotterdamse Schouwburg, Grote Zaal
Dinsdag 7 juni, 20.00 uur

Frame by frame
Ro Theater, Zaal
Woensdag 8 juni, 21.30 uur

NeuParleNuevo
Ro Theater, Zaal
Zaterdag 11 juni, 20.00 uur

Zie poetry.nl voor het volledige festivalprogramma