Als de cinema een graadmeter is van de menselijke gesteldheid, zijn we er niet best aan toe. Apocalyptische angstbeelden waren wel eerder in de bioscoop te zien, maar nog nooit zo gevarieerd en zwartgallig als de laatste jaren. Van 2012 tot Melancholia, van WALL-E tot Contagion, elke doelgroep z’n eigen armageddon.

De Amerikaanse indiefilm Take Shelter past niet helemaal binnen het eind-van- de-wereld-genre, omdat het einde zich slechts afspeelt in de dromen van hoofdpersoon Curtis. Maar angstaanjagend zijn die dromen wel. Onnatuurlijk donkere wolken pakken zich samen, olieachtige klodders plenzen uit de lucht, trouwe huisdieren worden agressief, meubels beginnen te zweven en familieleden grijpen plots naar keukenmessen.

Curtis ( Michael Shannon) kan de levensechte nachtmerries maar niet van zich afschudden. En dat terwijl hij zijn zaakjes verder zo goed op orde heeft, zoals een collega hem in het begin van de film nog bewonderend voorhoudt. Curtis heeft een prima baan als bouwvakker, een eigen huis, een mooie, liefhebbende echtgenote ( Jessica Chastain) en een doof maar gelukkig dochtertje. Terwijl de horrorbeelden toenemen, begint hij te twijfelen aan zijn geestelijke gezondheid . Of gaat het om serieuze voortekenen, die hij niet mag negeren?

In plaats van in te zetten op spektakel, gebruikt regisseur/scenarist Jeff Nichols Curtis’ nachtmerries als metafoor voor de angsten die de moderne westerse mens zoal in de greep houden: kan ik mijn hypotheek blijven betalen, kan ik mijn gezin beschermen tegen geweld, hebben mijn kleinkinderen straks nog voldoende frisse lucht? En, algemener: zijn mijn geliefden wel te vertrouwen? Ben ik zelf te vertrouwen?

Curtis hoeft al die angsten niet uit te spreken, ze zijn van zijn gezicht af te lezen dankzij de indrukwekkende acteerprestatie van Michael Shannon, die met zijn grote lijf en stugge kop zowel sympathie als wantrouwen opwekt. Dat hij veel te verliezen heeft staat buiten kijf – Jessica Chastain is als zijn vrouw Samantha al net zo’n gracieuze verschijning als ze was in The Tree of Life, al maakt ze deze rol wat menselijker. Of Samantha de doordraaiende Curtis door dik en dun zal blijven steunen, dat is de vraag waar de film uiteindelijk op afstevent. Na afloop zijn het niet de griezeltaferelen die je bijblijven, maar de wanhopige blikken die Curtis op zijn dierbaren richt.