Onlangs begonnen op Nederland 2: het derde seizoen van de met prijzen overladen kostuumdramaserie Downton Abbey. Voor nieuwkomers heeft distributeur Universal op de valreep de eerste twee seizoenen samen uitgebracht in een fraaie box met de nodige extra’s.
Met onder meer 27 Emmy-nominaties en een ongeëvenaard hoge vermelding op
recensiesite Metacritic.com
, verbrak de Britse serie allerlei records op het gebied van prijzen en
kijkcijfers. Wat maakt Downton Abbey zo bijzonder?
Het uitgangspunt
in ieder geval niet. Het wel en wee van een aristocratisch gezin én hun
bedienden op een Brits landgoed aan het begin van de twintigste eeuw, daarover
ging de Engelse serie Upstairs Downstairs in de jaren zeventig ook al. De
gelijkenis heeft zelfs tot een relletje geleid: toen Downton Abbey in 2010
debuteerde op de Britse zender ITV, begon de BBC juist met een nieuwe reeks
Upstairs Downstairs, waarop in de pers een polemiek ontstond tussen de makers
van beide series.
Maar er zijn meer duidelijke invloeden. Films als
The Remains of the Day,
Howards End en
Gosford Park bijvoorbeeld. Die laatste titel is geen toeval, want scenarist
Julian Fellowes (voluit, erg toepasselijk: the Right Honourable Lord
Fellowes of West Stafford) is ook de man achter Downton Abbey.
Niet
echt origineel dus. Maar wat doet het ertoe: de serie is inderdaad heel
vakkundig gemaakt – historisch accuraat, dramatisch interessant, scherp
geschreven en subtiel-komisch. O ja, en romantisch natuurlijk. Zoals de meeste
kostuumdrama’s is ook Downton Abbey uiteindelijk vooral een mooi aangeklede
smartlap, waarin de belangrijkste vraag luidt: wie krijgt wie?
En op
dat gebied is er heel wat mogelijk, met de royale ensemble-cast die hier wordt
opgevoerd. Naast het gezin van graaf Robert Crawley, bezitter van het imposante
landgoed, en een hele rits bedienden, komen er in elke aflevering nog diverse
aangetrouwde familieleden en adellijke gasten over de vloer.
Het is knap
hoe al die personages al in de eerste aflevering zo worden voorgesteld dat je de
meesten snel onthoudt. Ook zit er voldoende afwisseling in de personages:
sommigen zijn de goedheid zelve, anderen geslepen ratten, en er zit van alles
tussenin.
De graaf zelf, gespeeld door
Hugh Bonneville, is gedistingeerd en autoritair zoals het hoort, maar ook
mild en charismatisch. Naar goede Jane Austin-traditie heeft hij geen zonen,
maar enkel een drietal dochters, wat voor de nodige erfenisproblematiek en valse
meidenperikelen zorgt. Het meest memorabele personage is echter Crawley’s
moeder, gespeeld door de fantastische
Maggie Smith, die altijd goed is voor een wrang-komische noot.
De serie geeft een aardig tijdsbeeld door aan te haken bij historische
gebeurtenissen: het zinken van de Titanic, de opkomst van het feminisme, de
Eerste Wereldoorlog. Waarbij wel moet worden opgemerkt dat het eerste seizoen,
dat zich vóór WOI afspeelt, interessanter is dan het tweede, dat tijdens de
oorlog plaatsvindt en wat dramatischer van toon is. Downton Abbey is op z’n best
als de soapverwikkelingen lekker luchtig worden geserveerd.