Claude Nollier (1919-2009): cast.
Er zijn 14 films gevonden.

The Devil And The Ten Commandments

1962 |

1962. Julien Duvivier. Met o.a. Claude Nollier, Lucien Baroux, Dany Saval en Michel Simon.

Le Diable et les dix commandements

1962 | Komedie

Frankrijk 1962. Komedie van Julien Duvivier. Met o.a. Françoise Arnoul, Charles Aznavour, Lucien Baroux, Maurice Biraud en Jean-Claude Brialy.

De duivel stelt alles in het werk om de mensheid van de Tien Geboden te laten afwijken in zeven episoden (die soms een paar zonden tegelijk combineren). Wisselend van niveau, maar evenwichtiger dan episodefilms van andere regisseurs. Simon als de vloekende knecht in een klooster en Darrieux als een actrice die in uitbestede, volwassen zoon Delon een bewonderaar vermoedt, stelen de show. Zwakste sketches - met Brialy-De Funès en Saval-Tisot - werden bij bioscooproulatie afwisselend gecoupeerd, vanwege de lengte.

Forbidden Fruit

1959 |

1959. Henri Verneuil. Met o.a. Françoise Arnoul, Claude Nollier, Sylvie en Fernandel.

De duivel stelt alles in het werk om de mensheid van de Tien Geboden te laten afwijken in zeven episoden (die soms een paar zonden tegelijk combineren). Wisselend van niveau, maar evenwichtiger dan episodefilms van andere regisseurs. Simon als de vloekende knecht in een klooster en Darrieux als een actrice die in uitbestede, volwassen zoon Delon een bewonderaar vermoedt, stelen de show. Zwakste sketches - met Brialy-De Funès en Saval-Tisot - werden bij bioscooproulatie afwisselend gecoupeerd, vanwege de lengte.

Pot-bouille

1957 | Drama, Romantiek

Frankrijk 1957. Drama van Julien Duvivier. Met o.a. Gérard Philipe, Danielle Darrieux, Dany Carrel, Anouk Aimée en Jacques Duby.

Een jonge provinciaal vindt werk in een Parijse winkel en heeft veel succes bij de vrouwen, onder wie zijn werkgeefster. Het op hem verliefde meisje wordt door haar moeder uitgehuwelijkt aan een concurrerende winkelier, maar blijft zijn maîtresse. Cynische rollen gaan Philipe beter af dan idealistische en zijn spel houdt de Zola-verfilming boeiend ondanks de vrijheden die geen verbeteringen zijn in de scenariobewerking van Duvivier, Henri Jeanson en Leo Joannon. De dialogen werden ook door voornoemd trio geschreven. Darrieux blinkt uit als winkelierster. Camerawerk van Michel Kelber.

Le Printemps, l'automne et l'amour

1955 | Komedie

Frankrijk 1955. Komedie van Gilles Grangier. Met o.a. D Fernandel, Nicole Berger, Claude Nollier, Philippe Nicaud en Denise Grey.

Een noga-fabrikant verdraagt met een gemoedelijke onverschilligheid zijn tirannieke schoonzuster totdat hij een berooid weesmeisje het leven redt en trouwt. Intriges drijven de jonge vrouw in de armen van een musicus, totdat de echtgenoot zijn schoonzus het huis uitjaagt. Deze sentimentele komedie blijft zo schetsmatig in zijn tekening van de personages en de situaties dat de visueel aandoenlijke combinatie van broze Berger en goedmoedige Fernandel in de film ook kansloos is.

Fidelio

1955 | Muziek

Oostenrijk 1955. Muziek van Walter Felsenstein. Met o.a. Claude Nollier, Richard Holm, Georg Wieter en Sonja Schöner.

Leonore vermomt zich als man om tot haar echtgenoot die gevangen zit te kunnen doordringen. De poging van de befaamde operaregisseur Walter Felsenstein om Beethovens opera in filmbeelden te vertalen zal de cinefiel niet volledig bevredigen, maar de operaliefhebber komt aan zijn trekken.

Le Fruit défendu

1952 | Drama

Frankrijk 1952. Drama van Henri Verneuil. Met o.a. Fernandel, Françoise Arnoul, Raymond Pellégrin, Claude Nollier en René Génin.

Een met een heerszuchtige vrouw getrouwde plattelandsarts wordt verliefd op een jong meisje dat hij - eerst als patiënte en later als secretaresse - bij zich in huis neemt. Tegen de complicaties van die driehoek, de roddel in het dorp en de voorkeur van het meisje voor een leeftijdgenoot is hij niet opgewassen en hij schikt zich in zijn weinig rooskleurige huwelijk. Deze geslaagde serieuze rol van Fernandel tegenover Arnoul, die de zonde meer dan waard lijkt, tilt de simpele driehoek boven de voorspelbare banaliteit uit, mede dankzij de scherp getekende figuren.

Il Mondo le condanna

1952 | Drama

Italië​/​​Frankrijk 1952. Drama van Gianni Franciolini. Met o.a. Alida Valli, Amedeo Nazzari, Serge Reggiani, Claude Nollier en Franco Fabrizi.

Een Italiaanse prostituée wil, na een zelfmoordpoging in Frankrijk, een nieuw leven beginnen in haar geboorteland. Een industrieel en een arbeider worden beiden verliefd op haar, maar haar souteneur wil haar niet loslaten. Het spel van Valli - in haar Italiaanse come-back na jaren in Hollywood en Frankrijk - maakt het voor de jaren vijftig kenmerkend hoerendrama het aanzien waard.

Les Mains sales

1951 | Drama

Frankrijk 1951. Drama van Fernand Rivers. Met o.a. Pierre Brasseur, Daniel Gélin, Claude Nollier, Jacques Castelot en Georges Chamarat.

Een communistische verzetsleider wil het overleg met zijn politieke tegenstanders openen en wordt door zijn compromisloze partijgenoten als een verrader beschouwd die geliquideerd moet worden. De daartoe aangewezen jongeman vat echter sympathie voor hem op, maar zal hem toch doden, niet uit politieke principes, maar uit persoonlijke jaloezie. Sartres beroemde toneelstuk kreeg een amechtige registratie die de op zichzelf belangwekkende dialogen hoogst vermoeiend maakt, al zal dat op tv-formaat minder het geval zijn. Maar ook zuiver theatraal gesproken is dit geen ideale opvoering van het stuk. Opnieuw gefilmd als LE MANI SPORCHE.

Pigalle Saint-Germain-des-Prés

1950 | Komedie, Musical

Frankrijk 1950. Komedie van André Berthomieu. Met o.a. Henri Génès, Jeanne Moreau, Gabriel Cattand, Paul Faivre en Claude Nollier.

Dit zeldzaam onbeduidende plot dat over het stuivertje wisselen op het gebied van de liefde en dergelijke gaat, dient als voorwendsel voor een muzikaal bezoek aan het Parijs uit die tijd. De film leidt ons van de nachtclubs in Pigalle naar de kelders in Saint-Germain-des-Pr[KA1]es. Deze cineast die volkomen geminacht wordt door de kritiek, is een geval dat opnieuw bekeken moet worden, daar hij enkele goede films gemaakt heeft, waaronder LE MORT EN FUITE. Zijn hoge produktie van na de oorlog (tot drie films per jaar) is echter niet briljant, op enkele zeldzame uitzonderingen na, waaronder deze film die Offenbach zeker niet zal doen vergeten, maar die nog wel leuk is. Het zwart-wit dat nauwelijks bij het genre past, bewees de film een slechte dienst: niettemin geeft het de film achteraf het onverwachte aspect van een documentaire over het nachtleven in het Parijs van toen.

Justice est faite

1950 | Drama

Frankrijk 1950. Drama van André Cayatte. Met o.a. Claude Nollier, Michel Auclair, Raymond Bussières, Jacques Castelot en Jean Debucourt.

Vermaard rechtbankdrama van sociaal bevlogen filmmaker Cayatte en de al even bevlogen scenarist Charles Spaak. De beklaagdenbank is voor de toen dertigjarige Nollier, een aimabel ogende toneelspeelster met een zwak voor ijzige personages. Die tweestrijdigheid is de kracht van deze film, want zij staat als keurige mevrouw terecht voor moord op haar doodzieke geliefde. Euthanasie, volgens haar, en het is aan de Franse jury om de zaak te beoordelen. Niet zozeer een film over schuld, maar bovenal een opzienbarende studie van juridisch en moreel recht.

Les Trafiquants de la mer

1947 | Avonturenfilm, Thriller, Film noir

Frankrijk 1947. Avonturenfilm van Willy Rozier. Met o.a. Elina Labourdette, Claude Nollier, Claude Farrell, Malou Martel en Pierre Renoir.

Een somber verhaal over drugstransport aan boord van jachten op de Middellandse zee. Zonder pretenties, in een levendig ritme maar met teveel duiken in de zee in zwart-wit gefilmd. Vooral de verontrustende rol van Renoir in de rol van de baas van een moordenaarsbende verborgen achter zijn ambt van notaris maakt in druk.

Le Mystérieux Monsieur Sylvain

1947 | Avonturenfilm, Misdaad

Frankrijk 1947. Avonturenfilm van Jean Stelli. Met o.a. Simone Renant, Marcelle Praince, Claude Nollier, Suzanne Bara en Frank Villard.

Een waterbouwkundig ingenieur wordt gedood op het moment dat hij juist de naam van een spion zou gaan onthullen. Wie heeft hem gedood? Drie speurders duiken op, waaronder zich de geduchte en efficiënte monsieur Sulvain bevindt. Wie? Rond dit gegeven heeft Stelli, in een tijd waarin je overal spionnen zag, een situatieschets in elkaar gedraaid. Ook bekend als DANGER DE MORT.

La vie de plaisir

1943 |

Frankrijk 1943. Albert Valentin. Met o.a. Claude Génia, Yolande Laffon, Hélène Constant, Claude Nollier en Julienne Paroli.

De directeur van het cabaret uit de titel Pr[KA1]ejean valt voor de schone G[KA1]enia. Zij is van adellijke komaf, haar ouders hebben een hoop kouwe kak en zijn zo kaal als een knikker: ze staan aan de rand van de financi[KA3]ele afgrond. Toch hebben zij het hart om te eisen dat Pr[KA1]ejean zijn dubieuze onderneming opdoekt voordat hij met hun dochter mag trouwen. Film die op geweldige wijze de draak weet te steken met de veranderende maatschappij, die zich kenmerkte door hypocrisie, standverschillen tegenover openheid en realisme enz. Een maatschappij die druk bezig was de stap te zetten van de 19e naar de 20e eeuw. Het verhaal wordt verteld vanuit twee verschillende invalshoeken die diametraal op elkaar staan. De film mocht van de zuiveringscommissie na de bevrijding van Frankrijk (in 1944) niet vertoond worden, en niemand weet tegenwoordig meer precies waarom. De produktiemaatschappij Continental kreeg een drietal van zulke verboden. Tegenwoordig is de film weer vrijgegeven.