Paul Stanton: cast.
Er zijn 5 films gevonden.

The Fountainhead

1949 | Drama, Oorlogsfilm

Verenigde Staten​/​​Verenigd Koninkrijk 1949. Drama van King Vidor. Met o.a. Gary Cooper, Patricia Neal, Raymond Massey, Kent Smith en Robert Douglas.

Ambitieuze, maar verwarde versie van Ayn Rand`s gelijknamige, filosofische bestseller, die zelf het scenario schreef. Het middelpunt is de idealistische architect Howard Roark (Cooper), die met zichzelf in botsing komt door de compromissen die hij moet doen voor het grote zakenleven. De acteurs doen hun best. Desondanks nog altijd een behoorlijk portret van 'Corporated America'. Camerawerk van Robert Burks.

That's My Gal

1947 | Musical

Verenigde Staten 1947. Musical van George Blair. Met o.a. Lynne Roberts, Donald Barry, Pinky Lee, Frank Jenks en Edward Gargan.

Het scenario van deze uiterst magere musical dient maar één doel: iedereen zoveel mogelijk laten zingen. Het draait om een show die het aanvankelijk met weinig geld moet doen. Maar dan sterft een geldschieter, en de uitvoerder van het testament weet van de show een hit te maken. Voor de muziek waren o.a. ingehuurd het Guadalajara Trio, Jan Savitt and His Top Hatters, Dolores & Don Graham en de Four Step Brothers. Zowel Roberts als Barry acteren zwak. Barry voelde zich in westernrollen meer thuis.

Cry Wolf

1947 | Avonturenfilm, Misdaad, Mysterie

Verenigde Staten 1947. Avonturenfilm van Peter Godfrey. Met o.a. Barbara Stanwyck, Errol Flynn, Geraldine Brooks, Richard Basehart en Jerome Cowan.

Een statische combinatie van mysterie en avontuur met Stanwyck die achter familiegeheimen probeert te komen op het landgoed van haar overleden echtgenoot. Scenario van Catherine Turney. Camerawerk van Carl Guthrie.

Shadow of a Woman

1946 | Mysterie, Thriller, Film noir

Verenigde Staten 1946. Mysterie van Joseph Santley. Met o.a. Helmut Dantine, Andrea King, William Prince, John Alvin en Becky Brown.

De roman van Virginia Perdue, [KL]He Fell Down Dead[KLE], is een intrigerend verhaal, maar werd als scenario niet zo best uitgewerkt door C. Graham Baker en Whitman Chambers. De film met een titel die nergens op slaat, wordt verteld als [KA1]e[KA1]en grote flashback en dat is op zichzelf al een fatale vergissing. Daardoor gaat er een boel van de spanning verloren. Na de dood van haar ouders ontmoet de verdrietige Brooke Gifford (King) de charmante Eric Ryder (Dantine), een arts die zich van natuurgeneeskunde en parapsychologie bedient om zijn pati[KA3]enten te genezen. Brooke is onder de indruk van hem, wordt verliefd en ze trouwen een week later. Nog tijdens de huwelijksreis in Monterrey aan de Californische kust gebeuren er vreemde dingen die Brooke aan het denken zetten. Eenmaal thuis in San Francisco ontmoet zij in het grote, spookachtige huis Erics inwonende zuster Emma (Golm) en diens kreupele zoon Carl (Alvin), die haar koel ontvangen en met wantrouwen gadeslaan. Het blijkt dat Eric een zoontje heeft, Philip (Geiger), en dat Eric met zijn ex-vrouw Louise (Knudsen) in een proces verwikkeld is over de voogdij. Brooke is verstomd, want ze wist niets van dit alles. Ze ontdekt dat nabestaanden van patiënten verschrikkelijk boos zijn op Eric, omdat hij met zijn medische methoden, die niet erkend zijn, slachtoffers heeft gemaakt. Inplaats van een dokter met een reputatie ontdekt zij dat hij bij zijn collega's als een kwakzalver bekend staat. Ook komt Brooke erachter dat Eric met haar getrouwd is om aan de rechter te laten zien dat de kleine Philip een liefderijk gezin wacht. Erics werkelijke doel is een miljoen dollar dat Philips grootvader hem nagelaten heeft. Indien Philip voor zijn 25ste komt te overlijden, gaat het geld naar zijn voogd of voogdes. Brooke is vertederd door de kleine Philip, maar besluit Louise te helpen tegen haar ex-man, als ze ontdekt dat Eric zijn zoontje door een dieet geleidelijk tracht uit te hongeren zodat hij zal sterven. Klinkt allemaal best goed voor een melodramatische film noir. Helaas is het ongeloofwaardig uitgewerkt; er wordt te veel geschmierd en houterig gespeeld, zonder overtuiging. De regie is zwak, er wordt te weinig verklaard en de personages komen nooit goed tot leven. Niet eens een B-film. Een gemiste kans. Hooguit interessant voor diepgaande filmfanaten. Het camerawerk is van Bert Glennon.

I Love You Again

1940 | Komedie

Verenigde Staten 1940. Komedie van W.S. Van Dyke. Met o.a. William Powell, Myrna Loy, Frank McHugh, Edmund Lowe en Donald Douglas.

Powell is zijn huwelijk met Loy meer dan beu en hij wil niets liever dan scheiden en weer vrijgezel worden. Door een klap op zijn hoofd raakt hij echter zijn geheugen kwijt. Als hij Loy weer ontmoet, is hij meteen weer verliefd op haar. Razendsnelle komedie met een populair liefdespaar uit de jaren 1940-50, Powell en Loy. Hun snedige dialogen zijn schitterend en komen nog steeds verfrissend over. Het vindingrijke scenario, dat naar het einde toe enigszins aan vaart verliest, is van Charles Lederer, George Oppenheimer en Harry Kurnitz. Het camerawerk werd verricht door Oliver T. Marsh.