Curth Flatow: cast en scenario.
Er zijn 7 films gevonden.

Durchreise

1995 | Drama

Duitsland 1995. Drama van Peter Weck. Met o.a. Udo Samel, Simone Thomalla, Patrick Elias, Wolfgang Bahro en Burkhard Heyl.

In 1931 is het Max Salomon (Samel) gelukt om een florerend confectieatelier te laten draaien in Berlijn. Zijn trouwe medewerkers zijn: coupeur-ontwerper Helmut Naumann, bijgenaamd Naum[KA3]annchen (Bahro), eerste verkoper Ernst Fiedler (Heyl) en coupeuse Monika Helmholtz (Thomalla), een slagersdochter die als leerling begonnen was. Ook Siegfried Fraenkel (Elias), de neef van Richard Fraenkel, de steenrijke eigenaar van een keten van klokkenwinkels, hoort erbij. Siegfried begint als leerling, maar klimt snel op, al had hij liever willen studeren. Siegfried heeft het echter best naar zijn zin en merkt niet dat Monika een oogje op hem heeft. De zaken gaan goed, maar in 1933 komt er een grote donkere wolk boven de Solomons en de Fraenkels: de N[KA3]urnberger wetten maakt hen, omdat ze joods zijn, het normale leven geleidelijk onmogelijk, en de SA maakt, als die de kans krijgt, alles kapot met grove straatterreur. Max besluit naar zijn zwager in Holland te verhuizen en de firma over te doen aan Helmut, Monika, Siegfried en G[KA3]utschow (Rennhack). Siegfried hoopt van zijn oom het benodigde geld te kunnen lenen; dat lukt. Hij is ondertussen verliefd geworden op Dagmar (Riemann) met wie hij trouwt en negeert de avances van Monika. Algauw is Max terug uit Holland, want hij kon het er niet uithouden en ontdekt dat Monika geen medefirmante is. Hij haalt de anderen over dit alsnog te doen en voortaan heet de zaak: Naumann, Fraenkel & Helmholtz. Ondertussen worden de nazi`s steeds machtiger en Ernst Fiedler bereidt een coup voor om het bedrijf in handen te krijgen, maar de firmanten zijn hem te vlug af door Siegfried, die halfjoods is, officieel uit te sluiten van de directie. Max` vrouw Selma (MacDonald) overlijdt en Max laat zijn plannen om naar Amerika te emigreren varen. Naumann die homo is een vriend bij de SA heeft, wordt nerveus over Siegfried; de zaken van Richard Fraenkel worden onteigend, waarop hij zelfmoord pleegt. Met de hulp van voormalige leerling Werner B[KA3]ohm (Freihof), een neefje van Fiedler, kan Siegfried (het is dan al oorlog) nog tijdig het land verlaten voordat hij in een concentratiekamp terecht komt. Bij het afscheid van Monika dat bijna een nacht lang duurt, bekent zij haar onvoorwaardelijke liefde en als Siegfried het land uit is, blijkt zij zwanger. Max raadt haar aan te trouwen met haar hunkerende achterneef Fritz Wagner (Baasner) om zich in te dekken tegen de nazi`s. Siegfrieds vrouw, de koele Dagmar (en een echt rotwijf) heeft zich allang van hem laten scheiden en heeft verklaard dat hij niet de vader is van hun dochter. Monika bezorgt Max nieuwe papieren onder de naam Werner Baumann uit Keulen dat al bezet is door de geallieerden. Fiedler probeert Max en Monika te laten arresteren, maar dat mislukt omdat hij bij het oversteken van de straat tegen een auto van de Wehrmacht oploopt. Na de oorlog komt Siegfried uit Engeland terug, terwijl Max die als Baumann bij een nazi was ondergedoken, door de Russen op grond van een misverstand wordt gearresteerd. Hij ontsnapt aan gevangeneming door een welwillende Russische kolonel, die zelf joods is. De firma wordt door Monika`s initiatieven weer opgebouwd en komt snel tot bloei (1950-60), Max krijgt (later) een orde van verdienste van de (kersverse) bondsrepubliek en Siegfried hoort uitgerekend van Fiedler (die dezelfde orde ontvangen heeft, oh, ironie) dat hij een zoon heeft bij Monika. Siegfried sterft op kantoor aan een hartaanval als zijn dochter hem komt bezoeken; zijn zoon, die als leerling begonnen was, weet (nog) niet dat hij een zuster heeft. Een stuk Duitse geschiedenis ten tijde van het Duizendjarige Rijk (dat gelukkig maar twaalf jaar heeft geduurd, maar dat was nog veel te lang) en het Wirtschaftswunder tot en met het vallen van de Muur van Berlijn in de vorm van een pakkend drama met goede spelprestaties. Het overigens uitstekende scenario van de 75- jarige toneeldramaturg Curth Flatow die de modebranche goed gekend heeft, bevat raak dialoog, maar heeft net iets teveel goede Duitsers en te weinig schoften; de nazitijd is iets te rose voorgesteld (concentratiekampen worden eigenlijk niet vermeld) en verraadt zonder dat het hinderlijk is, iets teveel van zijn toneelachtergrond. Het camerawerk van Hartwig Strobel is goed. Wordt meestal in drie delen uitgezonden, waarbij deel 1 gaat over de periode 1931-33, deel 2 over 1934-44, en deel 3 1944-91. Het laatste deel had minder gehoeven en is nodeloos dramatisch, bij het sentimentele af. Ondanks de lengte - vijf uur - blijft er nogal wat aan de oppervlakte en worden bepaalde figuren te kort belicht, maar de hoofdpersonages komen goed uit de verf. Thomalla komt warm en sympathiek over. De titel slaat op een uitspraak van Max, dat iedereen slechts op doorreis is - helaas wel (misschien). Samel's rol is zeer indrukwekkend en bijna vijf jaar later speelde hij een vergelijkbare rol in de lange tv-film STURMZEIT, waarin hij minder sterk naar voren kwam en de kijker het merkwaardige gevoel gaf niet helemaal te passen.

Das Traumschiff - Urlaubsgeschichten auf See (3)

1982 | Drama

Duitsland 1982. Drama van Fritz Umgelter. Met o.a. Günter König, Sascha Hehn, Heide Keller, Jane Tilden en Werner Hinz.

In de episode DER SCH[KA3]UCHTERNE LIEBHABER maken we kennis met Herr Baumann (Schmidt), die aan het hoofd staat van een postorderbedrijf dat sexy lingerie verkoopt. Hij wil zijn curieuze broodwinning niet prijsgeven aan de dames die hij ontmoet en dat leidt weer tot de nodige verwikkelingen. Het volgende halfuur is getiteld EIN MANN F[KA3]UR MAMA, waarin een moeder (Becker) zich in allerlei bochten wringt om haar dochter (Turban) voor te stellen aan een nieuwe echtgenoot (Baltus). Omdat beide episoden te weinig inhoud hadden werd het uurtje opgevuld met een tweetal running gags: een joggende passagier (Howland) vraagt de bemanning naar de afmetingen van het schip om aan het juiste quotum voor zijn rondjes te komen, en hoe een ouder echtpaar (Hinz en Tilden) van te voren hun zeeziekte tracht te bestrijden met borreltjes. Het scenario is van Curth Flatow (het eerste verhaal), Herbert Reinecker (het tweede verhaal) en Werner Hanns. Het camerawerk is van Gero Erhardt.

Die eigenen vier Wände

1965 | Drama

Duitsland 1965. Drama van Wolfgang Glück. Met o.a. Inge Meysel, René Deltgen, Christoph Quest, Ronald Dehne en Stephan Schwartz.

Een satire over de ongewenste bijverschijnselen van het Wirtschaftswunder. Met een rake rolbezetting worden de turbulente ervaringen verteld van een schrijvers-echtpaar, met Meysel als de echtgenote die vindingrijk haar gezinsleden aanzet tot het bouwen van 'vier eigen muren'. Prestigieuze Duitse tv-film. Het scenario is van Curth Flatow.

Meine Tochter und ich

1963 | Komedie

Duitsland 1963. Komedie van Thomas Engel. Met o.a. Heinz Rühmann, Gertraud Jesserer, Eckart Dux, Agnes Windeck en Gustav Knuth.

Een tandarts verzet zich tegen de huwelijkskeuze van zijn dochter en zal alles in het werk stellen om deze keuze ongedaan te maken. Er is gelukkig een happy-end. Scenario van Curth Flatow. Camerawerk van Erich Claunigk.

Was eine Frau im Frühling träumt

1959 | Romantische komedie

Duitsland 1959. Romantische komedie van Erik Ode en Arthur Maria Rabenalt. Met o.a. Winnie Markus, Rudolf Prack, Chariklia Baxevanos, Claus Biederstaedt en Ivan Desny.

Dweperige, onwerkelijke film over de 'verwaarloosde' vrouw van een hardwerkende ondernemer, die tijdens zijn afwezigheid een hernieuwde romance beleeft met een jeugdliefde. Het volledig achterhaalde scenario is van Curth Flatow en Eckhart Hachfield. De schone kleuren en de bloeiende bomen in het landschap werden gefotografeerd door Karl Löb.

Der Pauker

1958 | Komedie

Duitsland 1958. Komedie van Axel von Ambesser. Met o.a. Heinz Rühmann, Wera Frydtberg, Gert Fröbe, Peter Kraus en Klaus Löwitsch.

Hermann Seidel is een autoritaire leraar op een klein gymnasium. Als hij wordt overgeplaatst naar een grote school in de stad, wordt hij met zijn opvoedingsdenkbeelden zwaar op de proef gesteld.

Der Onkel aus Amerika

1952 | Komedie, Muziek

Duitsland 1952. Komedie van Carl Boese. Met o.a. Georg Thomalla, Hans Moser, Grethe Weiser, Waltraud Haas en Arno Paulsen.

Ondernemer Hermann Hartung (Paulsen) heeft zijn gehele vermogen gestoken in een oliewinningsproject dat door bankdirecteur Brenner (St[KA3]ockel) was aanbevolen. De aandelen blijken waardeloos, Hartung dreigt het faillissement, zijn vrouw Gertrud (Weiser) is met stomheid geslagen en zijn dochter Elisabeth (Haas) kan een huwelijk met een goede partij op haar buik schrijven. Ook de bank dreigt eraan kapot te gaan. Op dat moment komt het bericht in Groditzkirchen dat oom Thomas Theodor Hoffmann (Moser) uit Amerika terugkeert en het gerucht gaat dat hij aan de overkant van de grote plas miljonair geworden is en zijn geld in Groditzkirchen gaat investeren, hetgeen de redding van Brenners handelsbank zou betekenen. Oom Thomas Theodor heeft in Amerika helemaal niet het grote fortuin gemaakt, maar is teruggekeerd naar de heimat met slechts enkele luttele dollars op zak. Niettemin besluit Bodo Schmidt (Thomalla), een bankbediende, oom Thomas Theodor over te halen zich als miljonair uit te geven, waardoor het vertrouwen in de bank wordt teruggewonnen zodat andere beleggers er hun geld inleggen. Dat gaat goed, zelfs zo goed dat Bodo Elisabeth voor zich kan inpalmen, totdat oom Thomas Theodor met de waarheid voor de dag wil komen. Het wordt dan nog eventjes heel spannend voordat de goede afloop zijn beloop kan krijgen. Er zijn mensen, die zich hebben afgevraagd waarom Boese zijn behoorlijk gemaakte en succesvolle film uit 1931 MAN BRAUCHT KEIN GELD zonodig opnieuw moest maken. Hij had gebrek aan een behoorlijk draaiboek en meende met een aanpassing op de 'huidige' tijd, het na-oorlogse Duitsland, dat hij weer een slag kon slaan. Het is helaas niet gelukt, want deze film is beslist minder dan de vorige, waarin de ongeslagen Heinz Rühmann de rol van Bodo met verve speelde. Het zijn vooral de flauwe satire en de misvattingen vol clichés over Amerika die de film de das om doen. De grappen zijn niet leuk en de parodieën zijn nog erger. Vijftig jaar na dato digitaliseerde omroep ZDF de oorspronkelijke prent zodat de vertoning op tv er heel goed uitziet, maar helaas is de inhoud even slecht gebleven. Het scenario is van Curth Flatow en Peter Paulsen naar het toneelklucht Man braucht kein Geld van Ferdinand Altenkirch. Het camerawerk is van Albert Benitz.