Samuel Goldwyn (1879-1974): productie.
Er zijn 11 films gevonden.

Porgy and Bess

1959 | Muziek, Musical

Verenigde Staten 1959. Muziek van Otto Preminger. Met o.a. Sidney Poitier, Dorothy Dandridge, Pearl Bailey, Sammy Davis jr en Brock Peters.

De klassieke zwarte opera van Gershwin statisch gepresenteerd met een camera die niet aan het verhaal deelneemt. Sammy Davis steelt de show als Sportin' Life. Beroemde nummers: 'Summertime', 'It Ain't Necessarily So' en 'I Got Plenty Of Nothing'

Guys and Dolls

1955 | Musical

Verenigde Staten 1955. Musical van Joseph L. Mankiewicz. Met o.a. Frank Sinatra, Marlon Brando, Jean Simmons, Vivian Blaine en Stubby Kaye.

Amerikaans cultureel erfgoed van de bovenste plank, met Frank Sinatra als een failliete New Yorkse crimineel die met gokker Marlon Brando wedt dat hij geen kans maakt bij zendelinge Jean Simmons. Guys and Dolls is net als de oorspronkelijke Broadway-musical een aaneenschakeling van kleurrijke decors en relevante dans- en zangnummers, verbonden door opmerkelijk - voor de jaren vijftig - creatief taalgebruik. Sinatra was niet erg onder de indruk van zijn tegenspeler Brando: hij vond dat die niet kon zingen, en dat hij altijd zo mómpelde. Maar tegenwoordig weten we beter, en de film nu nog afkraken is als zeuren over het gebrek aan een vulpen in een doos kleurpotloden.

Hans Christian Andersen

1952 | Musical, Biografie, Drama

Verenigde Staten 1952. Musical van Charles Vidor. Met o.a. Danny Kaye, Farley Granger, Zizi Jeanmaire, Roland Petit en John Qualen.

Dit is niet zozeer een biopic over Hans Christian Andersen, als wel een sprookje over 's wereld bekendste sprookjesverteller, zo vermeldt de film aan het begin. Broadway-ster Danny Kaye, door producent Samuel Goldwyn naar Hollywood gehaald, schittert in deze kleurrijk vormgegeven musical als de Deense geboren chroniqeur die jonge luisteraars amuseert én de stuipen op het lijf jaagt. De verbaal rappe Kaye zingt fraaie liedjes, waaronder Frank Loessers voor een Oscar genomineerde song 'Thumbelina'. De andere vier nominaties gingen naar onder meer kostuumontwerp en het camerawerk van Harry Stradling sr.

The Bishop's Wife

1947 | Komedie, Drama, Romantiek

Verenigde Staten 1947. Komedie van Henry Koster. Met o.a. Cary Grant, Loretta Young, David Niven, Monty Woolley en James Gleason.

Als een Episcopaalse bisschop God om hulp smeekt bij het bouwen van een kathedraal, verschijnt er plots een engel op zijn stoep. Dudley (Grant) is zijn naam en al snel helpt hij de bisschop met zowel de fondsenwerving als met zijn kwakkelende huwelijk. Maar hoe meer tijd hij met de gracieuze vrouw van de bisschop spendeert, des te meer hij het aardse bestaan begint te bewonderen. Heden ten dage doet deze klassieke kerstkomedie enigszins gezapig aan, maar Grant is geweldig als godsgezant met dubbele agenda.

Wonder Man

1945 | Komedie, Musical, Fantasy

Verenigde Staten 1945. Komedie van H. Bruce Humberstone. Met o.a. Danny Kaye, Virginia Mayo, Vera-Ellen, Donald Woods en S.Z. Sakall.

Na ruim tien jaar volle zalen op Broadway en een glansrijk speelfilmdebuut met Up in Arms in 1944 brak komiek Danny Kaye in 1945 definitief door met een dubbelrol in de komedie Wonder Man. Gedraaid in 'glorieus Technicolor' verschijnt Kaye ten tonele als een hyperactieve nachtclubentertainer en als diens tweelingbroer, een charmant stuntelende boekenwurm, met de stralende Virginia Mayo als zoete verleiding. De tweeling bleek een gouden zet, want de theatrale drukte van toneelspeler Kaye werd met de introductie van een kalme Kaye-variant - de boekenwurm - precies voldoende afgezwakt voor het veel subtielere medium film. Tijdloos kunststuk.

The North Star

1943 | Oorlogsfilm, Drama

Verenigde Staten 1943. Oorlogsfilm van Lewis Milestone. Met o.a. Anne Baxter, Dana Andrews, Walter Huston, Ann Harding en Erich von Stroheim.

In een klein Russisch dorpje denken de bewoners aan de oogst en hun kinderen aan de liefde. Maar plotseling vallen de nazi's binnen. Onmiddellijk wordt er verzet geboden, onder leiding van dorpsdokter Huston. Baxter is een schoolmeisje, en debuterende Granger maakt haar het hof. Onevenwichtige film, die hulde moest brengen aan de uitzichtloze strijd van de Russische bevolking tegen de bezetter. Het vele talent dat in de film werd geïnvesteerd - producenten als Samuel Goldwyn en William Cameron Menzies, regisseur Milestone, scenarioschrijfster Lillian Hellman, cameraman James Wong Howe, componist Aaron Copland, om nog te zwijgen over de cast - maakt het resultaat extra teleurstellend. In 1957 werd de film omgewerkt tot een anti- communistisch pamflet, dat op de Amerikaanse tv werd vertoond als ARMOURED ATTACK. Speelduur hiervan was 82m. Wordt ook vertoond als computer-gekleurde versie.

The Little Foxes

1941 | Drama

Verenigde Staten 1941. Drama van William Wyler. Met o.a. Bette Davis, Herbert Marshall, Teresa Wright, Richard Carlson en Dan Duryea.

Bette Davis' beheersing van het verbeelden van onaangename personages, bereikte in 1941 een hoogtepunt met haar rol als een niets ontziende feeks die anno 1900 in het zuiden van de VS samen met haar broers middels leugens en bedrog probeert haar man te bestelen voor de aankoop van een katoenfabriek. Het komt allemaal wat langzaam op gang, maar de laatste akte beloont de lange zit met een memorabel onthutsende ontknoping. Jaargenoot Citizen Kane trok alle aandacht, maar The Little Foxes is evenzeer een tijdloze klassieker.

Ball of Fire

1941 | Komedie, Drama

Verenigde Staten 1941. Komedie van Howard Hawks. Met o.a. Gary Cooper, Barbara Stanwyck, Oskar Homolka, Dana Andrews en Dan Duryea.

Burlesque danseres trekt in bij acht preutse professoren (met Cooper aan het hoofd) om hen ter zijde te staan de 'slang'-taal te expliqueren voor hun nieuwe encyclopedie. Heerlijke bewerking van het Sneeuwitje en de-zeven-dwergen-gegeven door scenarioschrijvers Billy Wilder en Charles Brackett. Opnieuw gemaakt als: A SONG IS BORN.

Wuthering Heights

1939 | Drama, Romantiek

Verenigde Staten 1939. Drama van William Wyler. Met o.a. Laurence Olivier, Merle Oberon, David Niven, Flora Robson en Donald Crisp.

Eerste en volgens velen beste filmbewerking van Emily Bronte's literaire klassieker vertelt met grote visuele gratie de tragische liefdesgeschiedenis van Heathcliff en Cathy. Ze groeien samen op en raken verliefd. Maar Cathy trouwt met een ander. De in Duitsland geboren Amerikaan Wyler, een notoir 'moeilijke' regisseur, bracht zijn hoofdrolspelers tot grote hoogten: de film vormde de springplank voor de Hollywoodcarrière van de Engelse Olivier. Van de acht Oscarnominaties werd alleen die voor het zwart-wit werk van cameraman Gregg Toland verzilverd.

The Bowery Boys

1937 | Komedie, Drama, Familiefilm

Verenigde Staten 1937. Komedie van

Het Broadwaystuk [KL]Dead End[KLE] van Sidney Kingsley was een superieur maatschappijkritisch drama over huurkazerenes in de achterbuurten van grote steden. Toen producent Samuel Goldwyn het onder regie van William Wyler in 1937 met een scenario van niemand minder dan Lillian Hellman liet verfilmen, liet hij dezelfde jonge toneelspelers uit het stuk meedoen: Billy Halop, Bobby Jordan, Gabriel Dell, Huntz Hall, Leo Gorcey en Bernard Punsley. Hoewel Kingsley nooit het vandalisme had willen verheerlijken, maakten de jonge acteurs grote indruk op het publiek, net zoals de antihelden uit het gangstermilieu enkele jaren ervoor. Weldra waren de `Dead End Kids` echte filmsterren! Warner Bros. liet ze in een zestal films spelen met o.a. James Cagney (ANGELS WITH DIRTY FACES), Humphrey Bogart (CRIME SCHOOL) en John Garfield (THEY MADE ME A CRIMINAL). Deze films volgde de benadering van [KLE]Dead End[KLE], waarbij de jeugdige delinquenten de slachtoffers van de maatschappij waren, hoewel dit vaak onoprecht was vanwege hun kwajongensstreken. Een paar van de bende kwamen ook aan de bak bij Universal, in een B- film getiteld LITTLE TOUGH GUY, die het begin werd van `Dead End Kids/Little Tough Guys`-films, met de oorspronkelijke en een nieuwe cast. Dat werd een bonte en ongelijkmatige verzameling (CALL A MESSENGER, YOU`RE NOT SO TOUGH, HIT THE ROAD, MOB TOWN), met actie, melodrama en jeugdkomedie op willekeurige wijze samengevoegd. De scherpte van [KLE]Dead End[KLE] ontbrak. Universal liet de bende zelfs figureren in twee serials voor de zaterdagmatinee: JUNIOR G-MEN en JUNIOR G-MEN OF THE AIR. Maar in 1940 bracht producent Sam Katzman voor Monogram Pictures een low- budget serie uit, getiteld `The East Side Kids` met Leo Gorcey en Bobby Jordan in de hoofdrollen, later aangevuld door Huntz Hall en Gabriel Dell, die ook in [KLE]Dead End[KLE] hadden meegespeeld. Bij deze films met titels zoals BOYS OF THE CITY, PRIDE OF THE BOWERY, LET`S GET TOUGH en MR. WISE GUY lag de nadruk even sterk op (B-film) drama als op komedie. Gokkers, boksers en nazi`s waren altijd prominent aanwezig. Door deze films raakte de cast goed op dreef en hun kameraadschap maakte ze blijvend populair. In 1946 gaf Leo Gorcey de films een facelift door de offici[KA3]ele hoofdrol van Slip Mahoney op zich te nemen met Huntz Hall als zijn boezemvriend Sach Jones; de serie werd nu omgedoopt tot `The Bowery Boys`. Een aantal volgende jaren lonkten deze films (in de regie van ervaren B-filmers als William Beaudine) naar het drama, zoals in HARD BOILED MAHONEY, IN FAST COMPANY en JINX MONEY, maar uiteindelijk werd besloten om er onvervalste, gedurfde jeugdkomedies van te maken. Uit die tijd stammen titels zoals HOLD THAT BABY, GHOST CHASERS, JALOPY, LOOSE IN LONDON, PRIVATE EYES, PARIS PLAYBOYS en THE BOWERY BOYS MEET THE MONSTERS. Het publiek was er dol op en de `Bowery Boys` werden probleemloos de jaren 1950-60 binnengeloodst door in het vak vergrijsde schrijvers en regisseurs van gooi-en-smijtfilms, die voor de op leeftijd gekomen delinquenten van alles en nog wat uit de kast haalden. Bernard Gorcey, de vader van Leo, speelde Louie Dumbrowski, de eigenaar van de ijssalon waar de bende zich altijd ophield. Toen hij in 1956 stierf, verliet Leo Gorcey de serie, waarna Stanley Clements hem verving in zeven, minder glansrijke komedies (HOT SHOTS, HOLD THAT HYPNOTIST, UP IN SMOKE), totdat de serie in 1958 stopte. De beste films spreken ook vandaag de dag de jeugd aan en de succesvollere `afleveringen` worden eindeloos op de tv herhaald.%WR%LS%WR%VTTHE BOWERY BOYS The Dead End Kids%VO(7)%WR%WRDead End (1937)%WRCrime School (1938)%WRAngels with Dirty Faces (1938)%WRThey Made Me a Criminal (1939)%WRHell`s Kitchen (1939)%WRAngels Wash Their Faces (1939)%WROn Dress Parade (1939) %VTThe Dead End Kids And Little Tough Guys%VO(9)%WR%WRLittle Tough Guy (1938)%WRCall a Messenger (1939)%WRYour`re Not So Tough (1940)%WRGive Us Wings (1940)%WRHit the Road (1941)%WRMob Town (1941)%WRTough as They Come (1942)%WRMug Town (1943)%WRKeep `Em Slugging (1943)%WR %VTEast Side Kids%VO(22)%WR%WREast Side Kids (1940)%WRBoys of the City (1940)%WRThat Gang of Mine (1940)%WRPride of the Bowery (1941)%WR Flying Wild (1941)%WRBowery Blitzkrieg (1941)%WRSpooks Run Wild (1941)%WRMr. Wise Guy (1942)%WRLet`s Get Tough! (1942)%WRSmart Alecks (1942)%WR`Neath Brooklyn Bridge (1942)%WRccKid Dynamite (1943) Clancy Street Boys (1943)%WRGhosts on the Loose (1943)%WRMr. Muggs Steps Out (1943)%WRMillion Dollar Kid (1944)%WRFollow the Leader (1944)%WRBlock Busters (1944)%WRBowery Champs (1944)%WRDocks of New York (1945)%WRMr. Muggs Rides Again (1945)%WRCome Out Fighting (1945)%WR%VTBowery Boys%VO%WR%WR(48)%WRLive Wires (1946)%WRIn Fast Company (1946)%WRBowery Bombshell (1946)%WRSpook Busters (1946)%WRMr. Hex (1946)%WRHard Boiled Mahoney (1947)%WRNews Hounds (1947)%WRBowery Buckaroos (1947)%WRAngel`s Alley (1948)%WRJinx Money (1948) Smugglers` Cove (1948)%WRTrouble Makers (1948)%WRFighting Fools (1949)%WRHold That Baby! (1949)%WRAngels in Disguise (1949)%WRMaster Minds (1949)%WRBlonde Dynamite (1950)%WRLucky Losers (1950)%WRTrible Trouble (1950)%WRBlues Busters (1950)%WRBowery Battalion (1951)%WR Ghost Chasers (1951)%WRLet`s Go Navy (1951)%WRCrazy Over Horses (1951)%WRHold That Line (1952)%WRHere Come the Marines (1952)%WR Feudin` Fools (1952)%WRNo Holds Barred (1952)%WRJalopy 1953)%WRLoose in London (1953)%WRClipped Wings (1953)%WRPrivate Eyes (1953)%WRParis Playboys (1954)%WRThe Bowery Boys Meet the Monsters (1954)%WRJungle Gents (1954)%WRBowery to Bagdad (1955)%WRHigh Society (1955)%WRSpy Chasers (1955)%WRJail Busters (1955)%WRDig That Uranium (1956) Crashing Las Vegas (1956)%WRFighting Trouble (1956)%WRHot Shots (1956)%WRHold That Hypnotist (1957)%WRSpook Chasers (1957)%WRLooking for Danger (1957)%WRUn in Smoke (1957)%WRIn the Money (1958)%WR%LS%WR.

Bulldog Drummond

1929 | Misdaad, Mysterie, Avonturenfilm, Familiefilm

Verenigde Staten 1929. Misdaad van

Het personage Capt. Hugh `Bulldog` Drummond, een voormalige Britse legerofficier op zoek naar avontuur, werd in 1919 bedacht door `Sapper` (Herman Cyril McNeile). De bewerking van zijn schepping was in handen van Sidney Howard en Wallace Smith. Toen het filmpotentieel van dit personage werd erkend, stond Drummond onder andere in 1922 in een zwijgende film (met bovenstaande titel). BULLDOG DRUMMOND die in 1929 met de zwierige Ronald Colman in de hoofdrol en Claud Allister als zijn vaste partner Algy Longworth in de bioscopen kwam, maakte hem bekend bij het grote publiek (eerst in Amerika). Het camerawerk voor die film was van Gregg Toland en George S. Barnes. De producent was niemand minder dan de legendarische Samuel Goldwyn, de man die filmsterren `maakte`. Colman speelde ook de hoofrol in de kostelijke vervolgfilm BULLDOG DRUMMOND STRIKES BACK. In latere sequels kon niemand de charme van Colman of de gevatheid van deze eerste twee scenario`s evenaren, hoewel de Britse parodie BULLDOG JACK op zijn eigen komische manier een voltreffer was en ook andere Britten, zoals Jack Buchanan en Ralph Richardson het in de rol van Drummond probeerden. De belangrijkste serie werd rond 1940 gemaakt door Paramount met John Howard als Drummond, John Barrymore als Inspecteur Neilson van Scotland Yard, Reginald Denny als Algy, E.E. Clive als de butler Tenny en tal van meisjes op wie Howard verliefd kon worden. Dit waren korte, onderhoudende detectivefilms van ongeveer een uur met formidabele schurken als J. Carroll Naish, Anthony Quinn, George Zucco en Eduardo Ciannelli. Rond 1950 deden Ron Randall en Tom Conway elk twee Drummond-films, die niet slecht waren, maar het publiek toch niet (meer) aanspraken. De laatste film, getiteld CALLING BULLDOG DRUMMOND, uit 1951 met Walter Pidgeon in de hoofdrol en David Tomlinson als Algy was een plezierig en handig gemaakt produkt. Helaas was niemand in staat om de serie daarna voort te zetten. Twee pogingen hiertoe met Richard Johnson als Drummond werden een flop: DEADLIER THAN THE MALE en SOME GIRLS DO. Er duiken nog steeds oudere films op, die weinig opmerkelijk maar toch onderhoudend zijn, waarin andere acteurs, zoals John Lodge en Ray Milland hun bijdrage leveren aan het personage `Bulldog Drummond`.%WR%LS%WR%VTBULLDOG DRUMMOND%VO%WR%WRBulldog Drummond (1929)%WRThe return of Bulldog Drummond (1934)%WRBulldog Jack (1934)%WRBulldog Drummond Escapes (1937)%WRBulldog Drummond at Bay (1937)%WRBulldog Drummond Comes Back (1937)%WRBulldog Drummond`s Revenge (1937)%WRBulldog Drummond`s Peril (1938)%WRBulldog Drummond in Africa (1938)%WRBulldog Drummond`s Secret Police (1939)%WRBulldog Drummond`s Bride (1939)%WRArrest Bulldog Drummond (1939)%WRBulldog Drummond atBay (1947)%WRBulldog Drummond Strikes Back (1947)%WRThe Challenge (1948)%WR13 Lead Soldiers (1948)%WRCalling Bulldog Drummond (1951)%WRDeadlier Than the Male (1967)%WRSome Girls Do (1969)%WR%LS%WR.