Luc Morineau: cast.
Er zijn 3 films gevonden.

L'instit : L'angélus du corbeau

1995 | Drama, Familiefilm

Zwitserland​/​​Frankrijk 1995. Drama van Laurent Heynemann. Met o.a. Gérard Klein, Laura Favali, Raoul Billerey, Marc Betton en François Levantal.

Als invallende onderwijzer Victor Novak (Klein) in het dorpje Larsac in de C[KA1]evennes aankomt, zijn de bewoners bezig met de voorbereidingen voor het vijftigste bevrijdingsfeest (8 mei 1945). De herdenking staat in het teken van de vergeving. Duitsland maakt een groots gebaar: de schenking van een nieuwe angelus, de klok die driemaal daags oproept voor het gebed, die indertijd door de SS werd vernietigd. Frankrijk was in die oorlog verdeeld in een `vrij` deel dat collaboreerde met de nazi- bezetter en een deel dat onder militair gezag zuchtte. Er is toen veel onrecht geschied. In het dorp werd tijdens de bevrijding op genadeloze wijze afgerekend met iedereen die van medewerking met de vijand werd verdacht. Daarbij zijn grove, onherstelbare fouten gemaakt. Een schrijver van anonieme brieven (in Frankrijk is dat de beruchte 'corbeau') wil dit aan de grote klok hangen, waardoor opnieuw de gemoederen hoog zullen oplaaien en er twist en tweedracht komt. Voor Novak is dit een goede gelegenheid om de kinderen in te lichten over het verleden. Deze aflevering is een buitengewoon sterk buitenbeentje in de nogal zwakke reeks. Goed opgebouwd, gedegen vertolkt en een realistische benadering van de pijnlijke problemen van collaboratie en de daaropvolgende zuivering waarvan vijftig jaar later de gevolgen nog steeds voelbaar zijn. Het scenario is van Alain Scoff en Didier Cohen. Het camerawerk is van Dominique Brabant.

Daisy et Mona

1994 | Drama

Frankrijk 1994. Drama van Claude D'Anna. Met o.a. Marina Golovine, Dyna Gauzy, Lilah Dadi, Philippe Seurin en Jacques Le Carpentier.

Daisy (Golovine) is een jonge vrouw van twintig. Ze is opstandig, onverschillig en chaotisch; ze leeft in de marge en had een ongelukkige jeugd, waarin ze seksueel misbruikt werd. Toen ze net veertien was kreeg ze een baby, Mona (Gauzy), die door haar vader is grootgebracht. Hij heeft een verkeersongeval veroorzaakt, waardoor hij voor enkele maanden de bajes indraait. Zo krijgt Daisy ineens de verantwoordelijkheid over een meisje van zeven dat eigenlijk een vreemde voor haar is. Hun kennismaking verloopt bepaald niet van een leien dakje. Ze raken echter verwikkeld bij een toevallige moord en moeten hem smeren. Onderweg loert voortdurend gevaar, maar langzaam maar zeker leren moeder en kind elkaar kennen. Een Franse road-movie rond twee personages die elk op zoek zijn naar hun identiteit en hunkeren naar liefde. Soms te filosofisch (waardoor het nogal op een hoop gelul gaat lijken) en dan weer behoorlijk sentimenteel. De kleine meid is best levenswijs, schattig, eigenzinnig en speelt heel goed, maar de onevenwichtigheid van de moeder komt niet al te sterk over en lijkt daardoor nogal ongeloofwaardig ondanks het feit dat Golovine heel erg haar best doet. D'Anna schreef zijn eigen scenario. De fotografie is van Denys Clerval. Technisch is het allemaal best in orde. Ging in november 1994 in première op het filmfestival van Sarasota in Florida, dat door de Fransen als springplank naar het grote Amerikaanse publiek wordt gebruikt en werd door de critici welwillend ontvangen.

La rose noire

1992 | Drama

Frankrijk 1992. Drama van Jean Sagols. Met o.a. Elisa Servier, Gérard Klein, Alain Doutey, Rémy Roubakha en Gérard Lebrun.

Lily Lagarde (Servier) heeft zich diep in de schulden gestoken om de zwarte roos, geteeld door haar inmiddels overleden vader, te perfectioneren. Nu wordt ze belaagd door schuldeisers en door haar notaris die haar ertoe wil aanzetten de roos te verkopen. Paul (Doutey), een bankier van twijfelachtig allooi, tracht haar ook te overtuigen om het kleinood van de hand te doen. Dan maakt Lily kennis met Arthur (Klein), een geniale computertechnicus. Zwak melodrama met veel dialogen en weinig actie. De geforceerde verhaaltrant roept slechts een emotie op: verveling. Het amper gestructureerde scenario werd geschreven door Jean-Bernard Pouy, Christian Biegalski, Claire Alexandrakis en Jean-Jacques Gaffie, gebaseerd op een verhaal van Jean-Michel Nakache. Achter de camera nam Yves Dahan plaats.