Aan de Olympische Spelen in Rio neemt ook een team met vluchtelingen deel, onder wie zwemster Yusra Mardini uit Syrië. Het IOC noemt het een ‘symbool van hoop’.

Rio live
het NOS-verslag van de Olympische Spelen (5-21 augustus) start zondag 5 augstus om 00.25 uur op NPO 1.

Samenwerking tussen de Verenigde Naties en het Internationaal Olympisch Comité heeft niet alleen geleid tot sportprojecten in vluchtelingenkampen, maar ook tot een aparte olympische ploeg voor vluchtelingen, die als Refugee Olympic Team mag uitkomen op de Spelen in Rio. De VN-vluchtelingenorganisatie unhcr selecteerde 43 potentiële deelnemers, van wie er tien wisten te voldoen aan de internationale limieten voor deelname aan de Spelen. ‘Dit is een symbool van hoop voor alle vluchtelingen,’ wist IOC-voorzitter Thomas Bach, ‘en zal de internationale gemeenschap bewust maken van de enorme omvang van het probleem.’

Dat zal vooral moeten gebeuren tijdens de openingsceremonie, wanneer het tienkoppige Refugee Olympic Team voor het oog van de wereld, nog voor het team van gastland Brazilië, het stadion binnenmarcheert, achter de olympische vlag en onder de klanken van de olympische hymne, en verslaggevers aller landen moeten uitleggen dat deze tien geen land vertegenwoordigen maar de ongeveer zestig miljoen vluchtelingen op aarde.

Afkomstig uit Zuid-Soedan, Syrië, Congo en Ethiopië raakten de leden van het vluchtelingenteam in Kenia, Brazilië, Duitsland, Luxemburg en België verzeild. In Rio verblijven ze gewoon in het olympisch dorp. Ze kregen olympische tenues, vijf coaches en vijf officials toebedeeld. De Keniaanse marathonloopster Tegla Loroupe fungeert als chef de mission. ‘De UNHCR staat pal voor hen en alle vluchtelingen,’ zei Filippo Grandi, de Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen. Ook het IOC is hooggestemd over dit initiatief. Thomas Bach: ‘Vluchtelingen zijn medemensen die als een verrijking voor onze maatschappij kunnen worden gezien. Deze tien sporters zullen de wereld hun wilskracht en spirit tonen ondanks de onvoorstelbare tragedie die zij hebben doorgemaakt.’

het olympisch vluchtelingen team (1)

Rami Anis (25) – zwemmer, 100 meter vlinderslag. Uit Aleppo, Syrië. Trok in bij zijn broer in Istanbul. Zwom bij Galatasaray, maar mocht als statenloze niet aan wedstrijden meedoen. Bereikte Samos en eindigde in Gent, waar hij traint bij oud-topzwemster Carine Verbauwen. ‘Het zwembad is mijn thuis.’

Yolande Mabika (28) – judoka, tot 70 kg. Uit Kinshasa, Congo. Door oorlog gescheiden van haar ouders. Jarenlang mishandeld door haar coach, ontsnapte ze tijdens een toernooi in Brazilië. ‘Ik ga een medaille winnen. Deze gelegenheid kan mijn leven veranderen.’

Paulo Amotun Lokoro (24) – atleet, 1500 meter. Was veehoeder in Zuid-Soedan. Vluchtte voor oorlogsgeweld naar Kenia. Traint bij Nairobi onder Tegla Loroupe. ‘Ik had niet eens trainingsschoenen. Als ik goed presteer, kan ik mijn familie en mijn landgenoten helpen.’

goede zwemmers

Een van de tien is Yusra Mardini (18), en haar vluchtverhaal getuigt zonder meer van wilskracht en geestdrift. Nadat tijdens de Syrische burgeroorlog hun ouderlijk huis in Damascus volledig was verwoest, vluchtten Yusra en haar zus Sarah in augustus 2015 met dertig anderen via Libanon naar Izmir in Turkije, waar ze een mensensmokkelaar betaalden voor de overtocht naar Griekenland. Toen in de Egeïsche Zee de motor van de rubberboot waarin ze met achttien personen zaten uitviel, en de boot water maakte, gingen Yusra, haar zus en nog een derde jonge vrouw – de meesten konden niet zwemmen – te water. Ze duwden en sleepten de boot vier uur lang, tot de kust van Lesbos werd bereikt.

In Syrië zwom Yusra al vanaf haar derde, met haar vader als coach. ‘Het zou een schande zijn geweest als we waren verdronken,’ aldus Yusra, ‘want we zijn goede zwemmers. Maar sindsdien haat ik open water.’ In Griekenland reisde ze met haar zus te voet en per trein door Macedonië, Servië en Hongarije, waar ze door de politie werden opgepakt en opgesloten. Na te zijn ontsnapt bereikten ze Oostenrijk en vandaar Duitsland (‘We wisten dat Duitsland goede zwemmers heeft’).

het olympisch vluchtelingen team (2)

Yiech Pur Biel (21) – atleet, 800 meter. Ontvluchtte Zuid-Soedan in 2005 en speelde aanvankelijk voetbal in een vluchtelingenkamp in Kenia. ‘Ik kan mijn medevluchtelingen laten zien dat zij een kans hebben. Door onderwijs, maar ook door hard te lopen, kun je de wereld veranderen.’

Rose Nathike Lokonyen (23) – atleet, 800 meter. Ook uit Zuid-Soedan. Liep vorig jaar pas haar eerste wedstrijd, over tien kilometer, en traint nu nabij Nairobi, aanvankelijk zonder loopschoenen en zonder coach. ‘Ik kan hardlopen nu zien als sport en zelfs als een loopbaan.’

Popole Misenga (24) – judoka, tot 90 kg. Ontvluchtte als kind Kisingani, Congo, en leerde judoën in een vluchtelingenkamp in Kinshasa. Vroeg net als Makiba tijdens een toernooi in Brazilië asiel aan. ‘Ik ga een medaille winnen en die opdragen aan alle vluchtelingen.’

piloot worden

Yusra en Sarah wonen nu in Berlijn, waar ze zijn herenigd met hun ouders, die ook uit Syrië zijn gevlucht. In het opvangkamp was een van hun eerste vragen die naar een zwemclub. Dat werd de Wasserfreunde Spandau 04, waar coach Sven Spannekrebs meteen Yusra’s talent opmerkte en aanvankelijk de Spelen van 2020 in Tokio in gedachten had. ‘Het belangrijkste nu is zwemmen. Zwemmen, school en Duits leren,’ zei de coach afgelopen maart toen bekend werd dat er een vluchtelingenteam voor Rio werd geformeerd. ‘In vijf maanden tijd is ze harder vooruitgegaan dan ik had verwacht.’

Keer op keer verbeterde Yusra haar persoonlijk record op de 200 meter vrije slag, de afstand waarop ze in Rio uitkomt. Eigenlijk vindt ze de vlinderslag leuker en eigenlijk wil ze piloot worden, maar voorlopig telt maar één ding: goed voor de dag komen in Rio. ‘Ik wil dat vluchtelingen trots op me zijn en ik wil ze moed geven. Ik wil alle vluchtelingen inspireren om iets goeds te doen met hun leven.’

Hou Yusra Mardini en haar teamgenoten in de gaten, daar in Rio, en vergeet tijdens de openingsceremonie niet dat veel olympische teams landen vertegenwoordigen waar vluchtelingen beslist niet welkom zijn.

het olympisch vluchtelingen team (3)

Yonas Kinde (36) – atleet, marathon. Ontvluchtte Ethiopië, omdat het voor hem te gevaarlijk werd. Woont in Luxemburg en werkt als taxichauffeur. ‘Natuurlijk hebben we problemen, maar je kunt van alles doen in het vluchtelingenkamp. Ik krijg steeds meer power.’

Anjelina Nadai Lohalith (21) – atleet, 1500 meter. Uit Zuid-Soedan. Raakte als zesjarige gescheiden van haar ouders die ze niet meer heeft teruggezien. Viel in het vluchtelingenkamp op als hardloopster. ‘Het eerste wat ik doe als ik win is een beter huis laten bouwen voor mijn vader.’

James Nyang Chiengjiek (28) – atleet, 800 meter. Vluchtte uit Zuid-Soedan uit angst als kindsoldaat te moeten vechten en ging hardlopen in Kenia. ‘We kregen veel blessures omdat we op slechte schoenen liepen.’ Door in Rio aan te treden denkt hij andere vluchtelingen te kunnen inspireren.