Voor wie hoopte dat door corona de CO2-uitstoot zou verminderen, was er afgelopen week geen goed nieuws. Het kabinet lijkt de klimaatdoelstellingen dit jaar niet te halen. Hoe houden we hoop, als het om klimaatoplossingen gaat?

VPRO Tegenlicht houdt zich vanaf het begin van het programma – en dat is alweer 18 jaar geleden – bezig met energie, klimaat en innovatieve oplossingen. Op heel veel verschillende manieren. De waterstofrevolutie, afval als voedsel en de worsteling van ‘Groenmensen’, mensen die duurzaam willen leven, maar in het dagelijks leven tegen allerlei praktische problemen aanlopen: het kwam allemaal al eens voorbij.

Inmiddels zijn we op het punt aanbeland dat er een ambitieus Klimaatakkoord op tafel ligt. Bedrijven, woningbouworganisaties, gemeenten en de Rijksoverheid besloten om in 2050 de CO2-uitstoot met 95 procent te beperken. Maar als er een ding duidelijk is geworden de afgelopen tijd, dan is het dat de energietransitie niet makkelijk van de grond komt. Nederland moet van zijn aardgasverslaving af en eenvoudig is dat niet. Sterker: door de hele discussie rond biomassa – toch niet zo’n duurzame brandstof als lange tijd werd gedacht – is aardgas weer helemaal terug in het debat.

Nederland moet af van zijn aardgasverslaving

Zelfs Urgenda, bekend van de gewonnen klimaatzaak tegen de Nederlandse overheid, ziet de fossiele brandstof als een betere optie dan biomassa. ‘Als ik het cru zeg, kun je beter aardgas gebruiken en bomen planten, dan biomassa gebruiken en bomen planten’, zei directeur Marjan Minnesma in juni in het NPO Radio 1-programma Dit is de Dag. De Sociaal-Economische Raad adviseerde eerder al om subsidies voor houtige biomassa, dat nu nog veel wordt gebruikt voor het opwekken van elektriciteit en warmte, af te schaffen. Het kabinet ziet inmiddels ook in dat biomassa een heilloze weg is.

Hoe houden we toch uitzicht op een beter klimaatbeleid met oplossingen die ons verder helpen, zeker nu we in een verwarrende en onzekere periode terecht zijn gekomen. Tijd voor een gezonde dosis optimisme dus. En toch ook de nodige realiteitszin. Want bij optimisme hoort ook dat we met z’n allen blijvend met de neus op de feiten worden gedrukt. Hoewel corona het nieuws beheerst, hebben we op klimaatgebied geen tijd te verliezen.

De noodzaak van een duurzame economie

De urgentie om door te pakken op klimaatgebied zat midden in het dieptepunt van de pandemie, in de uitzending ‘Duurzaam: nu of nooit’. Met een hoofdrol voor de eerder genoemde Marjan Minnesma. Terwijl zieke IC-patiënten die aan slangen en beademingsapparaten liggen een heel concreet en pijnlijk beeld opleveren, is dat voor klimaatverandering een heel stuk minder. We zien niet dagelijks mensen sterven aan de opwarming van de aarde. En als we de gevolgen al zien, staat het niet op ons netvlies.

Minnesma vraagt zich hardop  af waarom we wel heel veel geld uitgeven om de economische crisis te bestrijden terwijl we hetzelfde bedrag niet over hebben voor een duurzame economie? Hoe maken we klimaatverandering tastbaar? En vooral: hoe blijven we optimistisch en alert? In ‘Duurzaam: nu of nooit’ zegt Minnesma te blijven geloven in een happy end. Ik weet dat het goed gaat komen, zegt ze, waarbij ze een gedicht van de Tsjechische vrijheidsstrijder Václav Havel aanhaalt: ‘Hoop is een kwaliteit van de ziel.’ Kortom, een aflevering met een mooie zoektocht naar lichtpuntjes aan de horizon.

Aan de slag met waterstof

De energietransitie kan pas echt slagen als we massaal gebruik gaan maken van waterstof. Waterstof is een uiterst schone brandstof: als je het verbrandt, houd je enkel energie en puur water over. En het is een breed toepasbaar opslagmiddel voor alle soorten energie. Wind en zonne-energie laten zich heel wat minder goed opslaan.

De energietransitie slaagt pas echt met waterstof

Al in 2004 maakte Tegenlicht een uitzending over de waterstofrevolutie, maar in de tussenliggende tijd bleef die uit. Volgens regisseur Rob van Hattum omdat Nederland de stap naar waterstof niet echt durft (of wil) zetten. Hij maakte ruim baan voor een Deltaplan waterstof én daarmee voor mensen die ook echt willen doorzetten. Zoals ambitieuze Groningers die een aardgasvrije toekomst voor zich zien en Ad van Wijk, hoogleraar Duurzame Energiesystemen dat de hele infrastructuur voor waterstof allang in onze bodem zit.

Groenten kweken in flats

Een andere pijler onder duurzaamheid is een alternatieve manier van boeren: op weg naar een klimaatvriendelijke kleinschaliger landbouw en een lokalere voedselvoorziening. Waarom verbouwen we onze groenten niet gewoon in grote voedselflats die rond of in de stad zelf staan? Dan hoeven we ook niet zo te slepen met onze gewassen via ingewikkelde logistiek en transport met alle schadelijke klimaateffecten van dien.

Waarom verbouwen we ons voedsel niet in grote voedselflats?

Hoe kunnen we onze sla, wortelen en bieten zo efficiënt en klimaatvriendelijk mogelijk verbouwen en daarmee 7 miljard wereldbewoners voeden? Je ziet het in ‘Boer zoekt Voedselflat’, waar vertical farmers langs indrukwekkende stellages met automatische warmte-en kouderegelaars voedsel op maat en smaak maken. Je slaat er twee vliegen in één klap mee. Lelijke kantoorgebouwen die leeg staan, kun je zo een nieuwe bestemming geven en tegelijkertijd de stadsbewoners van eten voorzien. In Amerika wordt er volop mee gepionierd.

En wil je nog meer weten over wat we dan allemaal eten over tien, twintig, vijftig jaar? Kijk dan vooral ook naar onze uitzending ‘Future Food’, waar voedselinnovators aan een grote ronde tafel je meenemen naar het menu van de toekomst.

Alles lijkt wel van plastic

En heb je, tot slot, behoefte aan wat luchtigheid op menselijk niveau? Kijk dan vooral naar ‘Worsteling van de Groenmens’. Deze documentaire gaat over mensen die zo milieubewust mogelijk willen leven, maar in de praktijk van het dagelijks leven tegen belemmeringen aanlopen. Ga maar na: alles lijkt wel gemaakt van plastic tot en met de zakjes in de supermarkt en de bakjes bij de Indonesische toko aan toe. 

Hoe werk je mee aan een duurzame toekomst zonder al te veel comfort in te leveren? En kun je als individu überhaupt wel zoden aan de dijk zetten? Het is voor veel mensen herkenbaar. Illustratief is de zakenman die meedoet aan een workshop voor ‘eco-dilemma’s’. Hij vliegt voor zijn werk dertig à veertig keer per jaar naar plekken als Bali waar hij onder meer met collega’s spreekt over duurzaamheid. Een prachtige (en toch ook wel gênante) tegenstelling, terwijl de sneeuw achter hem langzaam neerdwarrelt.