De Wurlitzer

Iddo Havinga en Sakti Khedoe ,

Een klein, zwart pianootje op dunne, metalen poten: niet de Fender Rhodes, maar de Wurlitzer!

Een klein, zwart pianootje op dunne, metalen poten. Als je wel eens te vinden bent bij een jazz-, funk of soulconcert dan weet je gelijk dat we het dan hebben over een Fender Rhodes… Maar niet altijd! Soms gaat het om z’n minder bekende, kleinere broertje, de in de jaren vijftig ontwikkelde Wurlitzer.

Pianist Koen Schalkwijk hoorde het geluid van de Wurlitzer Electric Piano in een stoffige kelder en was meteen verliefd op de klank van de 'Wurly'. Hij vergat zijn New Yorkse sight-seeing trip voor die dag en spendeerde aaneengesloten vijf uur achter dit pianootje, in z’n pyama.

Hoewel sommige artiesten bewust gebruik maken van de tonale eigenschappen van de Wurlitzer, wordt de voorkeur vaker gegeven aan het meer allround geluid van de Rhodes, zeker in de jazz. Toch zijn er jazzmuzikanten die zweren bij het geluid van het instrument, zoals John Medeski en dus ook Koen Schalkwijk. In 1956 gebruikte de kosmische jazzlegende Sun Ra de Wurly voor het eerst voor een studioalbum. 

Vrije Geluiden Wurlitzer-selectie op Spotify

De Wurlitzer Electric Piano heeft 64 toetsen, zeg maar het midden van een 88-toetsen-vleugel, zonder de lage en hoge octaven. De Rhodes en de Wurlitzer zijn elektromechanische instrumenten. De klankopwekking is mechanisch, de versterking verloopt elektronisch. Net als bij een gewone piano laat het indrukken van een toets een hamertje bewegen, maar in plaats van een snaar raakt dat hamertje een dun, metalen tongetje. Al die plaatjes liggen dan weer in gleufjes in een metalen plaat, die het geluid elektrostatisch oppikt en naar een voorversterker stuurt. Bij een Rhodes raakt het hamertje een soort stemwork en dat geeft het klankverschil: vergeleken met de Rhodes is het geluid van de Wurlitzer iets vinniger, minder warm en met een kortere naklank.

De Wurlitzer Electric Piano is ontwikkeld in de jaren zestig door de Rudolph Wurlitzer Company. De Wurlitzerpiano werd geproduceerd tussen 1954 en 1985. De oorsprong ervan is terug te voeren op uitvinder Benjamin Miessner, die het elektrostatische versterkermechanisme gebruikte in een conventionele piano. Wurlitzer verving de snaren door de genoemde metalen tongetjes en bracht het elektromechanische model op de markt. Het instrument kende een aantal variaties, waarvan de ‘200A’ het meest populair is.

De Wurly werd in de jaren zestig en zeventig veel gebruikt op muziekscholen. Zo konden meerdere studenten tegelijk piano leren spelen, je kon immers een koptelefoon aansluiten. Er is zelfs een versie, de 106P, die speciaal voor studenten is ontwikkeld.

De naam Wurlitzer is niet alleen verbonden aan hun elektromechanische piano. Oprichter Franz Rudolph Wurlitzer (1831-1914) ontwikkelde als instrumentenbouwer al eerder onder andere zelfspelende piano’s waar je een muntje in kon gooien en grote orgels voor het begeleiden van stomme films. In de jaren vijftig werd het bedrijf vooral bekend met hun iconische jukebox.

Vandaag de dag is het bedrijf onderdeel van gitaarbouwer Gibson. Piano’s maken ze niet meer, maar wel onder andere een ‘variatie’  op hun jukebox: kijk de volgende keer als je op een treinstation bent maar eens naar de verkoopautomaten: grote kans dat het Wurlitzerlogo onderaan de machine prijkt.