Syrië laat Israël voorlopig links liggen

  • Abdou Bouzerda

De Syrische regering maakte deze week helder dat een normalisatie met Israël ‘prematuur’ is. De afwijzing kwam via een anonieme bron op de staatstelevisie, nadat de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Gideon Sa’ar in een persconferentie zinspeelde op een vredesakkoord met Damascus.

Formeel kunnen er pas nieuwe betrekkingen komen als Tel Aviv zich terugtrekt uit Syrisch grondgebied, conform ook eerder gemaakte afspraken in de jaren zeventig.

Maar achter dat kille ‘nu even niet’ gaat ook een veelzeggende stilte schuil. Want met deze boodschap van zowel Sa’ar als de anonieme bronnen, kunnen we tussen de regels lezen dat er wel degelijk gepraat wordt.

En wie goed luistert, hoort in de Syrische ontkenning juist een zee van diplomatieke mogelijkheden klotsen.

(tekst loopt door onder kader)

Het misverstand dat vrede heet

Voor we verder gaan, is het goed om een hardnekkig misverstand te begraven: vrede sluiten tussen landen is geen verzoeningsknuffel en al helemaal geen moreel compromis. 

Internationale vrede is doorgaans niet meer dan het expliciet afwijzen van oorlog met goede PR. Een stilzwijgend akkoord tussen twee staten, die het op dat moment handiger vinden om handel te drijven en elkaar níét te bombarderen. 

Na het beëindigen van de militaire confrontatie met Iran, haalde Netanyahu zijn favoriete mantra van stal en betrok daar en passant ook de Amerikaanse president bij:‘President Trump en ik zeggen vaak: “Peace through strength.” Eerst komt de kracht, dan pas de vrede.’ 

In de woorden van deze, door het Strafhof gezochte, oorlogscrimineel huist een hele wereldbeschouwing. Waarin veiligheid voortkomt uit overwicht, vrede uit dreiging, en diplomatie pas begint nadat het spierballenspel is gewonnen. 

(tekst loopt door onder foto)

Ronald Reagan en de Israëlische buitenlandminister Shimon Peres in 1988. Inzet van het gesprek was onder meer vrede tussen Israël en de Arabische buurlanden.
© AFP

Vrede door kracht klinkt als een kalenderspreuk, maar werd onder de voormalige Amerikaanse president Reagan in de jaren tachtig het fundament van diens buitenlands beleid. De Koude Oorlog leerde volgens de Reagan-fans één les: vrede krijg je niet door te praten, maar door tanks. 

Waarbij we moeten aanmerken dat Bibi Netanyahu de Reagan-doctrine net zo creatief oprekt als het principe van zelfverdediging van zijn land. Alles past erin: van een preventieve, internationaal onwettige oorlog tegen Iran tot het blokkeren van medicijnen en voedsel in Gaza.

Lineaaltaal

Vanaf de Syrische Olympus – het presidentieel paleis op de heuvel Jabal al-Mazzeh die uitkijkt op Damascus, officieel het Paleis van het Volk – moet president Ahmed al-Sharaa nu elk woord zorgvuldig afwegen. Dat was vroeger anders: toen kon de voormalige al-Qaeda-leider nog stoer beloven dat ‘de weg naar Jeruzalem via Damascus loopt’ — een dreiging verpakt als routebeschrijving.

Ironisch genoeg was dat in dezelfde periode waarin gewonde strijders uit zijn kamp in het geniep via de Golan werden overgebracht naar Israëlische ziekenhuizen. De retoriek van heilige oorlog ging dus hand in hand met stille diplomatie.

Maar inmiddels moet elke zin tegelijk binnenlands gezag uitstralen én internationaal diplomatiek overeind blijven. Dat vereist liniaaltaal. De perscommuniqués moeten precies, gecontroleerd en liefst dubbelzinnig genoeg zijn om alle kanten op te kunnen. En daar komt het woord ‘prematuur’ om de hoek.

(tekst loopt door onder foto) 

Ahmed al-Sharaa, tijdens een persconferentie in Turkije
© EPA

Wie de ogenschijnlijk paradoxale houding van al-Sharaa wil begrijpen, hoeft alleen maar te luisteren naar Barbara Leaf, het hoofd van de Amerikaanse delegatie die hem vlak na zijn machtsovername in 2024 ontmoette:

‘Ik heb met veel viersterrengeneraals uit het Amerikaanse leger gewerkt, en ik had het gevoel dat ik met zo iemand aan tafel zat. Een commandant pur sang, met diep inzicht in oorlogvoering, economie, beleid, en een helder beeld van wat hij wilde bereiken en hoe. Ik vertrok onder de indruk.’

Al-Sharaa spreekt dus niet als een dromerige rebel, maar als iemand met een draaiboek. Als iemand die zelf gestreden heeft, weet hij hoe het werkt: je vecht niet als je meer te verliezen hebt dan je kan winnen. Je sluit vrede om te overleven.  Israël schuift namelijk op in Syrië: het steunt separatistenverlegt grenzen en ondermijnt zo de stabiliteit in het land. Voor de machthebbers in Damascus wordt het leven er niet bepaald makkelijker op.

Kwestie van timing

Nu we weten waar de ondergrens van ‘vrede’ ligt — en een iets scherper beeld hebben van de hoofdrolspelers in een mogelijke deal tussen Damascus en Tel Aviv — is het tijd om de bredere context erbij te halen. 

Zoals ik al eerder in deze nieuwsbrief schetste, spelen Saoedi-Arabië en Qatar achter de schermen een sleutelrol. Zij steunen en faciliteren via Washington de onderhandelingen tussen Syrië en Israël. Geen formele bemiddelaars, wel stille regisseurs. 

Bronnen in Washington, Tel Aviv en Damascus bevestigen dat er wél wordt gepraat. Het gaat dus minder om bereidheid en meer om het juiste moment afwachten. Voor de Syrische president en zijn bondgenoten is vrede met Israël waarschijnlijk onvermijdelijk. Maar voorlopig zal niemand dat hardop uitspreken. Zowel Syrië als Saoedi-Arabië koppelt vrede met Israël aan het einde van de Israëlische vernietigingscampagne in Gaza. 

Pas als die stopt, komt normalisatie met Israël in beeld.

Tot snel,

Abdou