Saul Chaplin

Musicals, Great Musicals

Australië​/​​Verenigde Staten​/​​Frankrijk​/​​Verenigd Koninkrijk 1996. Documentaire van David Thompson. Met o.a. Cyd Charisse, Hugh Fordin, Stanley Donen, André Previn en Betty Comden.

That's Entertainment, Part II

Verenigde Staten 1976. Musical van Gene Kelly. Met o.a. Gene Kelly, Fred Astaire, Bing Crosby, Judy Garland en Maurice Chevalier.

In That's Entertainment! (1974) werd al een honderdtal muzikale fragmenten uit Hollywood-films bij elkaar geraapt. Maar er was nog genoeg materiaal voorhanden om nogmaals zo'n compilatie samen te stellen. Fred Astaire en Gene Kelly fungeren als gastheer en blikken terug op dertig jaar filmgeschiedenis. Ze tonen naast fragmenten uit musicals als An American in Paris en Singin' in the Rain ditmaal ook stukjes uit komedies als A Night at the Opera en uit klassiekers van het kaliber Boys Town. Kelly en Astaire doen wat dansjes tussendoor. Net iets minder leuk dan deel een. In 1994 volgde er nog een That's Entertainment! III.

Star!

Verenigde Staten 1968. Musical van Robert Wise. Met o.a. Julie Andrews, Richard Crenna, Michael Craig, Daniel Massey en Robert Reed.

Een musical met veel bombarie over het leven van de actrice Gertrude Lawrence, die van geboorte Engelse is, komt niet uit de verf, ondanks goede theaternummers (vooral de kleuren). Andrews valt wel mee en Massey is amusant als geaffecteerde Noel Coward. Na de flop in de bioscopen werd de film bekort tot 120 minuten en hertiteld als THOSE WERE THE HAPPY TIMES.

I Could Go on Singing

Verenigd Koninkrijk 1963. Drama van Ronald Neame. Met o.a. Judy Garland, Dirk Bogarde, Jack Klugman, Aline MacMahon en Gregory Phillips.

De internationaal beroemde zangeres Garland komt na jaren weer naar Engeland. Ze zoekt haar vroegere minnaar Bogarde op met de bedoeling het voogdijschap te eisen over hun onwettige zoon, die echter sterk gehecht is aan zijn vader. In haar laatste film kreeg Garland een rol die heel wat elementen uit haar leven bevat, ook al is het geen biografie. Spijtig genoeg zijn het juist de melodramatische elementen die de film doen mislukken. Het is allemaal wat dik in de verf gezet. Als ze begint te zingen, spatten de vonken ervan af. Het speciaal op maat gesneden scenario is van de hand van Mayo Simon en Robert Dozier, die er als het ware een one-woman-show voor Garland van maakten.

Merry Andrew

Verenigde Staten 1958. Komedie van Michael Kidd. Met o.a. Danny Kaye, Pier Angeli, Baccaloni, Robert Coote en Noel Purcell.

Leraar Kay's kostje is gekocht: in een Engels provincienest gaat hij de privéschool van de ouders van zijn verloofde Cutts overnemen. Als in het stadje een circus neerstrijkt, maakt hij kennis met de circusfamilie Baccaloni, ontdekt men in hem een geboren clown en hij valt voor dochter Angeli. Kay wil wel in het circus, maar hij wordt bang. Hij keert terug naar Cutts en het schooltje, maar merkt dat het niet meer gaat. Cutts' vader Evans, begrijpt dat tenslotte ook en het huwelijk wordt afgelast. Happy- end in de circustent. Een sprankelende muzikale Kay-film met schitterende dansnummers, die nog steeds heel erg onderhoudend is. Scenario van Isobel Lennart en I.A.L. Diamond, naar de novelle The Romance of Henry Menafee van Paul Gallico. Camerawerk van Robert Surtees.

The Teahouse of the August Moon

Verenigde Staten 1956. Komedie van Daniel Mann. Met o.a. Marlon Brando, Glenn Ford, Machiko Kyo, Eddie Albert en Paul Ford.

Ford is een officier in het Amerikaanse leger in bezet Japan en onderhoudt de contacten met de plaatselijke overheid. Als hij een fonds heeft weten los te peuteren voor de bouw van een school, blijken de Japanners er een theehuis met geisha`s van gemaakt te hebben. Een prima komedie naar het gelijknamige toneelstuk van John Patrick, naar het boek van Vern J. Sneider, dat MGM verfilmde. Brando - in een zeldzame komische rol - is fantastisch als de Japanse tolk; zijn make-up (waar dagelijks twee uur over gedaan werd) en stem zijn subliem. Ford geeft een glansrol weg. Een warme film die je niet gauw vergeet. Camerawerk van John Alton. Gedraaid in CinemaScope.

Jupiter's Darling

Verenigde Staten 1955. Musical van George Sidney. Met o.a. Esther Williams, Howard Keel, George Sanders, Marge Champion en Gower Champion.

In het Romeinse keizerrijk wordt Williams gered van een gedwongen huwelijk met dictator Sanders doordat geruchten gaan dat de veroveraar Hannibal (Keel) Rome in zijn macht wil krijgen. Williams, die al veel heeft gehoord over de knappe krijger, wil hem ontmoeten en verlaat Rome. Ze heeft geluk, wordt gevangengenomen door zijn soldaten en bij hem gebracht. Zonder problemen windt ze hem om haar vinger. Een pseudo-historisch verhaal, dat net slaagt, maar dat Hermes Pan de gelegenheid geeft enkele kleurrijke, zwierige dansnummers te laten uitvoeren - op land of in het water - door Williams, Keel en de Champions. Het weinigzeggende scenario putte Dorothy Kingsley uit Robert E. Sherwoods Broadway-musical Road To Rome. Mooie fotografie van Paul C. Vogel en Charles Rosher en muziek van David Rose en Saul Chaplin. Gedraaid in CinemaScope.

Give a Girl a Break

Verenigde Staten 1953. Musical van Stanley Donen. Met o.a. Marge Champion, Gower Champion, Debbie Reynolds, Kurt Kasznar en Larry Keating.

Kort voor de première van een nieuwe Broadwayshow gaat de ster er vandoor en aan regisseur Ted Sturgis is nu de lastige taak om op heel korte termijn een opvolgster te vinden. Na een selectie zijn er nog drie dames in de race: de elegante balletdanseres Joanna Moss, Sturgis' vroegere danspartner en ex-minnares Madelyn Corlane en de onervaren nieuwkomer Suzy Doolittle. Sturgis heeft natuurlijk een zekere voorkeur voor Madelyn, maar uiteindelijk gaat de rol naar Joanna. Dan blijkt dat Joanna zwanger is en dat is de grote kans voor Suzy

Lovely To Look At

Verenigde Staten 1952. Musical van Mervyn LeRoy. Met o.a. Kathryn Grayson, Red Skelton, Howard Keel, Ann Miller en Marge Champion.

Deze tweede muzikale filmversie van ROBERTA van Jerome Kern heeft beslist sterke momenten. De Amerikaanse komiek Al Marsh (Skelton) erft de helft van de aandelen van een Parijs modehuis, dat wordt geleid door Stephanie (Grayson) en Clarisse (Marge Champion). Miller en de Champions geven de muzikale scènes vaart. Vincente Minnelli regisseerde het modeshowfragment. Songs zijn onder andere 'Smoke Gets In Your Eyes', 'I Won't Dance' en het titellied. Scenario van George Wells, Andrew Solt en Harry Ruby naar het boek van Alice Duer Miller. Camerawerk van George J. Folsey jr.

Summer Stock

Verenigde Staten 1950. Musical van Charles Walters. Met o.a. Judy Garland, Gene Kelly, Eddie Bracken, Marjorie Main en Gloria DeHaven.

Kelly's theatergroep neemt Judy's boerderij over, waarna zij besmet wordt met het toneelvirus. Een slap verhaal, maar met een bruisende Judy, stormachtige Silvers en kattige DeHaven.

The Countess of Monte Cristo

Verenigde Staten 1948. Komedie van Frederick de Cordova. Met o.a. Sonja Henie, Olga San Juan, Dorothy Hart, Michael Kirby en Arthur Treacher.

Henie en San Juan, twee dienstertjes, krijgen een rolletje aangeboden in een film die in Oslo wordt opgenomen. Het getier van de regisseur werkt hen echter zodanig op de heupen, dat ze verdwijnen met de auto en de bontmantel die ze voor de film moesten dragen. Ze steken de grens over, en Henie laat zich in een hotel inschrijven als de Gravin van Monte Cristo. Daar ontmoeten ze een graaf, die in werkelijkheid een beruchte juwelendief is. En omdat Henie toch in de buurt is, wordt er een ijsshow georganiseerd. Belachelijk operette-gegeven, dat nu hopeloos verouderd overkomt. Als actrice heeft Henie nooit veel betekend en nu brengt ze er evenmin veel van terecht, maar zodra ze de schaatsen aan heeft vliegen de vonken ervanaf. William Bowers baseerde zijn scenario op een verhaal van Walter Reisch, dat in 1933 al werd verfilmd door Karl Freund, met Fay Wray in de hoofdrol. Edward Cronjager deed camera.

Cover Girl

Verenigde Staten 1944. Muziek van Charles Vidor. Met o.a. Rita Hayworth, Gene Kelly, Lee Bowman, Phil Silvers en Jinx Falkenburg.

Hayworth is de vedette van een tweederangs cabaret, dat wordt geleid door Kelly. Kruger, uitgever van een populair tijdschrift, zoekt voor de vijfde verjaardag van zijn blad een onbekende voor de cover. Zodra hij Hayworth ziet engageert hij haar. Hij staat verbaasd over haar gelijkenis met een oude vlam van hem. Ongeloofwaardige muzikale film, die echter dankzij de pittige dialogen en de knappe zang- en dansnummers te genieten is. Uitstekend spel van de hoofdrolspelers, maar ook Kruger, Arden en Silvers zijn erg leuk in hun bijrollen. Choreografie van Kelly, Stanley Donen, Seymour Felix en Jack Cole. Enkele knappe songs van Jerome Kern en Ira Gershwin. Hayworth wordt in haar zangnummers gedubd door Nan Wynn. Virginia Van Upp, Marion Parsonnet en Paul Gangelin schreven het scenario naar een verhaal van Erwin Gelsey. Het camerawerk is van Rudolph Maté en Allen M. Davey.