Paul Hampton

Halifax F.P.: A Person of Interest

Australië 2000. Misdaad van Ken Cameron. Met o.a. Rebecca Gibney, Andy Anderson, David Roberts, Doris Younane en Sara Gleeson.

The Thing Called Love

Verenigde Staten 1993. Muziek van Peter Bogdanovich. Met o.a. River Phoenix, Samantha Mathis, Dermot Mulroney, Sandra Bullock en K.T. Oslin.

Nashville, Tennessee. De bakermat van Country & Western Music. Iedereen hoopt in dit Mekka ontdekt te worden, ook songschrijfster Miranda Presley (Mathis), die speciaal uit New York is overgekomen, maar vijf minuten te laat is voor een auditie. De volgende week dan maar. Ze is eenzaam en alleen in deze vreemde stad. Ze ontmoet zangers in spe James Wright (Phoenix), Kyle Davidson en Linda Lue Linden (Bullock).

Deadly Exposure

Verenigde Staten 1993. Thriller van Lawrence Taylor Mortorff. Met o.a. Robby Benson, Laura Johnson, Cliff Bemis, Jeff East en Bentley Mitchum.

Benson zet (weinig overtuigend) een joods-Amerikaanse persfotograaf neer die uit zijn door drank benevelde bestaan wordt losgerukt als hij hoort dat zijn vader door neo-nazi's in L.A. is vermoord. De politie lijkt niet geïnteresseerd, dus gaat onze held zelf op onderzoek. Hij stuit daarbij op een krankzinnige CIA-samenzwering en heeft heel veel seks. Deze voor alle betrokkenen beschamende film probeert pure exploitatie te koppelen aan een zogenaamde oprechte bezorgdheid over het sterk toegenomen racisme en rechts-extremisme in Amerika na de rellen in 1992 in L.A. De enige troost is dat als neo-nazi's zelf zo'n film zouden maken, het allemaal nog veel slechter zou uitpakken. Opvallend is trouwens dat de aftiteling nauwe banden suggereert tussen de producenten en de in Hollywood steeds invloedrijker Scientology-beweging. Het scenario is van Asher Brauner. Camerawerk van Russ Brandt. In Duitsland werd de film met deze titel uitgebracht als de Duitse titel en er werd aangegeven dat de oorspronkelijke titel LETHAL EXPOSURE zou zijn - heel verwarrend; wat een gedoe om zo'n prul.

Babylon 5

Verenigde Staten 1993. Sciencefiction van Richard Compton. Met o.a. Michael O'Hare, Tamlyn Tomita, Jerry Doyle, Mira Furlan en Blaire Baron.

Babylon 5 is in het jaar 2257 een voorpost in de ruimte die dient om er de vrede te bewaken. In de 23e eeuw staan interplanetaire smokkel, samenzwering, moord en de drang om te overleven centraal in deze door Michael Straczynski geschreven pilootfilm voor een tv-serie van de makers van tv-hitseries als Star Trek: The Next Generation, L.A. Law en Miami Vice. O'Hare is de recht-voor-de-raapse ruimtestation- commandant en Doyle is als de veiligheids verantwoordelijke zijn gabber. Als vertegenwoordigers van de aardse wezens moeten zij het hoofd bieden aan vier andere aardsonvriendelijke rassen, waarvoor aardig wat ingewikkelde make-up toestanden nodig waren. Het kon allemaal wat minder donker en de hard-rockmuziek van Stewart Copeland kon beslist wat vloeiender en melodieuzer.

Never Forget

Verenigde Staten 1991. Oorlogsfilm van Joseph Sargent. Met o.a. Leonard Nimoy, Blythe Danner, Dabney Coleman, Paul Hampton en Jason Presson.

Nimoy is indrukwekkend in een oprechte reconstructie van het bewogen leven van Mel Mermelstein, die zeventien was toen de nazi's hem in het concentratiekamp van Auschwitz stopten. Hij overleefde de kampen waarna hij zich in de V.S. vestigde. Veertig jaar later daagde hij neo-nazi's, die beweerden dat de holocaust een verzinsel was, voor de rechtbank. Met als gevolg dat de historische terreur voor het eerst door een Amerikaanse rechtbank werd erkend. Het scenario is van Ronald Rubin.

Winners Take All

Verenigde Staten 1986. Sportfilm van Fritz Kiersch. Met o.a. Don Michael Paul, Kathleen York, Robert Krantz, Deborah Richter en Peter DeLuise.

Een driehoeksverhouding binnen de kringen van een motorrijdersgang en hun duivels gevaarlijke supercross-sport. Interessante milieuschets en karaktertyperingen. Onderhoudend voor liefhebbers. Ook bekend als SUPERCROSS.

Butterfly

Verenigde Staten​/​​Canada​/​​Verenigd Koninkrijk 1981. Drama van Matt Cimber. Met o.a. Stacy Keach, Pia Zadora, Orson Welles, Lois Nettleton en Edward Albert.

Smoezelige smartlap, naar de roman van James M. Cain, waarin Zadora, een op rijkdom beluste sekspoes, Keach, die haar papa heet te wezen, verleidt. Welles steelt de film - niet zo'n moeilijke taak - als rechter.

The Parasite Murders

Canada 1975. Horror van David Cronenberg. Met o.a. Paul Hampton, Lynn Lowrie, Barbara Steele, Joe Silver en Allen Magicovsky.

Een maffe geleerde ontwikkelt een parasiet, waarvan hij hoopt dat de mensheid er beter van wordt. De parasiet komt in het lichaam in de plaats van een dood orgaan. Maar de parasiet slaat op hol en infecteert de bewoners van een groot flatgebouw. Goedkope horror met veel herhalingen om de tijd vol te maken. Ook bekend als SHIVERS, ORGY OF THE BLOOD PARASITES en THEY CAME FROM WITHIN.

Hit!

Verenigde Staten 1973. Misdaad van Sidney J. Furie. Met o.a. Billy Dee Williams, Paul Hampton, Richard Pryor, Gwen Welles en Janet Brandt.

Te gedetailleerd en te lang, maar toch een opwindend verhaal over een zwarte geheimagent uit de V.S. die wraak wil nemen op de top van drugsimporteurs in Marseille, die indirect verantwoordelijk zijn voor de dood van zijn dochter. Gedraaid in Panavision.

Lady Sings the Blues

Verenigde Staten 1972. Muziek van Sidney J. Furie. Met o.a. Diana Ross, Billy Dee Williams, Richard Pryor, James Callahan en Paul Hampton.

De zwarte versie van een Hollywood-clichébiografie, er bovenuit getild door een prachtige rol van Ross als Billie Holiday, de legendarische jazz-zangeres wier leven geruïneerd werd door drugsverslaving. Waardeloos als biografie, maar goed als melodrama, met goede steun van Pryor als 'pianoman'.

Private Duty Nurses

Verenigde Staten 1971. Erotiek van George Armitage. Met o.a. Kathy Canon, Joyce Williams, Pegi Boucher, Joseph Kaufmann en Herbert Jefferson Jr..

De tweede van de vijf 'verpleegster-films' die Roger Corman heeft gemaakt en ook de slechtste. In deze mistroostige en humorloze rolprent wordt meer aandacht geschonken aan de toen nieuwe waterbedden dan aan de voorvallen in het ziekenhuis. De zich vervelende acteurs kunnen het ook niet helpen. Het vervolg heet NIGHT CALL NURSES.

More Dead Than Alive

Verenigde Staten 1969. Western van Robert Sparr. Met o.a. Clint Walker, Vincent Price, Anne Francis, Paul Hampton en Mike Henry.

Een bescheiden western over een revolverheld die als scherpschutter rondtrekt met een reizende show. Het scenario is van George Schenck. Het camerawerk is van Jacques Marquette.

Senior Prom

Verenigde Staten 1959. Musical van David Lowell Rich. Met o.a. Jill Corey, Paul Hampton, Tom Laughlin, Barbara Bostock en Jimmy Komack.

Een rijtje van gastoptredens als Louis Prima, Keely Smitz, Mitch Miller enz. vormen een mager excuus voor een musical, die uiterst belabberd is uitgevallen.