Ulrike Bliefert: cast.
Er zijn 18 films gevonden.

Eend goed, al goed

2016 | Familiefilm

Duitsland 2016. Familiefilm van Norbert Lechner. Met o.a. Ulrike Bliefert en Janina Elkin.

Wanneer haar moeder terug moet naar Vietnam staat de elfjarige Linh (Dortschack) er met haar zusje alleen voor. Ze wordt in de gaten gehouden door een 'buurtspion', de even oude, nieuwsgierig aangelegde Pauline (Wihstutz), die dreigt de situatie voor te leggen aan Jeugdzorg. Kleurrijke, levendige familiefilm over ondernemende meisjes, van de in het genre ervaren regisseur Lechner, is onderdeel van een Duits stimuleringsprogramma voor kinderfilms met een oorspronkelijk script. Ente gut! (Nederlandse titel: Eend goed, al goed) werd genomineerd voor de Glazen Beer op het filmfestival van Berlijn.

Der Bulle und das Landei

2010 | Misdaad

Duitsland 2010. Misdaad van Hajo Gies. Met o.a. Uwe Ochsenknecht, Diana Amft en Ulrike Bliefert.

Rechercheur Killmer wordt overgeplaatst naar het dorpje Monreal in de Eifel. Zijn vrees in een saai gehucht terechtgekomen te zijn, blijkt echter ongegrond als na een brandje in een hotel het lijk van een onbekende wordt gevonden, waarbij Killmer de hulp van de plaatselijke agente Katie goed kan gebruiken.

Suchkind 312

2007 | Drama

Duitsland 2007. Drama van Gabi Kubach. Met o.a. Christine Neubauer, Timothy Peach, Oliver Stritzel, Ulrike Bliefert en Janina Fautz.

Ursula Grothe, vrouw van de succesvolle ingenieur Richard, heeft na de oorlog eindelijk haar leven weer op de rit. Dan duikt er een zoekadvertentie op van haar doodgewaande dochter Martina, die geboren is uit een eerdere relatie. Ursula is enorm blij, maar vreest ook voor Richards reactie.

Kidnappen voor beginners

2006 | Jeugdfilm, Misdaad, Actiefilm, Komedie, Familiefilm

Duitsland 2006. Jeugdfilm van Dominikus Probst. Met o.a. Sidonie von Krosigk, Robin Becker, Gudrun Okras, Sonja Kirchberger en Ulrike Bliefert.

Zonnige Duitse kinderfilm over een arm maar monter dertienjarig meisje, bijgenaamd Pik (Von Krosigk), dat probeert het noodlijdende dierenpension van haar geliefde oma te redden door de ontvoering van een rijk vriendje te ensceneren. In de tussentijd zorgt Pik dat corrupte agenten tegen de lamp lopen én ontdekt ze de leuke kanten van het rijkeluisleventje van haar boezemvriendje. Kidnappen voor beginners wordt van begin tot einde gedragen door het aanstekelijk vrolijke spel van Sidonie von Krosigk (1989), het meisje dat razend populair werd in Duitsland na haar hoofdrol als kinderheks in de Bibi Blocksberg-films van begin deze eeuw.

Ein Leben lang kurze Hosen tragen

2002 | Misdaad, Drama, Thriller

Duitsland 2002. Misdaad van Kai S. Pieck. Met o.a. Tobias Schenke, Sebastian Urzendowsky, Ulrike Bliefert, Walter Gontermann en Jürgen Christoph Kamcke.

Zonnige Duitse kinderfilm over een arm maar monter dertienjarig meisje, bijgenaamd Pik (Von Krosigk), dat probeert het noodlijdende dierenpension van haar geliefde oma te redden door de ontvoering van een rijk vriendje te ensceneren. In de tussentijd zorgt Pik dat corrupte agenten tegen de lamp lopen én ontdekt ze de leuke kanten van het rijkeluisleventje van haar boezemvriendje. Kidnappen voor beginners wordt van begin tot einde gedragen door het aanstekelijk vrolijke spel van Sidonie von Krosigk (1989), het meisje dat razend populair werd in Duitsland na haar hoofdrol als kinderheks in de Bibi Blocksberg-films van begin deze eeuw.

Endstation: Tanke

2001 | Komedie, Romantiek

Duitsland 2001. Komedie van Nathalie Steinbart. Met o.a. Tamara Simunovic, Florian Panzner, Oliver Bröcker, Vadim Glowna en Horst-Günter Marx.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Tatort - Die apokalyptische Reiter

1999 | Mysterie

Duitsland 1999. Mysterie van Martin Gies. Met o.a. Sabine Postel, Heinrich Schmieder, Camilla Renschke, Hubert Mulzer en Joachim Dietmar Mues.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Das Amt in Berlin

1999 | Komedie

Duitsland 1999. Komedie van Micha Terjung. Met o.a. Jochen Busse, Thorsten Nindel, Ulrike Bliefert, Claudia Scarpatetti en Rudolf Kowalski.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Alles Bob!

1999 | Romantiek

Duitsland​/​​Denemarken​/​​Oostenrijk 1999. Romantiek van Otto Alexander Jahrreiss. Met o.a. Martina Gedeck, Gregor Törzs, Tonio Arango, Dieter Landuris en Hasan Ali Mete.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Das Amt: Das Amt in Berlin

1998 | Komedie

Duitsland 1998. Komedie van Micha Terjung. Met o.a. Ulrike Bliefert, Thorsten Nindel en Jochen Busse.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Und tschüss! Ballerman olé

1997 | Komedie

Duitsland 1997. Komedie van Oren Schmuckler. Met o.a. Christian Kahrmann, Andreas Arnstedt, Chrissy Schulz, Tom Mikulla en Sonja Zimmer.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Tatort - Schlaflose Nächte

1996 | Mysterie

Duitsland 1996. Mysterie van Hartmut Schoen. Met o.a. Ulrike Folkerts, Ulrike Bliefert, Steffen Münster, Hans Günter Martens en Ingrid van Bergen.

De jonge Poolse gauwdief Marek (Panzner) zit in een jeugdgevangenis in de voormalige DDR. Tijdens een brandalarm ziet hij de kans om hem te drossen. Hij is van plan ver te komen (Australi[KA3]e) en de kans laat niet lang op zich wachten. Hij kan langs een oude Mercedes S-klasse Diesel pikken door de deur van een toilethuisje, waarin de eigenaar zit, van buiten op slot te doen. Hij trekt diens maatpak aan en zet de snelle zonnebril van het slachtoffer op. Helaas komt hij niet ver, want de motor loopt warm en de wagen blijft staan. Twee welwillend glimlachende dames (een moeder en dochter?) in een peperdure sportwagen slepen hem af naar een benzinestation vlak buiten een onooglijk dorp dat in the middel of nowhere ligt en waar de jonge en niet onknappe Margot (Simunovic) de pomp bedient, achter de kassa kruiswoordraadsels invult en dagdroomt over hazen in een grazige weide, terwijl ze naar Duitse country music in de stijl van Ry Cooder luistert. De bullebakkerige garagehouder wil de auto niet repareren (geen onderdelen zegt hij), maar hij wil Marek evenmin een tweedehands wagen die op zijn terrein staat, verkopen, hoewel Marek bereid is dik te betalen. Marek pakt `zijn` bagage en gaat naar de bushalte middenin het dorp. De bus vertrekt pas de volgende dag. In het wirtshaus tegenover de halte geeft hij zich uit voor zijn slachtoffer, die financieel adviseur is en zegt dat hij naar Frankfurt (aan de Oder?) wil. Niemand is bereid hem weg te brengen uit het dorp weg te brengen ondanks de geboden bedragen. Dan gaat de kastelein een licht op: een aalgladde oplichter met dezelfde naam had hen mooie beleggingsverhalen op de mouw had gespeld en de spaarcenten afgetroggeld. Helaas zien ze Marek aan voor de dader en willen hem in vierendelen. De onfortuinlijke Marek ziet nog net de kans om het vege lijf te redden door het gasthof via het toilet te verlaten. Hij vlucht naar de pomp, waar Margot hem onder de teek verbergt. Later moeten ze de deur barricaderen als de opgewonden dorpelingen voor een tweede keer terugkomen. Margot valt op de aantrekkelijke Marek en ze is bereid hem een Ford Fiesta te verkopen. Marek schrijft een eurocheque met een valse handtekening uit. Ondanks de belegering van de beschonken en boze dorpsbewoners kunnen zij hem smeren: het doel van de reis is down-under. De film is het eindexamenwerk van Steinbart die met Peter D'Ambrosio het scenario schreef. Hoewel er wat plotgaten in het tragikomische verhaal zitten, is het allemaal best te verteren. De sfeer is ons-kent-ons is raak getroffen en het tempo is vlot. De jonge hoofdrollen zijn heel geloofwaardig en aantrekkelijk, terwijl de bijrollen ingevuld zijn door heerlijke karakterspelers. Als grapje in de film heist een auto van 'rijkswaterstaat' het schijthuisje met het slachtoffer erin op en plaatst een ander dat nog leeg is en rijdt dan weg naar zijn bestemming. Steinbart die zo te zien sterk beïnvloed is door Amerikaanse films, mag best trots zijn op haar eerste werk. Het camerawerk is van Carl Friedrich Koschnik en Sebastian Edschmid. Exporttitel THE MIDDLE OF NOWHERE.

Pizza Colonia

1991 | Komedie

Duitsland​/​​Italië 1991. Komedie van Klaus Emmerich. Met o.a. Mario Adorf, Ilaria Occhini, Riccardo Cucciolla, Willy Millowitsch en Eberhard Feik.

Italiaan Francesco Serboli (Adorf), de trotse bezitter van het Ristorante Francesco in Keulen, heeft problemen met zijn huwelijk, met zijn kinderen, met zijn kleinkinderen en met zijn vriendin Hilde Schmitz (Bliefert). Zijn vrouw Severina (Occhini) is de wanhoop nabij, wanneer zij ontdekt dat haar man haar al vijftien jaar bedriegt. Een peetoom uit Italië komt als een soort peetvader een en ander even regelen. Een drama over een ex- patriate, waarbij eens lekker gelachen kan worden; bovendien een film die een goede verstandhouding tussen Duitsers en Italianen kan bevorderen. Adorf is top. Het scenario is van Bernd Schröder. Het camerawerk is van Theo Birkens.

Tatort - Tödlicher Treff

1988 | Mysterie

Duitsland 1988. Mysterie van Bruno Voges. Met o.a. Horst Michael Neutze, Caroline Schröder, Hans Korte, Manfred Seipold en Ulrike Bliefert.

Informatica-deskundige van groot bedrijf in Stuttgart wordt op een morgen neergeschoten in zijn kantoor. Wanneer commissaris Schreitler (Neutze) ter plaatse komt, wordt hij ontvangen door Bruno Erklentz (Korte), één van de directeurs. Men komt verder tot onthutsende ontdekking dat het slachtoffer in zijn computer thuis persoonlijke gegevens over alle collega's had opgeslagen: om hen te chanteren? Zoals meestal in krimi- scenario's van Peter Scheibler worden niet enkel de criminele achtergronden en motieven ontrafeld maar ook de menselijke verhoudingen in extreme situaties.

Frau Juliane Winkler

1983 | Drama

Duitsland 1983. Drama van Michael Günther. Met o.a. Inge Meysel, Axel von Ambesser, Wolfgang Wahl, Eleonore Weisgerber en Edith Schollwer.

Juliane Winkler (Meysel) is weduwe geworden. Na een teleurstellende ervaring in een bejaardentehuis komt ze terecht in het pension Coppelia van een voormalige balletdanser (Wahl), met wie het meteen klikt. Ze leert er G[KA3]unther Sillmann (Von Ambesser) kennen en Günther valt voor haar en begint zijn verovering. Juliane is gevleid, maar wil niet met hem gaan hokken. Ze heeft een beter idee: samen ondernemen en ze beginnen een grootouderdienst. Ze gaan hun klanten via kleine advertenties werven. Het resultaat is echter een grote janboel. Allemaal teveel van het goede voor de verliefde Günther, die in de armen van zijn Juliane sterft. Juliane laat zich niet uit het veld slaan, want ze barst nog van de energie. Als Coppelia, zo noemt zij haar pensionhouder, in de financiële problemen geraakt, wordt zij partner in de zaak. De 72-jarige Meysel in de hoofdrol laat zien dat er ook nog in de levensavond heel veel lol te beleven valt en zij zou nog lang, tot op zeer hoge leeftijd, dergelijke rollen spelen. Ze heeft een beroep, waarin je gelukkig nooit te oud bent - heerlijk. Het scenario is van Peter M. Thouet. Het camerawerk is van Dieter Perschke.

Der Zug nach Manhattan

1981 | Komedie

Duitsland 1981. Komedie van Rolf von Sydow. Met o.a. Heinz Rühmann, Ulrike Bliefert, Hans Hessling, Bruni Löbel en Charles Brauer.

Een verhaal van Paddy Chayefsky ([KL]Holiday Song[KLE]) over een vrome cantor van een kleine joodse gemeenschap die op een dag in gewetenconflict raakt: hij heeft zijn geloof verloren door de vreselijke berichten die hij uit de kranten (anno 1952) haalt. Rühmann is nog prima in staat om er op zijn negenenzeventigste alles uit te halen.

Der Rote Strumpf

1980 | Familiefilm

Duitsland 1980. Familiefilm van Wolfgang Tumler. Met o.a. Inge Meysel, Julie Tumler, Peter Bauer, Ulrike Bliefert en Inge Wolffberg.

Naar het gelijknamige kinderboek van Elfie Donnelly, dat ook in onze taal is verschenen onder de titel [KL]Wie rood is, moet slim zijn[KLE]. De elf-jarige Maria Wagner (Tumler) is een pittig kind. Op een dag ziet ze een oudere vrouw (Meysel) op een bank in het park zitten. Meysel heeft één rode en één zwarte kous aan. Ze heet mevrouw Panacek en verkeert in een psychiatrische kliniek en wordt nog wel eens verkeerd begrepen door de andere mensen. Zij vertelt over haar schoonzoon, die - zo vreest zij - haar wil vergiftigen. Marie laat de vrouw bij haar thuis onderduiken, maar ze wordt natuurlijk door de ouders ontdekt. Marie weet haar ouders te overtuigen om de oude vrouw niet in de steek te laten. Een belangwekkende film over de relatie kind-bejaarde. Meysel en Tumler dragen met hun uitstekende spel de film. Elfie Donnelly schreef haar eigen scenario en Petrus Schloemp stond achter de camera.

Tatort: Schlaflose Nächte

-1 | Thriller

Duitsland. Thriller van Hartmut Schoen. Met o.a. Steffen Münster, Ulrike Bliefert en Ulrike Folkerts.

Naar het gelijknamige kinderboek van Elfie Donnelly, dat ook in onze taal is verschenen onder de titel [KL]Wie rood is, moet slim zijn[KLE]. De elf-jarige Maria Wagner (Tumler) is een pittig kind. Op een dag ziet ze een oudere vrouw (Meysel) op een bank in het park zitten. Meysel heeft één rode en één zwarte kous aan. Ze heet mevrouw Panacek en verkeert in een psychiatrische kliniek en wordt nog wel eens verkeerd begrepen door de andere mensen. Zij vertelt over haar schoonzoon, die - zo vreest zij - haar wil vergiftigen. Marie laat de vrouw bij haar thuis onderduiken, maar ze wordt natuurlijk door de ouders ontdekt. Marie weet haar ouders te overtuigen om de oude vrouw niet in de steek te laten. Een belangwekkende film over de relatie kind-bejaarde. Meysel en Tumler dragen met hun uitstekende spel de film. Elfie Donnelly schreef haar eigen scenario en Petrus Schloemp stond achter de camera.