In Bureau Buitenland het verhaal van een groep van 25 Syrische vluchtelingen die nu al anderhalve maand vastzit in de Zouzfana-vallei, een onherbergzaam grensgebied tussen Algerije en Marokko. Ze kunnen geen kant op, omdat beide landen hen weigeren toe te laten. Hoe raken deze Syriërs verzeild in de Maghreb, op meer dan 3500 kilometer van hun thuisland?

Het is maandag 17 april wanneer een groep Syrische vluchtelingen zich in het Algerijnse stadje Beni Ounif opmaakt voor de oversteek. De avond is net gevallen. Hun smokkelaar wijst ze de weg: als ze nog een paar uur flink doorlopen, komen ze voor zonsopgang aan de andere kant van de vallei, in het Marokkaanse oasestadje Figuig. Van daaruit zullen ze het land verder inreizen, of via de Spaanse enclaves nog verder trekken - naar Europa.

Sommigen hebben er al een zware reis op zitten. Nour Hocen al Bayda nam samen met haar man en kinderen vanuit Libanon het vliegtuig naar Khartoum, de hoofdstad van Soedan. Van daaruit reisden ze met behulp van een smokkelaar door de woestijn naar Libië. Een busje reed ze vervolgens dwars door Algerije, naar de grens met Marokko. Een tocht van meer dan 6000 kilometer.

Maar bij deze grens, de laatste etappe in Afrika, gaat het mis. Nog voor ze Figuig bereiken, maant de Marokkaanse grenspolitie hen terug te keren naar Algerije. Maar daar krijgen ze dezelfde boodschap te horen: ga maar terug naar Marokko. Dat was 50 dagen geleden.

Volgens inwoners van Figuig markeert het rode kruis de verblijfplaats van de Syrische vluchtelingen.

beesten met hoorntjes

Op het heetst van de dag stijgt het kwik tot wel 40 graden. Een paar scheefgezakte tentjes, provisorisch in elkaar gezet met palmtakken en doeken, beschermen nauwelijks tegen de felle zon. ’s Nachts is het koud.

'Mijn kinderen slapen onder hun moeder, dicht tegen elkaar aan,' zegt Adnan vanuit de Duitse stad Duisburg, waar hij nu twee jaar woont. Hij hoopte zijn gezin al weken geleden te kunnen verwelkomen bij hem thuis. 

De tienjarige Ayaa klinkt naar omstandigheden opgewekt. 'We kunnen hier niet spelen,' zegt ze. 'Hier heb je alleen zand en stenen. En enge beesten, met hoorntjes op hun kop.' In de Zouzfana-vallei kruipen schorpioenen en slangen rond.

'Waarom zitten we nog steeds vast in deze openluchtgevangenis?' verzucht Ayman al Hajj. Na zes weken in de buitenlucht is de wanhoop toegeslagen. Na een oproep vorige week van VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, zei de Algerijnse overheid bereid te zijn om de Syriërs weer terug te nemen. 

Maar: daarvoor moeten de vluchtelingen teruglopen via de officiële grensovergang tussen Figuig en Beni Ounif, over Marokkaans grondgebied. De Marokkaanse grenspolitie wil daar niets van weten.

De Algerijnse overheid kondige vandaag aan dat omdat de Marokkaanse autoriteiten niet meewerken, hun aanbod om de vluchtelingen in Algerije op te vangen tijdelijk wordt opgeheven

leven en dood

In Figuig zijn inwoners woedend over wat zich op nog geen kilometer afstand van hun stadje afspeelt. Online delen zij foto’s en filmpjes die de vluchtelingen hen sturen via Whatsapp. Inwoners gaan de straat op en roepen de autoriteiten op om de Syriërs te laten gaan.

’s Nachts sluipen ze richting de rotsvallei en smokkelen ze eten, water en SIM-kaarten naar de rand van het tentenkampje.

Dat was althans tot afgelopen weekend zo. Sinds enkele dagen krijgt niemand meer toegang tot het gebied. 'De vallei is een militaire zone geworden,' verklaart Mohammed Brahmi, oprichter van een lokale organisatie in Figuig die de Syrische vluchtelingen te hulp schiet. 'Niemand kan er bij, we kunnen ze niets meer geven.'

'Gaan we wachten tot deze mensen creperen?' Zouhair Lahna, een Marokkaanse arts die een speciale kliniek voor vluchtelingen heeft in Casablanca, is speciaal voor deze groep naar Figuig afgereisd. 'Ik snap het niet. Ik ben arts, mijn werk is om problemen te voorkomen - niet om ze af te wachten. Dit is geen kwestie van menselijkheid, maar van leven of dood.'

Inwoners van Figuig roepen autoriteiten op om de Syrische vluchtelingen te laten gaan.

wat doen Syrische vluchtelingen helemaal in Marokko?

Het verhaal van deze groep Syriërs staat niet op zichzelf. Vanuit het Spaanse Sevilla vertelt Mohamad Ziar uit Damascus hoe hij een halfjaar geleden duizenden euro’s kwijt was aan smokkelaars die hem hielpen de Algerijns-Marokkaanse grens over te steken. 'Al mijn vrienden hier, alle Syriërs die ik hier ken, zijn via Marokko hier gekomen.'

Sinds de EU vorig jaar een migratiedeal sloot met Turkije, is het voor Syriërs vrijwel onmogelijk om via Griekenland Europa te bereiken. Het gevolg is dat minder vluchtelingen proberen Europa binnen te komen. Maar het betekent ook dat nieuwe routes worden aangeboord, die duurder en vooral veel gevaarlijker zijn. 

Sommige vluchtelingen zijn bereid enorme omwegen te nemen, zoals Nour en haar familie die via Soedan, Libië en Algerije reisden. De Internationale Organisatie voor Migratie bracht vorig jaar ook een bijzondere Syrische vluchtroute in kaart: vanuit Mauritanië via Mali naar Algerije.  

Voor meer: lees dit stuk op De Correspondent.

waarom lukt het Marokko en Algerije niet deze patstelling te doorbreken?

Sinds de jaren ‘90 is de grens tussen Marokko en Algerije potdicht. En dan is er ook nog het conflict over de Westelijke Sahara: Algerije steunt de Polisario-beweging die voor onafhankelijkheid strijdt tegen Marokko. En dat zet kwaad bloed bij de Marokkanen, die juist vinden dat het gebied bij Marokko hoort.

Voor meer: luister naar Bureau Bureau over de Westelijke Sahara.

meer van Bureau Buitenland